Op 26 juni 2013 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde. De rechtbank heeft de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd. De vordering tot verlenging was ingediend door de officier van justitie op 3 mei 2013 en werd behandeld op een openbare zitting op 12 juni 2013. De betrokkene was niet aanwezig bij de zitting, maar was eerder gehoord in de kliniek waar hij verblijft. De rechtbank heeft de relevante stukken bekeken, waaronder een verlengingsadvies van twee psychiaters en wettelijke aantekeningen over de periode van 6 september 2011 tot en met 22 november 2012.
De rechtbank overwoog dat de vordering tijdig was ingediend en dat de raadsman van de betrokkene zich niet verzet tegen de toewijzing van de vordering. De betrokkene heeft aangegeven dat hij begrijpt dat hij behandeling nodig heeft en dat hij bereid is om mee te werken aan het in het verlengingsadvies opgestelde plan van aanpak. De officier van justitie heeft zijn vordering gehandhaafd.
Uit het verlengingsadvies en de toelichting van de deskundige bleek dat de betrokkene sinds juni 2009 in het forensisch psychiatrisch centrum verblijft en dat hij lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis en alcoholafhankelijkheid. Ondanks de uitdagingen in zijn behandeling, lijkt hij vooruitgang te boeken. De rechtbank concludeerde dat de veiligheid van anderen vereist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd, gezien het hoge recidiverisico bij onvoorwaardelijk ontslag. De beslissing om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen werd genomen door de meervoudige kamer van de rechtbank, onder leiding van de voorzitter en twee andere rechters, en werd uitgesproken op de openbare zitting.