De ouders baseren deze vorderingen in het licht van de vaststaande feiten op het volgende.
Primair stellen de ouders ten aanzien van alle gedaagden dat er sprake is van een toerekenbare tekortkoming dan wel van een onrechtmatige daad, primair op grond van kindermishandeling subsidiair op grond van schending van de zorgplicht door gedaagden jegens [kind].
Subsidiair stellen de ouders ten aanzien van alle gedaagden dat er sprake is van (risico)aansprakelijkheid voor het handelen van ondergeschikten en hulppersonen als bedoeld in de artikelen 6:76 en 6:170 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
Meer subsidiair stellen de ouders dat er ten aanzien van Bureau Jeugdzorg, het Leger des Heils en de Staat sprake is van een (risico)aansprakelijkheid als bedoeld in artikel 6:171 BW.
Nog meer subsidiair stellen de ouders dat de Staat aansprakelijk is wegens schending van de Grondwet en/of het IVRK en/of het EVRM.
Ter onderbouwing van een en ander hebben de ouders verwezen naar het rapport Van Montfoort, het rapport van de Inspectie Jeugdzorg en het rapport van de Commissie Samson.
Van Montfoort heeft geconcludeerd dat het frequente seksueel grensoverschrijdend gedrag van kinderen te lang onopgemerkt is gebleven door verschillende factoren zoals de beperkte en tekortschietende informatie en deskundigheid bij de groepsleiding in het onderkennen en herkennen van signalen inzake deze problematiek, het planmatig gedrag van de kinderen, de hoge werkdruk, het functioneren van het team en de teamcultuur. Verder zijn er te weinig behandelmogelijkheden voor deze moeilijke doelgroep, bestaande uit kinderen met seksuele gedragsproblemen.
De aanbeveling van Van Montfoort om nadere gesprekken met de kinderen over het gebeuren te voeren is niet uitgevoerd. De noodzakelijke ondersteuning en begeleiding is uitgebleven. Commujon heeft zich beperkt tot het via haar advocaat doorgeven van een tweetal namen van kinder- en jeugdpsychotherapeuten, waarbij ze zich niet heeft uitgelaten over wie de kosten van de behandelingen van [kind] zou moeten dragen.
De Inspectie Jeugdzorg geeft in haar rapportage van januari 2010 als eindoordeel dat het leefklimaat in vier leefgroepen van Commujon onvoldoende veilig was. Commujon besteedde te weinig aandacht aan de toerusting van het personeel. Er waren te weinig medewerkers, de medewerkers waren onvoldoende geschoold, voelden zich niet gehoord en traden als gevolg daarvan stelselmatig en op een onveilige manier beheersmatig op.
Volgens de definitie die de commissie Samson daarvan geeft, is er bij [kind] sprake geweest van seksueel misbruik.
Uit de dagrapportage en contactjournaals blijkt dat er al langere tijd, vanaf augustus 2008, signalen zijn geweest dat er sprake zou kunnen zijn van (seksueel) ongewenst gedrag jegens [kind]. De medewerkers van Commujon hebben deze signalen niet (voldoende) opgepikt. Daardoor werd aan [kind] niet de veiligheid, bescherming en (bijzondere) zorg geboden waar zij op grond van het IVRK en EVRM recht op heeft.