Uitspraak
[verdachte]
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Het onderzoek ter terechtzitting
De raadsman verzoekt de rechtbank tevens zijn cliënt vrij te spreken van het meer subsidiair tenlastegelegde. Hij is van mening dat het bij aangever [slachtoffer] geconstateerde letsel niet als zwaar lichamelijk letsel is te kwalificeren. Hij stelt daartoe dat [slachtoffer] na acht weken weer is gaan werken en dat ook uit de voorhanden zijnde stukken niet blijkt dat er geen uitzicht op volkomen genezing en/of voortdurende ongeschiktheid tot uitoefening van beroepsbezigheden aan de zijde van [slachtoffer] is.
Ten aanzien van het meest subsidiair tenlastegelegde refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
Hoewel de afwezigheid van volledige genezing van het letsel van bijzonder gewicht kan zijn, vormt zij niet de enige grond om van zwaar lichamelijk letsel te kunnen spreken. Ook niet blijvend letsel kan, onder omstandigheden, de kwalificatie ‘zwaar lichamelijk letsel’ dragen. Het gewone spraakgebruik kan een maatstaf zijn voor de beantwoording van de vraag of van zwaar lichamelijk letsel kan worden gesproken. Daarbij kan onder meer de langdurigheid van het herstel worden meegewogen.
Op dit moment, ruim drie maanden na het incident, is er nog geen medische eindtoestand bij [slachtoffer] bereikt. In zijn brief van 5 mei 2014 concludeert Dr. [arts], traumachirurg van het Radboud Universitair Medisch Centrum, dat op dat moment ten aanzien van prognoses omtrent het herstel van het been van [slachtoffer] moeilijk uitspraak is te doen. [3] De rechtbank neemt dat mee in haar beoordeling. Voorts houdt de rechtbank rekening met de aard van de verwonding. De door verdachte afgevuurde kogel is via de voorzijde het rechter been van [slachtoffer] in gegaan en heeft het been aan de achterzijde verlaten. Derhalve was er een in- en uitschotwond in het been zichtbaar. [4] [slachtoffer] heeft door de verwondingen gedurende weken het bed moeten houden en heeft niet kunnen werken. Hij ondervindt nog steeds hinder van de verwonding aan zijn been. Hij geeft zelf aan nog moeite te hebben met handelingen als traplopen. Ook heeft hij een antibioticakuur voorgeschreven gekregen, omdat de wond is gaan ontsteken. Zijn been is nog steeds erg gevoelig en bij lichamelijk onderzoek zag de wond er wat rood uit. [5] De rechtbank houdt in het bijzonder rekening met het feit dat voor volledig herstel van het been van [slachtoffer] medisch ingrijpen noodzakelijk was. [slachtoffer] is op de dag van het incident aan zijn verwondingen geopereerd en is sindsdien meerdere keren voor controle teruggezien in het ziekenhuis. [6] Gelet op het bovenstaande, alles in samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat naar het gewone spraakgebruik sprake is van zwaar lichamelijk letsel.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De motivering van de sanctie(s)
- het uittreksel uit het algemeen documentatieregister betreffende verdachte, gedateerd 18 april 2014;
- een afschrift van trajectconsult door [psychiater], forensisch psychiater NIFP-Oost, d.d. 26 februari 2013;
- een Pro Justitia rapportage d.d. 24 maart 2014 en
- een reclasseringsadvies d.d. 30 april 2014.
Verdachte heeft aangegeven dat hij geholpen wil worden met zijn alcohol- en drugsproblematiek. Hij heeft echter geweigerd mee te werken aan een psychologisch onderzoek, naar eigen zeggen uit angst voor de TBS maatregel. De reclassering heeft geen voorwaardelijk strafdeel met daaraan gekoppeld bijzondere voorwaarden geadviseerd. De reclassering acht verder onderzoek naar de psychische gesteldheid van verdachte wenselijk. Zoals opgemerkt, weigert verdachte daaraan mee te werken. Naar het oordeel van de rechtbank geeft de reeds beschikbare informatie te weinig weer omtrent de persoonlijke omstandigheden en de geestesgesteldheid van verdachte, om in dit stadium passende bijzondere voorwaarden te kunnen formuleren. Zonder medewerking van verdachte is het niet mogelijk om hem gericht verder te helpen in de vorm van een op te leggen behandeling.
Immateriële schade.
In beslag genomen kleding.
Reiskosten.
Kosten fysiotherapie.
Parkeerkosten.