ECLI:NL:RBDOR:2010:BO8375
Rechtbank Dordrecht
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en afwikkeling huwelijkse voorwaarden met betrekking tot partneralimentatie en verrekening van vermogen
In deze zaak heeft de Rechtbank Dordrecht op 22 december 2010 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure tussen een vrouw en een man. De echtscheiding was reeds uitgesproken, maar er was nog onenigheid over de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden en de partneralimentatie. De huwelijkse voorwaarden bepaalden dat er geen gemeenschap van goederen zou zijn en dat de inkomsten na aftrek van gemeenschappelijke kosten gelijk verdeeld zouden worden. De vrouw verzocht om partneralimentatie van € 2.170,-- bruto per maand, terwijl de man betwistte dat de vrouw deze behoefte had en stelde dat hij niet in staat was om deze alimentatie te betalen. De rechtbank heeft de behoefte van de vrouw vastgesteld op € 913,-- netto per maand, rekening houdend met de kosten van levensonderhoud en de bijdrage van de man tijdens het huwelijk. De rechtbank heeft de draagkracht van de man berekend en vastgesteld dat hij € 592,-- per maand aan de vrouw moet betalen als partneralimentatie, met ingang van de datum waarop de echtscheidingsbeschikking is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.
Daarnaast heeft de rechtbank de verrekening van het vermogen tussen partijen beoordeeld. De vrouw had recht op een bedrag van € 32.244,32 ter verrekening van de door partijen tijdens hun huwelijk overgespaarde inkomsten. De rechtbank heeft de proceskosten gecompenseerd, zodat ieder van partijen de eigen kosten draagt. De beschikking is gegeven door mr. A.J.G. Jukema en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 22 december 2010.