Uitspraak
[werkgever]
Rechtbank Gelderland
In deze zaak verzoekt een zorginstelling de kantonrechter om het dienstverband van een begeleider te beëindigen, omdat deze tijdens een bewonersvakantie alcohol heeft gedronken. De instelling voert een zero tolerance beleid, maar de kantonrechter oordeelt dat de begeleider niet op de hoogte was van deze cultuuromslag. De begeleider, die sinds 2006 in dienst is, heeft tijdens de vakantie samen met collega's alcohol genuttigd, wat leidde tot een klacht van een leerlinge die bij de vakantie betrokken was. De instelling heeft de begeleider niet eerst gewaarschuwd, maar direct een ontbindingsverzoek ingediend. De kantonrechter oordeelt dat de instelling de begeleider eerst een ernstige waarschuwing had moeten geven voordat zij tot non-actiefstelling en ontbinding overging. De kantonrechter wijst het verzoek tot ontbinding af, omdat de instelling niet aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake was van een dringende reden voor beëindiging van het dienstverband. De kantonrechter benadrukt dat de begeleider kan terugkeren naar zijn werk, nu de omstandigheden zijn veranderd en de betrokken leerlinge en interim manager niet langer werkzaam zijn bij de instelling. De zorginstelling wordt veroordeeld in de proceskosten van de begeleider.