ECLI:NL:RBDOR:2008:BD7797
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van openlijke geweldpleging tijdens nieuwjaarsrellen in Leerdam
Op 21 juli 2008 heeft de Rechtbank Dordrecht uitspraak gedaan in de zaak tegen een 22-jarige man uit Leerdam, die werd verdacht van openlijke geweldpleging in de nieuwjaarsnacht van 2008. De verdachte was beschuldigd van betrokkenheid bij geweld tegen een politievoertuig, waarbij onder andere ruiten werden ingeslagen en het voertuig in brand zou zijn gestoken. Tijdens de zitting op 8 juli 2008 werd vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat de rechtbank bevoegd was om de zaak te behandelen. De officier van justitie eiste een voorwaardelijke gevangenisstraf van acht weken en een werkstraf van 100 uur, maar de verdediging pleitte voor vrijspraak.
De rechtbank heeft na het horen van de bewijsvoering geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen. De enige verklaring die tegen de verdachte werd ingebracht, was die van een medeverdachte, die meende de verdachte te herkennen aan zijn houding. De rechtbank oordeelde dat deze verklaring niet voldoende was om de directe betrokkenheid van de verdachte bij het geweld aan te nemen. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van alle tenlastegelegde feiten.
De rechtbank heeft ook de vordering van de benadeelde partij, de Politie Zuid-Holland-Zuid, behandeld, maar omdat de verdachte werd vrijgesproken, werd de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering. De kosten die de benadeelde partij had gemaakt, werden op nihil begroot. De uitspraak werd gedaan door de meervoudige strafkamer van de Rechtbank Dordrecht, onder leiding van voorzitter mr. A. Hello, en in aanwezigheid van de rechters mr. W.P.M. Jurgens en mr. M.A. Waals, en griffier mr. C.Y. de Lange.