ECLI:NL:RBGEL:2014:4349

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 juni 2014
Publicatiedatum
14 juli 2014
Zaaknummer
255141
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van facturen door curator in faillissement

In deze zaak vorderde de curator, mr. Johannes Wilhelmus Uiterlinden, betaling van openstaande facturen door de besloten vennootschap Sterk Hendriks Schilderwerken B.V. De curator stelde dat de facturen waren gebaseerd op overeenkomsten voor het inhuren van schilders van de failliete vennootschap Stertalent Schilders Ltd. De rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, heeft op 18 juni 2014 uitspraak gedaan in deze zaak. De curator voerde aan dat Sterk nog niet had betaald voor de door Stertalent verrichte werkzaamheden en dat de facturen, die in totaal € 62.264,25 bedroegen, niet waren voldaan. Sterk betwistte de vorderingen en stelde dat er geen overeenkomsten ten grondslag lagen aan de facturen. De rechtbank oordeelde dat de curator onvoldoende bewijs had geleverd voor het bestaan van de overeenkomsten en dat de facturen niet waren onderbouwd. De rechtbank wees de vorderingen van de curator af en veroordeelde hem in de proceskosten van Sterk, die op € 3.680,00 werden begroot. De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs bij het vorderen van betalingen in faillissementzaken.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/255141 / HA ZA 13-784
Vonnis van 18 juni 2014
in de zaak van
MR. JOHANNES WILHELMUS UITERLINDEN,
in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van
STERTALENT SCHILDERS LTD.,
woonplaats kiezende te Zoetermeer,
eiser,
advocaat mr. M. van der Woerdt te Zoetermeer,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STERK HENDRIKS SCHILDERWERKEN B.V.,
m.h.o.d.n. Sterk Meesterschilders,
gevestigd te Wageningen,
gedaagde,
advocaat mr. G. Berghuis te Drachten.
Partijen zullen hierna de curator en Sterk worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 2 april 2014
  • de akte overlegging nadere bescheiden van de curator
  • het proces-verbaal van comparitie van 8 mei 2014
  • de ter zitting overgelegde spreekaantekeningen van mr. Van der Woerdt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Stertalent Schilders Ltd. (hierna: Stertalent) is een buitenlandse vennootschap (naar Engels recht), dat een schildersbedrijf exploiteerde. Op 20 april 2007 is de vennootschap ingeschreven in de registers van de Nederlandse Kamer van Koophandel. Bij vonnis van 1 september 2009 is Stertalent door de rechtbank ‘s-Gravenhage in staat van faillissement verklaard met aanstelling van mr. Uiterlinden als curator. De Johannes Holding Ltd. (hierna: De Johannes Holding), eveneens een buitenlandse vennootschap, is bestuurder geweest van Stertalent.
2.2.
[naam 1] is indirect medeaandeelhouder van
De Johannes Holding. Voorts is [naam 1] bestuurder/enig aandeelhouder van Sterk.
2.3.
Sterk exploiteert een schildersbedrijf. In de periode 2007-2009 heeft Sterk regelmatig schilders van Stertalent ingehuurd ter uitvoering van opdrachten/projecten van Sterk.
2.4.
Bij e-mail van 1 februari 2008 heeft [naam 2] van
Van Lent Accountancy, die destijds de boekhouding van Stertalent heeft verzorgd, aan [naam 1] onder meer geschreven:
‘Ik mis nog week 4 van de schilders (…).
Om periode 1 te kunnen boeken (=week 1t/m4) hebben we die zsm nodig. (…)’
2.5.
In reactie op de e-mail van [naam 2] heeft [naam 1] op 1 februari 2008 onder andere teruggemaild:
‘Hier is hij de van de schilders. (…)
Even ter verduidelijking:
Twee weekstaten, de eerste van sterk meesterschilders. Bij [naam 3] ontbreekt dinsdag;
op deze dag is voor een andere klant van stertalent gewerkt en moet dus niet naar sterk meesterschilders.
Rekening van stertalent kan naar [naam 4]
(…)’
2.6.
Tot de door de curator overgelegde stukken behoren vier facturen van Stertalent aan Sterk:
  • de factuur met nummer 2008038 van 19 januari 2009 ten bedrage van € 2.297,25 (incl. btw) voor werkzaamheden in week 51 ([naam 5]) en week 3 ([naam 5] en [naam 6]);
  • de factuur met nummer 2008040 van 24 maart 2009 ten bedrage van € 11.322,00 (incl. btw) voor werkzaamheden in week 4 tot en met 11 ([naam 6]) en week 9 tot en met 11 ([naam 7]);
  • de factuur met nummer 2008041 van 27 maart 2009 ten bedrage van € 3.504,00 (incl. btw) voor werkzaamheden in week 9 tot en met 12 ([naam 8]); en
  • de factuur met nummer 2008042 van 30 september 2009 ten bedrage van € 45.141,00 (incl. btw) onder vermelding “werkzaamheden in de periode maart/september cf urenstaten”.
2.7.
Bij e-mail van 8 september 2009 heeft [naam 1] aan de curator onder meer geschreven:
‘Ik heb u gisteren en vandaag een aantal malen getracht te bellen maar kreeg geen contact. Toch heb ik een dringende vraag wat ik moet doen met de schilders die ik op dit moment van stertalent heb ingeleend. De klus van de heer van deelen loopt maandag af, het werk van de heer van de stoel vrijdag. De klus van de heer gutteling is reeds morgen afgerond. (…) Wat gaat u doen?’
2.8.
De curator heeft bij brief van 29 augustus 2012 aan Sterk onder andere bericht:
‘Uit de administratie van (…) Stertalent (…) blijkt dat debiteur Sterk (…) de onderstaande facturen niet heeft voldaan:
  • Factuur 2008038 ad € 2.297,25
  • Factuur 2008040 ad € 11.322,--
  • Factuur 2008041 ad € 3.504,--
Deze facturen heeft de vennootschap u in 2009 doen toekomen. De betalingstermijnen zijn
op 2 februari, 7 april en 10 april 2009 verlopen. De facturen zijn bijgevoegd.
Tevens heb ik de factuur getraceerd die u (…) na 30 september 2009 is toegestuurd. Sterk (…) heeft deze factuur niet voldaan:
- Factuur 2008042 ad € 45.141,--
Ik moge u verzoeken – en voor zover vereist sommeer ik u – de openstaande facturen te voldoen (…)
voor donderdag 6 september 2012(…)
Ter zake van de facturen 2008038, 2008040 en 2008041 heeft u mij ten bewijze van betaling bankafschriften toegezonden. Met medewerking van onze financieel deskundige (…) heb ik echter kunnen vaststellen dat deze bewijzen betaling betreffen van andere facturen. Het staat vast dat u de drie facturen niet betaald heeft.
Ter zake van factuur 2008042 merk ik op dat in de administratie van Stertalent de bewijsstukken zijn aangetroffen voor de door de werknemers van Stertalent (…) verrichte werkzaamheden.’
2.9.
Sterk heeft niet voldaan aan de sommatie van de curator tot betaling van de bij brief van 29 augustus 2012 genoemde facturen.

3.Het geschil

3.1.
De curator vordert – samengevat – bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van Sterk om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de curator te betalen:
I. de hoofdsom van € 62.264,25, althans de facturen van € 2.297,25 en/of
€ 11.322,00 en/of € 3.504,00 en/of € 45.141,00;
II. de wettelijke handelsrente over de hoofdsom tot aan de dag van dagvaarding berekend op € 24.897,21;
III. de wettelijke handelsrente vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag van algehele voldoening;
IV. de buitengerechtelijke kosten ad € 1.815,00;
een en ander met veroordeling van Sterk in de proceskosten, waaronder de nakosten.
3.2.
De curator legt aan zijn vorderingen – samengevat – het volgende ten grondslag. Schilders van Stertalent hebben werkzaamheden verricht ten behoeve van Sterk op basis van overeenkomsten van opdracht dan wel (een) andere overeenkomst(en) tussen Stertalent en Sterk. Uit de boekhouding van Stertalent is gebleken dat Sterk nog niet voor alle uren heeft betaald die schilders van Stertalent hebben besteed aan werkzaamheden voor Sterk. De facturen die zijn genoemd in de brief van 29 augustus 2012 van de curator, te weten de facturen met de nummers 2008038, 2008040, 2008041 en 2008042, zien op deze nog niet betaalde uren.
3.3.
Sterk betwist de vorderingen van de curator. Haar verweer komt er in de kern op neer dat aan de genoemde facturen geen overeenkomst tussen partijen ten grondslag ligt en Sterk betwist dat zij schilders van Stertalent heeft ingehuurd in de in de facturen genoemde periodes. Subsidiair, voor zover zou worden geoordeeld dat Sterk de uren op de facturen met de nummers 2008038, 2008040 en 2008041 wel aan Stertalent verschuldigd is, neemt Sterk het standpunt in dat deze facturen zijn verrekend met vorderingen van de Stichting Pensioenfonds A&O Services op Stertalent (betreffende pensioenpremies), die zij (Sterk) voor Stertalent heeft voldaan.
3.4.
Hierna wordt, voor zover van belang, nader ingegaan op de stellingen van partijen.

4.De beoordeling

4.1.
De vraag is of de facturen waarvan de curator in deze procedure betaling vordert zijn gebaseerd op een of meer overeenkomsten betreffende het inhuren van schilders van Stertalent door Sterk.
4.2.
Voor het bestaan van de overeenkomst(en) voert de curator het navolgende aan.
De facturen met de nummers 2008038, 2008040 en 2008041 staan op de debiteurenlijst van Stertalent, onder de naam van Sterk als debiteur. De debiteurenlijst is opgesteld door [naam 1], die feitelijk ook Stertalent bestuurde en in die dubbelfunctie, als bestuurder van zowel Stertalent als Sterk, zelf personeel van Stertalent kon inschakelen ten behoeve van Sterk en daarvoor ook facturen kon (doen) opstellen. In feite was Stertalent een detacheringsbureau voor (uitsluitend) Sterk. Het opstellen van de facturen geschiedde aan de hand van wekelijkse werkbriefjes van de schilders. De curator doet in dit verband tevens een beroep op de e-mailcorrespondentie tussen [naam 2] en [naam 1] van 1 februari 2008. De curator heeft ter gelegenheid van de comparitie van partijen verklaard dat het niet ongebruikelijk was dat de werkbriefjes niet altijd volledig werden ingevuld door de schilders, dat de werkbriefjes niet voor akkoord werden ondertekend door [naam 1] en dat de uren op de werkbriefjes niet altijd correspondeerden met de gefactureerde uren, maar dat de facturen die aan de hand van deze werkbriefjes zijn opgemaakt in het verleden wel altijd zijn voldaan door Sterk.
4.3.
[naam 1] betwist uitdrukkelijk dat sprake was van een dubbelfunctie en dat hij uit dien hoofde zeggenschap had over de inschakeling van schilders van Stertalent ten behoeve van Sterk en het opstellen van facturen door Stertalent. [naam 1] stelt dat [naam 9] de directeur van Stertalent was en dat hij de volledige zeggenschap had. Sterk huurde slechts schilders van Stertalent in. Het was gebruikelijk dat de werkbriefjes werden ingeleverd bij [naam 9]. [naam 1] was daarbij niet betrokken. Na ontvangst van de facturen van Stertalent controleerde Sterk de facturen aan de hand van de opdrachtbonnen in haar eigen administratie. Als de facturen klopten, werden ze betaald. Als ze niet klopten, werden ze afgekeurd en teruggestuurd. Als [naam 9] niet beschikbaar was, dan vond overleg over de facturen plaats met [naam 2]. Sterk voert voorts aan dat uit de door de curator bij de desbetreffende facturen overgelegde werkbriefjes blijkt dat de uurtarieven verschillen, er een onjuiste opgave van het aantal uren is gedaan, de weeknummers onleesbaar zijn, niet blijkt waar er gewerkt is en voor wie en dat de handtekeningen/parafen op de werkbriefjes van elkaar verschillen. Dat de schilders werkzaam zijn geweest ten behoeve van Sterk en om hoeveel uren het gaat blijkt niet uit de werkbriefjes, aldus Sterk.
4.4.
De rechtbank overweegt als volgt. Tegenover de gemotiveerde betwisting van Sterk heeft de curator onvoldoende (onderbouwd) gesteld dat [naam 1] in een dubbelfunctie zorgde of heeft doen zorgdragen voor het opstellen van de genoemde facturen met de nummers 2008038, 2008040 en 2008041 en het plaatsen van deze facturen op de debiteurenlijst van Stertalent. Niet in geschil is dat Sterk in de periode 2007-2009 regelmatig personeel inhuurde van Stertalent en ook niet dat [naam 1] in dat verband contact had met (onder andere) [naam 2] over facturen van Stertalent, maar uit de door de curator overgelegde en hiervoor weergegeven correspondentie van 1 februari 2008 (r.o. 2.4. en 2.5.) blijkt niet dat [naam 1] akkoord is gegaan met de hiervoor bedoelde drie facturen en dat hij deze op de debiteurenlijst van Stertalent heeft doen plaatsen. Het e-mailverkeer van 1 februari 2008 toont (slechts) aan dat [naam 1] op verzoek van [naam 2] weekstaten (werkbriefjes) van schilders heeft ingeleverd en dat hij signaleert dat een schilder van Stertalent op een bepaalde dag in week 1 tot en met 4 van 2008 niet voor Sterk maar voor een andere klant van Stertalent heeft gewerkt, waarbij hij meldt wie er in dat verband moet worden gefactureerd. Dat betekent niet dat hij heeft ingestemd met de onderhavige facturen. Daarbij heeft het e-mail verkeer van 1 februari 2008 betrekking op week 1 tot en met 4 van 2008 en dateren de facturen waarvan de curator betaling vordert alle uit 2009. Dat die facturen (deels ook) zien op week 1 tot en met 4 van 2008, blijkt nergens uit.
4.5.
Voor het bestaan van een (of meer) overeenkomst(en) tussen partijen heeft de curator verwezen naar de overgelegde werkbriefjes op basis waarvan volgens hem de facturen zijn opgemaakt. Niet in geschil is dat geen van deze werkbriefjes voor akkoord is ondertekend door [naam 1]. Ook als in het verleden door Sterk facturen werden betaald die waren opgemaakt op basis van door schilders van Stertalent niet volledig ingevulde en door [naam 1] niet voor akkoord ondertekende werkbriefjes – partijen strijden daarover – volgt daaruit niet dat aan de facturen met de nummers 2008038, 2008040 en 200804 een of meer overeenkomsten ten grondslag hebben gelegen tussen Stertalent en Sterk. Dat heeft tevens te gelden voor de betwiste stelling van de curator dat Stertalent in wezen slechts dienst deed als detacheringsbureau ten behoeve van Sterk, welke stelling overigens op geen enkele wijze door de curator is geconcretiseerd en/of onderbouwd. Op grond van de overgelegde werkbriefjes kan dan ook niet worden vastgesteld dat en voor hoeveel uren schilders van Stertalent in bedoelde periodes werkzaam zijn geweest ten behoeve van Sterk. Dat de door de curator geschetste werkwijze (niet volledig ingevulde en niet ondertekende werkbriefjes) tussen partijen gebruikelijk was, is door Sterk betwist en vindt geen steun in de door de curator overgelegde (e-mail)correspondentie tussen partijen.
4.6.
Het vorenstaande leidt dan ook tot de conclusie dat de curator onvoldoende onderbouwd heeft gesteld waarop de facturen met de nummers 2008038, 2008040 en 2008041 zijn gegrond, zodat de vorderingen van de curator op dit punt niet toewijsbaar zijn. Dat betekent dat de overige stellingen van partijen met betrekking tot deze facturen geen bespreking meer behoeven.
4.7.
Ten aanzien van de factuur met nummer 2008042 ten bedrage van € 45.141,00 voert de curator, behalve hetgeen hij ook ten aanzien van de hiervoor bedoelde drie facturen heeft aangevoerd, aan dat het een verzamelfactuur betreft voor overige, nog niet betaalde uren voor door Sterk ingehuurde schilders van Stertalent in de periode maart-september 2009 (onderhanden werk). De curator heeft ter gelegenheid van de comparitie verklaard dat de facturen van Stertalent voor het inhuren van schilders meestal niet rechtstreeks door Sterk aan Stertalent werden betaald, maar door middel van verrekening werden voldaan, in die zin dat Sterk ten behoeve van Stertalent betalingen verrichtte aan schuldeisers van Stertalent (waaronder de Stichting Pensioenfonds A&O Services). Aan de hand van betalingen die Sterk voor Stertalent heeft gedaan en de werkbriefjes van de schilders heeft de curator (achteraf) uit de boekhouding van Stertalent afgeleid welke uren nog niet zijn betaald/verrekend, hetgeen neerkomt op een bedrag van € 45.141,00, aldus de curator.
4.8.
De rechtbank overweegt als volgt. De curator heeft ter onderbouwing van zijn vordering op dit punt verwezen naar de werkbriefjes, overgelegd als productie 9 bij dagvaarding. De factuur met nummer 2008042 vermeldt alleen een periode en een totaalbedrag, geen aantal schilders, geen urenaantallen noch uurtarieven. Daargelaten dat de rechtbank het in dat geval niet tot haar taak rekent om zelfstandig tot in detail te verifiëren of de overgelegde werkbriefjes (meer dan 60 stuks) het gefactureerde bedrag kunnen staven – hetgeen bij gebreke van enige concretisering met betrekking tot uurtarieven ook niet valt te verifiëren – blijkt uit een globale bestudering van de overgelegde werkbriefjes onder meer dat de werkbriefjes niet zijn ondertekend door [naam 1], dat ze slechts ten dele zijn ondertekend door de indiener(s) (waarbij bovendien de handtekeningen/parafen sterk van elkaar afwijken), dat slechts ten dele staat vermeld waar en ten behoeve van wie is gewerkt en dat vrije dagen/uren in de opgegeven urentotalen zijn meegerekend. Mede gelet op al hetgeen hiervoor reeds is overwogen, volgt uit deze werkbriefjes niet het bestaan van een of meer overeenkomsten tussen Stertalent en Sterk, meer in het bijzonder blijkt daaruit niet dat Sterk voor het door de curator gevorderde bedrag schilders van Stertalent heeft ingehuurd ten behoeve van opdrachten van Sterk. Om die reden komt ook onvoldoende zelfstandige betekenis toe aan de e-mail van 8 september 2009 van [naam 1], waarop de curator zich beroept. Ook als daaruit afgeleid moet worden dat er op dat moment nog schilders van Stertalent werkzaam waren ten behoeve van Sterk, dan biedt dat e-mailbericht nog altijd geen onderbouwing voor het door de curator gevorderde bedrag van € 45.141,00. De rechtbank is van oordeel dat de curator, mede in het licht van zijn verklaring ter comparitie omtrent de wijze van betaling van facturen van Stertalent door Sterk (te weten voornamelijk door middel van verrekening), voor het bestaan en de omvang van de werkzaamheden die ten grondslag liggen aan de factuur met nummer 2008042 onvoldoende onderbouwd heeft gesteld. Voor nadere bewijslevering is in dat geval geen plaats.
4.9.
De slotsom van het voorgaande is dat de vorderingen van de curator zullen worden afgewezen.
4.10.
De curator zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Sterk worden begroot op:
- griffierecht € 1.892,00
- salaris advocaat
1.788,00(2 punt × tarief € 894,00)
Totaal € 3.680,00

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt de curator in de proceskosten, aan de zijde van Sterk tot op heden begroot op € 3.680,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na heden tot de dag van volledige betaling;
5.3.
veroordeelt de curator in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat niet binnen veertien dagen na heden aan het vonnis is voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente over de nakosten met ingang van de vijftiende dag na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening;
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordelingen onder 5.2 en 5.3 uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. K. van Vlimmeren-van Ommen en in het openbaar uitgesproken op 18 juni 2014.
Coll: MJD