ECLI:NL:RBDOR:2006:AZ1895
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- I.M.A. Hinfelaar
- E.H. van der Steeg
- F.G.H. Kristen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in schietincident te Dordrecht
Op 9 november 2006 heeft de Rechtbank Dordrecht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1983, die werd beschuldigd van een schietincident op 1 mei 2006 te Dordrecht. De verdachte werd ervan beschuldigd met voorbedachten rade te hebben geprobeerd [slachtoffer 1] van het leven te beroven door meerdere keren op hem te schieten. Daarnaast werd hem verweten een auto, toebehorende aan [slachtoffer 2], te hebben beschadigd door met een vuurwapen in de richting van die auto te schieten. Tijdens de zitting op 3 november 2006 heeft de rechtbank de processtukken en de vordering van de officier van justitie bekeken, evenals de verdediging van de verdachte, die vrijspraak bepleitte.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er een schietincident heeft plaatsgevonden, maar niet bewezen kon worden dat de verdachte de schutter was. De verklaringen van het slachtoffer en een getuige waren inconsistent en er was geen ondersteunend bewijs dat de verdachte daadwerkelijk de schutter was. De getuige had de verdachte niet herkend tijdens een fotoconfrontatie en de historische belgegevens van de mobiele telefoons gaven geen steun voor de verklaringen van het slachtoffer. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor de tenlastegelegde feiten.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van zowel poging tot moord als vernieling. De rechtbank heeft ook beslist dat de in beslag genomen imitatiewapen en stroomstootwapen aan het verkeer worden onttrokken, en dat de verdachte zijn mobiele telefoon terugkrijgt. De benadeelde partij, [slachtoffer 1], werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering, en de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf werd afgewezen.