In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 12 maart 2014 een vonnis gewezen in een incident tot tussenkomst en voorlopige voorziening. De eiseres in de hoofdzaak, Herkon BV, heeft de gemeente Maasdriel aangeklaagd wegens toerekenbare tekortkomingen in de nakoming van een samenwerkingsovereenkomst met Rubens Ontwikkeling B.V. betreffende de ontwikkeling van het woningbouwplan 'Rossum-Noord 3e fase'. De gemeente wordt verweten dat zij haar verplichtingen uit deze overeenkomst niet is nagekomen, wat heeft geleid tot schade voor Herkon. De rechtbank heeft in het vonnis de vorderingen van Herkon beoordeeld, waaronder de verzoeken tot veroordeling van de gemeente tot medewerking aan de realisatie van het woningbouwplan en het verbod om een bestemmingsplan in procedure te brengen dat niet in overeenstemming is met de belangen van Herkon.
Daarnaast heeft de rechtbank de incidentele vordering van Grekas B.V. tot tussenkomst in de hoofdzaak toegewezen, omdat Grekas vreesde voor benadeling van haar rechten. De rechtbank heeft geoordeeld dat er sprake is van connexiteit tussen de zaken van Herkon en Rubens, wat de gezamenlijke behandeling van de zaken rechtvaardigt. De rechtbank heeft ook een comparitie van partijen bevolen om meer duidelijkheid te krijgen over de plannen van de gemeente met betrekking tot het bestemmingsplan.
De rechtbank heeft de kosten van de incidenten aan de gemeente en Grekas opgelegd, en de zaak is aangehouden voor verdere behandeling. Dit vonnis benadrukt de noodzaak van samenwerking en communicatie tussen de betrokken partijen in het kader van woningbouwprojecten en de juridische implicaties van samenwerkingsovereenkomsten.