ECLI:NL:RBDOR:2011:BP3750
Rechtbank Dordrecht
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift tegen het bepalen en verwerken van DNA-profiel van veroordeelde in verband met steunfraude
Op 19 januari 2011 heeft de Rechtbank Dordrecht uitspraak gedaan in een zaak waarin een bezwaarschrift is ingediend tegen het bepalen en verwerken van het DNA-profiel van de veroordeelde, die eerder was veroordeeld voor steunfraude. De rechtbank heeft het bezwaarschrift gegrond verklaard. De veroordeelde, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. K. Durdu, had bezwaar gemaakt tegen de beslissing van de officier van justitie om celmateriaal af te nemen op basis van haar veroordeling. De rechtbank overwoog dat de wet DNA-onderzoek bij veroordeelden uitzonderingsgronden kent, waaronder de mogelijkheid dat het bepalen en verwerken van een DNA-profiel niet van betekenis zal zijn voor de voorkoming, opsporing en berechting van strafbare feiten, gelet op de aard van het misdrijf en de omstandigheden waaronder het gepleegd is.
De rechtbank stelde vast dat de veroordeelde, op het moment van de uitspraak, 62 jaar oud was en dat de kans op recidive zeer gering was. De rechtbank merkte op dat het doel van de wetgever, preventie en repressie, niet gediend zou zijn door het bepalen en verwerken van het DNA-profiel van de veroordeelde. De officier van justitie had aangevoerd dat de leeftijd van de veroordeelde geen argument was om het DNA-profiel niet te bepalen, maar de rechtbank was van mening dat er onvoldoende bewijs was dat de veroordeelde in de toekomst opnieuw misdrijven zou plegen.
Uiteindelijk concludeerde de rechtbank dat het bezwaarschrift gegrond moest worden verklaard en dat de officier van justitie ervoor moest zorgen dat het celmateriaal van de veroordeelde terstond werd vernietigd. Deze beslissing werd genomen in het belang van de veroordeelde en in overeenstemming met de wetgeving omtrent DNA-onderzoek bij veroordeelden.