ECLI:NL:RBDOR:2011:BQ4329
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vervolg kort geding inzake inschrijving conservatoire beslag in Nederlands kadaster
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Dordrecht op 28 april 2011 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Ruvejo B.V. en meerdere gedaagden, waaronder vennootschappen onder firma en een particulier. De eiseres, Ruvejo B.V., vorderde dat de gedaagden de inschrijving van een conservatoire beslag in het Nederlands kadaster zouden doorhalen, terwijl het beslag in België was gelegd. De voorzieningenrechter heeft in een eerder tussenvonnis van 31 maart 2011 reeds geoordeeld dat zij bevoegd was om van de zaak kennis te nemen en heeft partijen de gelegenheid gegeven om zich nader uit te laten.
In de beoordeling heeft de voorzieningenrechter vastgesteld dat de inschrijving in het kadaster niet onrechtmatig was. De voorzieningenrechter oordeelde dat het toepasselijke recht Nederlands recht was, op basis van de EG-Verordening Rome II, omdat de schade zich in Nederland voordeed en zowel Ruvejo als de gedaagden hun gewone verblijfplaats in Nederland hebben. De voorzieningenrechter concludeerde dat de gedaagden niet onrechtmatig hadden gehandeld door het beslag in te schrijven, aangezien het beslag in België reeds was gelegd voordat de eigendomsoverdracht van het schip aan Ruvejo plaatsvond.
De vordering van Ruvejo werd afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagden tot dat moment waren begroot op EUR 2.778,-. De uitspraak benadrukt de toepassing van het Nederlandse recht in internationale geschillen en de voorwaarden waaronder een conservatoire beslag kan worden ingeschreven in het kadaster.