ECLI:NL:RBGEL:2013:6116
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de toekenning van huishoudelijke hulp onder de Wmo en de AWBZ
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, op 31 december 2013 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een alleenstaande vrouw met medische beperkingen als gevolg van een motorongeval, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn. Eiseres had eerder een indicatie voor zorg van tien tot 12,9 uur per week, maar het college heeft deze indicatie verlaagd naar zeven uur per week, wat eiseres niet accepteerde. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het besluit van het college, dat haar bezwaar ongegrond had verklaard.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de hand- en spandiensten die eiseres aanvoert, niet onder de Wmo vallen, maar onder de AWBZ of andere onderdelen van de hulp bij het huishouden. De rechtbank oordeelt dat het college voldoende heeft gemotiveerd waarom het is afgeweken van het advies van de bezwarencommissie, die meer zorg had geadviseerd. De rechtbank concludeert dat de toekenning van zorg voor het opwarmen van maaltijden en hand- en spandiensten niet gerechtvaardigd is, en dat de eerdere toekenning niet hoeft te worden voortgezet.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep van eiseres ongegrond en ziet zij geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep binnen zes weken na verzending van de uitspraak.