ECLI:NL:RBDOR:2005:AU6546
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.J.E. Cartygny
- Rechtspraak.nl
Huur: verzet niet ontvankelijk in verband met niet tijdig instellen van verzet
In deze zaak heeft de kantonrechter te Dordrecht op 31 maart 2005 uitspraak gedaan in een verzetprocedure. De opposante, vertegenwoordigd door mr. B.R.M. de Bruyn, had verzet aangetekend tegen een eerder vonnis van 19 oktober 2000, waarin zij samen met een medegedaagde was veroordeeld tot betaling van een bedrag van f. 5951,83, vermeerderd met wettelijke rente en kosten. De opposante stelde dat zij niet tijdig op de hoogte was gesteld van het vonnis en dat zij daarom verzet had ingesteld. De kantonrechter moest beoordelen of het verzet tijdig was ingediend.
De kantonrechter oordeelde dat de opposante niet tijdig verzet had ingesteld, omdat zij niet binnen de wettelijke termijn van vier weken na de kennisgeving van het vonnis had gereageerd. De opposante had aangevoerd dat zij de Nederlandse taal niet goed beheerst en daardoor niet op de hoogte was van het vonnis. De rechter oordeelde echter dat de opposante, ondanks haar taalproblemen, voldoende bekendheid had met de inhoud van het vonnis, mede door de correspondentie die zij had gevoerd. De kantonrechter concludeerde dat het verzet niet ontvankelijk was en dat de opposante in de kosten van het geding werd veroordeeld.
De beslissing van de kantonrechter was dat de opposante niet-ontvankelijk werd verklaard in haar verzet en dat zij de kosten van het geding moest betalen, vastgesteld op € 135,-- voor de gemachtigde van de geopposeerde partij, de stichting Woningstichting Progrez. Dit vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier en is gepubliceerd op de website van de Rechtspraak.