Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 11 september 2013
- de reactie van [gedaagde] bij formulier B16.
2.De nadere instructie van de zaak
De rechtbank heeft de heer J.A.M. Pigge, gecertificeerd registerarbeidsdeskundige bereid gevonden om in deze als deskundige op te treden. De heer Pigge zal daarom als deskundige worden benoemd. Als voorschot op zijn honorarium heeft de deskundige een bedrag van € 7.816,60 (inclusief BTW) verlangd. Dit bedrag komt de rechtbank -gegeven de deskundigheid van de heer Pigge en de complexiteit van de vraagstelling- niet onredelijk voor.
[gedaagde] zal ook ditmaal weer worden belast met de integrale voldoening van het voorschot, dat zal worden afgerond op € 8.000,-- (inclusief BTW).
3.De beslissing
Heling & Partners,
binnen twee wekenna heden,
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
- de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dient aan te vangen,
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
- de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden,
19 maart 2014, voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van [eiser],