ECLI:NL:RBDOR:2007:BC0739
Rechtbank Dordrecht
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van vordering tot loondoorbetaling na ontslag op staande voet wegens aftappen van dieselolie voor eigen gebruik
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Dordrecht op 4 december 2007 uitspraak gedaan in een kort geding tussen eiser, [naam], en gedaagde, Pon Power B.V. Eiser had een vordering ingesteld tot loondoorbetaling na zijn ontslag op staande voet, dat was gegeven wegens het aftappen van dieselolie voor eigen gebruik. Eiser stelde dat hij een spoedeisend belang had bij zijn vorderingen, omdat hij gedurende bijna een maand zonder inkomen had gezeten en een lening van € 1.000,- had moeten aangaan om in zijn levensonderhoud te voorzien. Echter, de kantonrechter oordeelde dat eiser per 8 oktober 2007 weer een inkomen genoot via een detacheringsbureau, waardoor het spoedeisend belang ontbrak.
De rechter beoordeelde dat eiser niet voldoende had aangetoond dat hij in een noodsituatie verkeerde die een onmiddellijke beslissing vereiste. Bovendien was het onduidelijk waarom eiser niet had gewacht op de uitkomst van een bodemprocedure, aangezien hij inmiddels weer een vergelijkbaar salaris verdiende. De kantonrechter concludeerde dat de kans aanzienlijk was dat in een bodemprocedure het ontslag op staande voet rechtsgeldig zou worden verklaard, gezien de herhaalde waarschuwingen aan eiser over het verbod op het aftappen van dieselolie.
Uiteindelijk wees de kantonrechter de vorderingen van eiser af en veroordeelde hem in de proceskosten aan de zijde van Pon, begroot op € 400,- aan salaris voor de gemachtigde. Dit vonnis benadrukt het belang van het aantonen van spoedeisend belang in kort geding procedures en de noodzaak voor werknemers om zich bewust te zijn van de regels en sancties binnen hun werkplek.