ECLI:NL:RBDOR:2008:BD3262
Rechtbank Dordrecht
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Verbod op bedreigende uitlatingen door gedaagde aan advocaat Van Houten
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Dordrecht op 5 juni 2008 uitspraak gedaan in een kort geding tussen eiser mr. P.C. van Houten, advocaat te Dordrecht, en gedaagde, die in een e-mail een bedreigende opmerking had gemaakt. Eiser vorderde een verbod voor gedaagde om zich bedreigend uit te laten jegens hem, zijn familie en kantoorgenoten. De aanleiding voor de vordering was een e-mail van gedaagde aan zijn ex-echtgenote, waarin hij onder andere schreef: 'Zal ze doorbelasten aan je advocaat voor ik zijn strot af zal snijden.' Eiser ontving deze e-mail via zijn ex-echtgenote en voelde zich hierdoor bedreigd.
Gedaagde voerde als verweer aan dat zijn opmerking niet bedreigend was bedoeld en dat dit taalgebruik in zijn milieu niet als zodanig werd ervaren. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat, ongeacht de bedoelingen van gedaagde, de uitdrukking 'zijn strot af zal snijden' als een bedreiging kon worden opgevat. Dit leidde tot de conclusie dat gedaagde onrechtmatig had gehandeld door inbreuk te maken op de persoonlijke levenssfeer van eiser.
Het gevorderde verbod ten aanzien van eiser werd toegewezen, maar het verbod ten aanzien van de familie en kantoorgenoten van eiser werd afgewezen, omdat hiervoor onvoldoende grond was. Gedaagde werd ook veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van eiser tot een bedrag van € 1.158,71 werden begroot. De voorzieningenrechter verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ondanks eventuele hoger beroep procedures.