Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser,
de minister van Asiel en Migratie, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, op 3 juni 2025 uitspraak gedaan in een vervolgberoep van een Marokkaanse vreemdeling tegen de maatregel van bewaring die op 14 maart 2025 door de minister van Asiel en Migratie was opgelegd. De vreemdeling heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen aanleiding is voor een zitting en heeft het onderzoek gesloten op dezelfde datum. De vreemdeling stelt dat er sinds de aanvraag voor een laissez-passer bij de Marokkaanse autoriteiten, die op 12 maart 2025 is ingediend, geen reactie is ontvangen, waardoor er geen zicht op uitzetting zou zijn. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat er geen aanknopingspunten zijn om te concluderen dat het zicht op uitzetting ontbreekt. De rechtbank heeft eerder de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring getoetst en vastgesteld dat deze tot het sluiten van het onderzoek rechtmatig was. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het voortduren van de maatregel van bewaring rechtmatig is en heeft het beroep ongegrond verklaard, evenals het verzoek om schadevergoeding. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.