ECLI:NL:RBDOR:2005:AU0584
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Burengeschillen over bomen en planten: wellicht verhuizen?
In deze zaak, die werd behandeld door de kantonrechter te Dordrecht, ging het om een burengeschil tussen twee partijen die naast elkaar wonen. Het geschil betrof voornamelijk de aanwezigheid van klimplanten en een kronkelwilg die door de gedaagde in haar tuin waren geplaatst, en de gevolgen daarvan voor de eisers. De eisers vorderden dat de gedaagde haar verplichtingen uit een eerder gesloten vaststellingsovereenkomst zou nakomen, waaronder het snoeien van klimplanten en het verwijderen van de kronkelwilg. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde niet in gebreke was gebleven, omdat zij de klimplanten had gesnoeid zoals overeengekomen en de kronkelwilg inmiddels was teruggesnoeid tot een hoogte van één meter. De rechter wees de vorderingen van de eisers af, omdat er onvoldoende bewijs was dat de gedaagde haar verplichtingen niet was nagekomen. De kantonrechter benadrukte dat dwangsommen alleen als uiterste middel moeten worden opgelegd en dat de eisers zelf ook verantwoordelijk waren voor het aanbrengen van worteldoek om het doorschieten van klimplanten te voorkomen. De rechter veroordeelde de eisers in de proceskosten, aangezien zij als in het ongelijk gestelde partij werden beschouwd. Tot slot gaf de kantonrechter de partijen het advies om in plaats van juridische procedures, een hovenier in te schakelen voor praktische oplossingen voor hun geschillen over bomen en planten, en suggereerde dat een verhuizing wellicht de beste optie zou zijn als zij hun conflicten niet konden beheersen.