ECLI:NL:RBGEL:2013:1667

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
8 juli 2013
Publicatiedatum
16 juli 2013
Zaaknummer
13 / 1353
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Wraking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot wraking van rechter in strafzaak wegens psychische gesteldheid verzoeker

In deze beschikking van de Rechtbank Gelderland, gedateerd 8 juli 2013, is het verzoek tot wraking van mr. J.M.J.M. Doon afgewezen. Verzoeker, die gedagvaard was voor twee verschillende strafzaken, stelde dat zijn psychische gesteldheid hem niet in staat stelde om zich op beide zaken tegelijk voor te bereiden. Hij verzocht om aanhouding van de zitting, maar dit verzoek werd door de behandelend rechter afgewezen. Verzoeker voerde aan dat hij niet serieus genomen werd en dat dit zijn recht op een eerlijk proces in gevaar bracht.

De rechtbank overweegt dat wraking van een rechter alleen mogelijk is op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekken. De rechtbank stelt vast dat verzoeker geen concrete feiten heeft aangedragen die wijzen op vooringenomenheid van mr. Doon. De afwijzing van verzoekers verzoek om de zaken afzonderlijk te behandelen en om uitstel te verlenen, is niet voldoende om te concluderen dat de rechter niet onpartijdig zou zijn. Mr. Doon heeft aangegeven de psychische toestand van verzoeker serieus te nemen en zal hier rekening mee houden tijdens de zitting.

De rechtbank concludeert dat verzoeker geen zwaarwegende aanwijzingen heeft gegeven voor de vrees dat mr. Doon vooringenomen zou zijn. Daarom wordt het verzoek tot wraking afgewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK GELDERLAND

Wrakingskamer
Zaaknummer: 13 / 1353
Beschikking van 8 juli 2013
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats]
verzoeker tot wraking,
tegen
mr. J.M.J.M. Doon, in zijn hoedanigheid van rechter.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het schriftelijke wrakingsverzoek van 3 juli 2013, ingekomen bij deze rechtbank op 4 juli 2013
  • het schriftelijke verweer van mr. J.M.J.M. Doon van 4 juli 2013.
Bij de mondelinge behandeling ter zitting van 8 juli 2013 zijn verschenen:
  • verzoeker;
  • mr. A.M. Tromp, officier van justitie.
Mr. J.M.J.M. Doon heeft laten weten dat hij niet ter zitting zal verschijnen.

2.Het wrakingsverzoek

2.1
Het verzoek tot wraking is gericht tegen mr. J.M.J.M. Doon als rechter in de zaken met parketnummer 05/037413-13 en 05/066579-13 tegen verzoeker als verdachte.
2.2
Verzoeker heeft blijkens het schriftelijke verzoek, zoals toegelicht bij de mondelinge behandeling, het volgende aan zijn verzoek ten grondslag gelegd.
Bij brief van 10 juni 2013 heeft verzoeker onder meer verzocht de twee zaken waarvoor hij is gedagvaard niet gezamenlijk, maar afzonderlijk te behandelen, omdat hij geestelijk niet in staat is zich op twee verschillende zaken tegelijk voor te bereiden. Ook ter zitting is dit te zwaar voor hem. Pas nadat verzoeker zelf contact heeft opgenomen met de rechtbank, is hem gebleken dat zijn verzoek door de rechter, na advies van de officier van justitie, is afgewezen. Bij brief van 2 juli 2013 heeft verzoeker zijn verzoek herhaald en daarbij opgemerkt dat hij graag zijn psycholoog als deskundige wil meenemen om de geestelijke gesteldheid van verzoeker te verduidelijken. Omdat de psycholoog op de vastgestelde zittingsdag met vakantie is, heeft verzoeker om uitstel verzocht. Ook dit verzoek is door de rechter verworpen. Nu de rechter geen rekening houdt met de geestelijke toestand van verzoeker en hij verzoeker daarmee niet serieus neemt, is het te verwachten dat verzoeker ook ter zitting niet serieus genomen zal worden en hierdoor krijgt verzoeker geen eerlijk proces.
2.3
Mr. J.M.J.M. Doon heeft laten weten dat hij niet in de wraking berust en heeft verweer gevoerd. Dat verweer wordt hierna zover nodig besproken.
2.4
Mr. A.M. Tromp heeft ter zitting de rechtbank geadviseerd het verzoek tot wraking af te wijzen.

3.De beoordeling

3.1
Wraking van een rechter is slechts mogelijk op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Daarvan kan sprake zijn indien de rechter jegens een partij vooringenomen is of indien de vrees van een partij daarvoor objectief gerechtvaardigd is. Bij de beoordeling daarvan moet voorop staan dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat de rechter jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans dat bij die partij dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is (HR 24 oktober 1995 NJ 1996,484). Uit de artikelen 512 en 513 Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) en het vermoeden van onpartijdigheid volgt dat de verzoeker concrete feiten en omstandigheden moet aanvoeren waaruit objectief afgeleid moet worden dat de rechter jegens een partij vooringenomen is of de vrees van een partij dat dat zo is objectief gerechtvaardigd is. Met inachtneming hiervan overweegt de rechtbank het volgende.
3.2
De klachten van verzoeker zijn in wezen gericht tegen de beslissingen van mr. Doon om de verzoeken van verzoeker om de twee zaken niet gelijktijdig te behandelen en de zitting uit te stellen tot een tijdstip waarop de psycholoog van verzoeker aanwezig kan zijn, af te wijzen. In zijn verweerschrift heeft mr. Doon deze afwijzing toegelicht en daarbij opgemerkt dat hij ter terechtzitting serieus rekening zal houden met de psychische toestand van verzoeker en dat hij in de gaten zal houden of voortzetting van de terechtzitting verantwoord is. De rechtbank is van oordeel dat, het enkele feit dat mr. Doon niet tegemoet is gekomen aan de wens van verzoeker om de zaken afzonderlijk van elkaar te behandelen, geen feit of omstandigheid is waaruit volgt dat mr. Doon bij het geven van deze beslissing vooringenomen was tegen verzoeker. Mr. Doon heeft juist verklaard dat hij de persoonlijke omstandigheden van verzoeker zeer serieus neemt en daarmee rekening zal houden. Evenmin is het feit dat de zitting niet wordt verplaatst omdat de psycholoog van verzoeker verhinderd is op de vastgestelde dag te verschijnen om verzoeker ter zitting ondersteuning te verlenen, reden om te twijfelen aan een eerlijke en onpartijdige behandeling van de zaak. Bij een en ander komt dat mr. Doon zich op generlei wijze inhoudelijk heeft uitgelaten over de zaken tegen verzoeker.
3.3
Alles overziend, concludeert de rechtbank dat verzoeker geen concrete feiten en omstandigheden heeft aangedragen waaruit de rechtbank vooringenomenheid van mr. Doon of zwaarwegende aanwijzingen voor objectief gerechtvaardigde vrees daarvoor kan afleiden. Daarom moet het verzoek worden afgewezen.

4.De beslissing

De rechtbank
wijst het verzoek tot wraking af.
Deze beschikking is gegeven door de mrs. P.J. Wiegman, G. Noordraven en
F.M.T. Quaadvliet, in tegenwoordigheid van de griffier mr. A.J.W. Lambregts en in het openbaar uitgesproken op 8 juli 2013.
de griffier de voorzitter
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.