Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
[verzoeker],
[verweerster],
Het verdere procesverloop
- de (tussen)beschikking van deze rechtbank van 10 oktober 2013;
- het journaalbericht met bijlage van de bijzondere curator mr. O.C.A. Sandberg-Vaillant van 13 december 2013;
- het proces-verbaal van de behandeling ter terechtzitting op 22 januari 2014.
De verdere beoordeling
[kind A], geboren op [2006] te [plaats] en
[kind B], geboren op [2007] te [plaats], hierna verder te noemen de minderjarigen en is zij in de gelegenheid gesteld schriftelijk verslag te doen van haar bevindingen over het onderhavige verzoek. Daarnaast zijn alle belanghebbenden opgeroepen voor de behandeling ter terechtzitting op 22 januari 2014 om hun mening over het onderhavige verzoek kenbaar te maken.
“Bij alle maatregelen betreffende kinderen, ongeacht of deze worden genomen door openbare of particuliere instellingen voor maatschappelijk welzijn of door rechterlijke instanties, bestuurlijke autoriteiten of wetgevende lichamen, vormen de belangen van het kind de eerste overweging”.Bij de vraag of het verzoek van de man gegrond dient te worden verklaard speelt in het bijzonder de vraag of het belang van het kind vergt dat een beslissing over het vaderschap pas wordt genomen wanneer het kind daarover zelf een weloverwogen oordeel kan geven.
[verzoeker]niet de biologische vader van de minderjarigen is, is de rechtbank van oordeel dat het in het belang van de minderjarigen is dat thans de feitelijke situatie juridisch wordt vastgelegd. Daarom zal de rechtbank beslissen als na te melden.
De beslissing
[kind B], geboren op [2007] te [plaats], uit:
[verzoeker], geboren op [1969] te [plaats];