ECLI:NL:RBDOR:2002:AE2466

Rechtbank Dordrecht

Datum uitspraak
8 mei 2002
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
39894 HAZA 01/2537
Instantie
Rechtbank Dordrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • P.G.J. de Heij
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Inbreuk op handelsnaam en merk door gebruik domeinnaam

In deze zaak, die voor de Rechtbank Dordrecht werd behandeld, stonden V.S.M. Geneesmiddelen B.V. en Volker Stevin Materieel B.V. tegenover elkaar in een geschil over inbreuk op de handelsnaam en het merk 'VSM'. VSM, dat zich bezighoudt met de verkoop van homeopathische geneesmiddelen, had het woordmerk 'VSM' gedeponeerd bij het Benelux-merkenbureau. Volker Stevin, dat actief is in de weg- en waterbouw, had de domeinnaam www.vsm.nl geregistreerd. VSM stelde dat Volker Stevin met deze domeinnaam inbreuk maakte op haar handelsnaam en merk, en vorderde een verbod op het gebruik van de domeinnaam en de overdracht ervan aan VSM.

Tijdens de procedure werd door Volker Stevin bezwaar gemaakt tegen het verstekvonnis dat eerder was gewezen, waarin de vorderingen van VSM waren toegewezen. De rechtbank oordeelde dat het verzet tijdig was en dat Volker Stevin bevoegd was om de zaak aan te vechten. De rechtbank stelde vast dat er geen verwarring kon ontstaan over de identiteit van de ondernemingen, omdat het publiek bij het raadplegen van de website van Volker Stevin direct zou begrijpen dat deze niets met VSM te maken had.

Desondanks oordeelde de rechtbank dat het gebruik van de domeinnaam door Volker Stevin inbreuk maakte op het merkrecht van VSM, omdat het gebruik van de domeinnaam de reputatie van het merk van VSM kon schaden. De rechtbank bevestigde het eerdere verstekvonnis, maar beperkte de veroordeling van Volker Stevin tot inbreuk op het merk 'VSM', en wees de vorderingen van VSM voor het overige af. Volker Stevin werd veroordeeld in de kosten van de verzetprocedure.

Uitspraak

RECHTBANK DORDRECHT
Vonnis van de enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Volker Stevin Materieel B.V.,
gevestigd te Dordrecht,
opposante,
procureur: mr. E.D. Rentema,
advocaat: mr. D. van der Kolk,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
V.S.M. Geneesmiddelen B.V.,
gevestigd te Alkmaar,
geopposeerde,
procureur: mr. V.J. Groot,
advocaat: mr. A. Lof.
Partijen worden hieronder aangeduid als VSM en Volker Stevin.
Procesverloop
1. De rechtbank heeft kennis genomen van de volgende processtukken:
* de aan Volker Stevin uitgebrachte dagvaarding van 2 mei 2001 en de stukken met betrekking tot het door VSM op 25 april 2001 gelegde beslag;
* de conclusie van eis;
* het verstekvonnis van 20 juni 2001;
* het verzetexploit van 4 juli 2001;
* een conclusie van eis, tevens akte vermindering van eis, van Volker Stevin met producties;
* een conclusie van antwoord in oppositie;
* een conclusie van repliek in oppositie met producties;
* een akte van VSM met producties;
* een akte van Volker Stevin;
* de op 8 november 2001 ter griffie gedeponeerde brochures;
* de bij gelegenheid van de pleidooien op 8 maart 2002 overgelegde pleitnotities.
2. Bij pleidooi heeft Volker Stevin verzocht nog nadere stukken in het geding te mogen brengen, welke op 28 februari 2002 aan de wederpartij en de rechtbank waren toegezonden. VSM heeft daartegen bezwaar gemaakt. Het bezwaar is gegrond omdat de door het rolreglement voorgeschreven termijn van twee weken niet in acht is genomen. De rechtbank laat deze stukken daarom buiten beschouwing.
Vaststaande feiten
3. Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, alsmede op grond van de producties, voor zover niet betwist, staat het volgende tussen partijen vast.
3.1 VSM houdt zich bezig met de verkoop van homeopathische geneesmiddelen. De onderneming van Volker Stevin richt zich op beheer en onderhoud van weg- en waterbouwmaterieel.
3.2 VSM heeft op 4 juli 1984 onder inschrijvingsnummer 401339 bij het Benelux-merkenbureau het woordmerk 'VSM' gedeponeerd.
3.3 Volker Stevin heeft op 16 april 1997 de domeinnaam www.vsm.nl (verder te noemen: de domeinnaam) laten registreren.
De vorderingen
4. VSM voert aan dat zij sinds 1972 de handelsnaam 'VSM' gebruikt. VSM verwijt Volker Stevin met de domeinnaam inbreuk te maken op haar handelsnaam en op het door haar gedeponeerde woordmerk. VSM verwijst naar de artikelen 5 en 5a Handelsnaamwet. VSM neemt het standpunt in dat het gebruik van de domeinnaam bovendien inbreuk maakt op haar woordmerk omdat, naar zij stelt, sprake is van gebruik als bedoeld in artikel 13A lid 1 sub d van de Eenvormige Beneluxwet op de Merken (verder: BMW).
5. Op basis van het voorgaande vorderde VSM, zakelijk weergegeven:
I. een verbod aan Volker Stevin inbreuk te maken op het merk en/of de handelsnaam van VSM, op straffe van een dwangsom;
II. veroordeling van Volker Stevin tot medewerking aan overdracht van de domeinnaam aan VSM, eveneens op straffe van een dwangsom;
III. vergoeding van gemaakte buitengerechtelijke kosten ad ƒ 1.500,-;
met veroordeling van Volker Stevin in de proceskosten en een en ander bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad.
6. De vorderingen zijn bij verstek tegen Volker Stevin toegewezen met enige thans niet relevante beperkingen van de vorderingen I en II en met dien verstande dat de gevraagde vergoeding van buitengerechtelijke kosten is afgewezen.
7. Volker Stevin heeft in deze verzetprocedure vernietiging van het verstekvonnis gevorderd met alsnog afwijzing van de vorderingen van VSM en veroordeling van VSM in de kosten van het verzet.
Beoordeling van het geschil
8. Aangenomen moet worden dat het verzet tijdig is gedaan nu het tegendeel niet blijkt.
9. Volker Stevin is gevestigd te Dordrecht zodat deze rechtbank gezien artikel 37 BMW bevoegd is van de op de BMW gebaseerde vorderingen van VSM kennis te nemen.
10. Volker Stevin bestrijdt dat VSM de handelsnaam 'VSM' voert. Bovendien kan volgens Volker Stevin het gebruik maken van een domeinnaam niet zonder meer gelijk worden gesteld met het voeren van een handelsnaam.
11. In het midden kan blijven of Volker Stevin het op deze punten aan het rechte einde heeft. De rechtbank is het in ieder geval met Volker Stevin eens dat door het gebruik van de domeinnaam geen verwarring over de identiteit van de onderneming van Volker Stevin of VSM of over de herkomst van waren te vrezen is. Het zal voor het publiek na raadpleging van de site van Volker Stevin terstond duidelijk zijn dat deze niets van doen heeft met VSM. Het betoog van VSM dat reeds door het gebruik van de domeinnaam verwarring kan ontstaan, ook al wordt de site niet geraadpleegd, acht de rechtbank niet juist. Dat deze stelling niet juist is volgt reeds daaruit dat het publiek niet weet dat de domeinnaam niet verwijst naar een site van VSM tenzij de site wordt bevraagd. Pas op dat moment wordt een verband gelegd met de, door VSM gestelde, handelsnaam en de onderneming of waren van Volker Stevin.
12. De rechtbank onderschrijft wel het standpunt van VSM dat door gebruik van de domeinnaam als bedoeld in artikel 13A lid 1 onder d BMW Volker Stevin inbreuk maakt op het aan VSM toekomende merkrecht. Zoals de rechtbank in haar door partijen aangehaalde vonnis van 18 april 2001 heeft overwogen maakt het geen professionele indruk op het publiek indien de bij het publiek bekende merknaam van VSM niet blijkt te verwijzen naar haar website, maar naar een geheel andere onderneming en geheel andere producten. Het gemak om de site van VSM te vinden wordt aldus beperkt omdat het publiek eerst gebruik zal moeten maken van een zoekmachine of een andere bron om te achterhalen waar op internet de site van VSM kan worden aangetroffen. Reeds om deze reden kan de domeinnaam van Volker Stevin afbreuk doen aan de reputatie van het merk van VSM.
13. Volker Stevin beroept zich op een geldige reden (in de zin van artikel 13A lid 1 onder d BMW)om juist de onderhavige domeinnaam te gebruiken omdat deze zou samenvallen met de door haar gevoerde
handelsnaam. Dit betoog gaat niet op. In de presentatie van de onderneming aan het publiek is het, zoals hiervoor is overwogen, een voordeel wanneer handelsnaam en domeinnaam samenvallen. Dit voordeel is echter op zichzelf onvoldoende zwaarwegend om te concluderen dat van Volker Stevin niet verwacht mag worden dat zij omziet naar een andere, makkelijk te onthouden, domeinnaam die niet overeenstemt met het door VSM gedeponeerde merk.
14. Volker Stevin heeft bij conclusie van repliek in oppositie aanvankelijk nog bestreden dat het merk van VSM is gedeponeerd. Nadat VSM een bewijs van deponering had overgelegd is Volker Stevin daarop niet teruggekomen, zodat de rechtbank aanneemt dat Volker Stevin dit verweer niet langer wil handhaven.
15. Het voorgaande leidt tot bevestiging van het verstekvonnis, met dien verstande dat het daarin opgenomen verbod op inbreuk beperkt dient te worden tot inbreuk op het merk van VSM. Van inbreuk op de handelsnaam van VSM is, zoals eerder overwogen, geen sprake. Volker Stevin wordt hoofdzakelijk in het ongelijk gesteld en dient derhalve te worden veroordeeld in de kosten van deze verzetprocedure.
Beslissing
De rechtbank:
bevestigt het tussen partijen gewezen vonnis van deze rechtbank van 20 juni 2001 met dien verstande dat de veroordeling van Volker Stevin tot staking van inbreuk wordt beperkt tot inbreuk op het merk 'VSM' van VSM;
wijst het door VSM gevorderde in zoverre af;
veroordeelt Volker Stevin in de kosten van deze verzetprocedure, tot op heden aan de zijde van VSM bepaald op € 1.560,- aan salaris van de procureur en nihil aan verschotten;
Dit vonnis is gewezen door mr. P.G.J. de Heij en uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 8 mei 2002.