Uitspraak
[verdachte],
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 30 oktober 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een vader die beschuldigd werd van mishandeling van zijn kinderen. De verdachte werd verweten dat hij zijn kinderen, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], met een riem had geslagen en met zijn voeten op de rug van [slachtoffer 1] had gestaan. De rechtbank heeft vastgesteld dat op 16 juli 2013 de verdachte zijn kinderen meermalen met een riem heeft geslagen, wat door getuigen en forensische rapporten werd bevestigd. Echter, de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de beschuldigingen dat de mishandeling gedurende een langere periode had plaatsgevonden of dat de verdachte met zijn voeten op de rug van [slachtoffer 1] had gestaan.
De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan mishandeling van zijn kinderen, maar niet aan alle tenlastegelegde feiten. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 167 dagen, waarvan 60 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar. De rechtbank hield rekening met de psychische toestand van de verdachte, die als licht verminderd toerekeningsvatbaar werd beschouwd. De rechtbank legde bijzondere voorwaarden op, waaronder ambulante behandeling en een contactverbod met de kinderen, zolang de reclassering dit noodzakelijk achtte. De rechtbank benadrukte de ernst van kindermishandeling en de impact daarvan op de slachtoffers, en besloot dat de verdachte onder toezicht van de reclassering moest blijven om herhaling van dergelijk gedrag te voorkomen.