ECLI:NL:RBDOR:2011:BU7320
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding na inbraak en de afwijzing van onderzoekskosten
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Dordrecht, vorderde de besloten vennootschap [X] Breda B.V. schadevergoeding van gedaagde, die in 2009 bij een van haar winkels had ingebroken. De eiseres vorderde een totaalbedrag van € 16.488,58, inclusief kosten voor een ingehuurd recherchebureau en schade aan de winkel. De rechtbank oordeelde dat de kosten van het recherchebureau niet voor vergoeding in aanmerking kwamen, omdat deze niet in redelijkheid waren gemaakt, gezien het feit dat de politie al een opsporingsonderzoek had ingesteld. De rechtbank wees de vordering tot vergoeding van deze kosten af, maar kende wel een deel van de schadevergoeding toe, met inbegrip van de kosten voor het vervangen van sloten en andere schadeposten die direct verband hielden met de inbraak.
De rechtbank oordeelde dat de gedaagde aansprakelijk was voor de schade die de eiseres had geleden als gevolg van de inbraak, en dat de kosten voor het recherchebureau niet noodzakelijk waren, aangezien de politie al actief onderzoek deed. De rechtbank wees de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten ook af, omdat deze niet voldoende waren onderbouwd. Uiteindelijk werd gedaagde veroordeeld tot betaling van € 12.411,43 aan eiseres, vermeerderd met wettelijke rente, en werd hij ook veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die op € 2.239,43 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.