2.1. TNO-Bouw, Centrum voor Houttechnologie, heeft op 17 maart 1995 een rapport uitgebracht in verband met een in opdracht van Prodema uitgevoerd onderzoek naar de door Prodema geproduceerde gevelbekledingsplaat Eyong. TNO-Bouw concludeerde in dit rapport, onder meer, het volgende: “Uit de resultaten van het onderzoek aan de aangeleverde platen, kan worden geconcludeerd dat, voor wat betreft de onderzochte factoren, het onderzochte plaatmateriaal geschikt is voor toepassing in de gevel van gebouwen.”
2.2. Medio 1996 is de handelsagent van Prodema in Nederland benaderd door Mecannoo Architekten B.V. in verband met het toepassen van door Prodema vervaardigd plaatmateriaal in buitendeuren en bij ramen met kleppen in het nieuwbouwproject “Stadshagen” te Zwolle van welk project Nijhuis Bouw B.V. (hierna verder: Nijhuis Bouw) de hoofdaannemer was.
2.3. Nijhuis Bouw heeft aan Nijhuis Toelevering op 13 juni 1997 opdracht verleend voor het leveren van machinaal timmerwerk, e.e.a. omschreven in een opdrachtbevestiging van Nijhuis Toelevering d.d. 30 juni 1997. In de opdrachtbevestiging komt voor zover thans van belang het volgende voor:
“Garantie
(…)
G.N.D.-garantie:
De prodema ramen worden geleverd met G.N.D.-garantie of de garanties van de leverancier.
Tot de levering behorende houten buitendeuren worden gegarandeerd voor een termijn van 6 jaar overeenkomstig de bepalingen van het garantiereglement van de Stichting Garantiefonds Deuren GND.
(…)”
2.4. Nijhuis Toelevering heeft aan Deurenfabriek Van der Plas opdracht verleend voor de productie van bedoelde deuren en ramen met kleppen.
2.5. Deurenfabriek Van der Plas heeft aan Stichting Hout Research (hierna: SHR) opdracht gegeven om een onderzoek uit te voeren op een vlakke buitendeur bekleed met “Prodema” platen.
2.6. In het rapport van de SHR van 7 november 1997, staat onder “4. Conclusies” onder meer het volgende vermeld: “3. Bij de glasopening, briefsleuf en de bovendorpel (t.p.v. de koker) van deur 10079701A is na 6 weken snelverwering uiterlijke verandering of vervorming waar te nemen. Doordat het randhout van de beide stijlen doorloopt is er aan de boven- en onderdorpel kopshout zichtbaar. Dit is onvoldoende afgedicht en waardoor het kopse hout is gaan werken.”
2.7. Deurenfabriek Van der Plas is plaatmateriaal gaan afnemen van Prodema ten behoeve van de productie van ramen met kleppen en deuren. Prodema heeft ter verzekering van aansprakelijkheid voor eventuele gebreken een overeenkomst gesloten met de Stichting Garantiefonds Industriële Producten (hierna: GIP).
Deurenfabriek Van der Plas heeft zowel met Stichting Garantie Deuren (GND) als met GIP een overeenkomst gesloten ter verzekering van aansprakelijkheid voor eventuele gebreken.
2.8. Nijhuis Toelevering heeft medio 1998 zich beklaagd bij Deurenfabriek Van der Plas over de geleverde deuren en ramen met kleppen.
2.9. Deurenfabriek Van der Plas heeft deze klachten gemeld bij GIP. GIP heeft op 1 december 1998 Risk Consultants opdracht gegeven tot het verrichten van een schade-onderzoek. In het door Risk Consultants opgestelde rapport van expertise staat onder de alinea met als aanhef “schade-oorzaak” het volgende vermeld:
“Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen:
- De vlekken op de deuren worden veroorzaakt door onzorgvuldige behandeling en besmeuring van de deuren op de bouwplaats (na montage) met specie en modder;
- Het vocht dat hoogstwaarschijnlijk de vlekken boven de brievenbussen veroorzaakt kan tussen de brievenbus en de plaat komen doordat de brievenbussen niet conform NEN 1720 zijn aangebracht. De bovenzijde van de plaat is niet waterdicht aangebracht;
- De vochtplekken in de kleppen ter plaatse van de onderste aluminiumstrip worden veroorzaakt, doordat er vocht tussen de strip en de plaat blijft zitten. Hier is onvoldoende ventilatie mogelijk . De kozijnen zijn gemaakt overeenkomstig de KVT 1995. Er is bij dit detail sprake van katern 14 “Kozijnen en ramen met binnensponningen”. Het detail komt niet geheel overeen met de tekeningen op blad 3. Het is ons niet bekend of deze afwijking is aangemeld bij het SGT en of hiervoor toestemming is verkregen.
Omdat de garantiedekking beperkt is tot de kleine deuren valt schade met betrekking tot de grote deuren en de raamkleppen niet onder deze verzekering. Voor de kleine deuren blijft alleen het besmeuren als gebeurtenis over.”
2.9. Voorts hebben Deurenfabriek Van der Plas, Nijhuis Toelevering en Mikas Prodema Benelux (de handelsagent van Prodema in Nederland) aan SHR opdracht gegeven om onderzoek te doen naar aanleiding van diverse verkleuringen die voorkomen op met Prodema plaat beklede deuren en draaikleppen. De conclusies van het rapport van SHR van 10 maart 1999 met nummer 98.348 luiden als volgt:
“4.1 Vochtopname
De “grafiekvormige” verkleuringen die zich voordoen rond de briefgleuf bij de deuren en de onderzijde van de draaikleppen en bij oppervlakkige beschadiging van de bekledingsplaat in het algemeen is een gevolg van het capillair opnemen van water door de fineerlaag van de bekledingsplaat via het kopse hout.
De opname van water door de kopse kant van de fineerlaag is juist hier mogelijk omdat er sprake kan zijn van “aanhangend” water of “opliggend” water en bovendien omdat dit water minder goed kan verdampen door een verminderde ventilatie. De bekledingsplaat dient om deze reden voldoende goed te worden afgedicht.
(…)
De met 2 componenten poly-urethaan lak afgedichte proefstukken hebben geen last van optrekkend water. Deze lak is daarom geschikt, indien goed toegepast, voor het afdichten van het kopse hout van het fineer.
4.2 Alkalische middelen
De rode en roodbruine verkleuringen (vlekken) op de deuren en de draaikleppen uit het project zijn waarschijnlijk veroorzaakt door de inwerking van alkalische middelen op de bekledingsplaat.
(…)
4.3 Opmerkingen met betrekking tot preventieve en curatieve maatregelen
Deuren
De “grafiekvormige” verkleuringen rond de briefopening bij de deuren kan voorkomen worden door:
1.een voldoende vochtbestendige bekledingsplaat op de deuren toe te passen
2.het voorkomen van de mogelijkheid voor water om zich te kunnen concentreren in de briefgleufinkrozing door het afkitten van de aansluiting briefklep, deuroppervlak
3.het grondig afwerken van de briefgleufinkrozing en met name het kopse hout van de fineerlagen van de bekledingsplaat.
De “grafiekvormige” verkleuringen aan de onderzijde van de draaikleppen kan voorkomen worden door:
1.Het grondig afwerken van de omkanten van de draaikleppen en met name het kopse hout van de fineerlagen van de bekledingsplaat. (…)”
2.10.Vervolgens hebben Deurenfabriek Van der Plas en Nijhuis Toelevering door SHR een aanvullend onderzoek laten uitvoeren. Naar aanleiding van dit onderzoek heeft SHR op 7 mei 2001 een briefrapport, met rapportcode 20.034-2, uitgebracht, waarin – voor zover thans van belang – het volgende is vermeld:
1 Opdracht
(…) De Prodema-plaat die gebruikt is als bekledingsplaat vertoont een grafiekvormige verkleuring aan de onderzijde van de kleppen en deuren zoals al eerder onderzocht en gerapporteerd in SHR rapport 99.315. (…)
4 Conclusies
(…)
Samenvattend:
Het fineer van de Prodema-plaat kan vocht opnemen.
Een gevolg van het opnemen van vocht is het versneld verouderen van de lijmverbinding tussen fineer en de basisplaat waardoor delaminatie ontstaat. Dat vocht de primaire oorzaak is van de delaminiatie is te verklaren uit het feit dat het onderzochte Prodema-plaatmateriaal van de klep zowel aan de binnenzijde als aan de buitenzijde een onvoldoende kwaliteit lijmverbinding tussen fineer en basisplaat te zien geeft. De klep is namelijk afkomstig uit een natte ruimte waarbij de Prodema-plaat die aan de binnenzijde van de klep gemonteerd heeft gezeten ook een vochtbelasting aan deze zijde heeft gehad.
Door een hoog vochtgehalte in het fineer ontstaat er biologische aantasting (schimmel) van de eyong fineer.”
2.11. In de in opdracht van Nijhuis Toelevering door TNO Bouw opgestelde rapportage van 7 februari 2003 staat het volgende vermeld:
“Hierbij zenden wij u onze rapportage betreffende het onderzoek aan de Prodema gevelbekledingspanelen van een project te Zwolle.
Doel van dit onderzoek is het aantonen eventuele vochtopname in het paneel, voor tijdens en na verouderen in vergelijking met een eerder uitgevoerd onderzoek aan dit materiaal.
Hiervoor werden de volgende werkzaamheden uitgevoerd:
(…)
Laboratoriumonderzoek
Om de oorzaak van de verkleuringen te onderzoeken werden de volgende tests uitgevoerd:
(…)
- UV veroudering
Door monsters van de panelen bloot te stellen aan UV-licht kan de gevoeligheid van de panelen voor UV-licht (zonlicht) bepaald worden.
Resultaten van het onderzoek
(…)
UV veroudering
Onder invloed van UV verweert het oppervlak, waardoor een verkleuring kan optreden. Deze verkleuringen komen voor op alle drie platen. Ook de niet verouderde kant (in de praktijk binnenzijde) vertoont na twee weken ernstige verkleuringen.