ECLI:NL:RBDOR:2004:AR7764
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurrecht; belangenafweging bij dringend eigen gebruik in voordeel huurders
In deze zaak, behandeld door de kantonrechter te Dordrecht op 25 november 2004, stond de vraag centraal of de huurovereenkomst rechtsgeldig kon worden beëindigd door de verhuurder, [eiser], op basis van dringend eigen gebruik. De kantonrechter heeft de vordering van [eiser] afgewezen, waarbij hij oordeelde dat de belangen van de huurders, [gedaagden] c.s., zwaarder wogen dan die van de verhuurder. De zaak werd behandeld op basis van de processtukken, waaronder een tussenvonnis van 7 oktober 2004 en een proces-verbaal van 8 november 2004.
De kantonrechter stelde vast dat er sprake was van dringend eigen gebruik, aangezien [eiser] door gewijzigde gezinsomstandigheden behoefte had aan meer woonruimte. Echter, de belangenafweging, zoals vereist door artikel 7:274 BW, leidde tot de conclusie dat de belangen van de huurders prevaleerden. De huurders waren al 37 jaar in de woning gevestigd en waren op hoge leeftijd, wat hun sterke binding met de woning en de omgeving benadrukte. Bovendien had [eiser] bij de aankoop van het pand in 1998 geweten dat de bovenwoning verhuurd was, wat zijn juridische mogelijkheden beperkte.
De kantonrechter concludeerde dat, hoewel de belangen van [eiser] zwaarwegend waren, de langdurige bewoning en de leeftijd van de huurders zwaarder wogen in deze specifieke situatie. De vordering van [eiser] werd afgewezen en hij werd veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van [gedaagden] c.s. waren vastgesteld op € 270,-- aan salaris voor de gemachtigde. Dit vonnis benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige belangenafweging bij huurrechtelijke geschillen, vooral in situaties van dringend eigen gebruik.