6.2Op grond van artikel 3:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) geschiedt bekendmaking van het besluit door de toezending of uitreiking hiervan door het bestuursorgaan aan de belanghebbenden. Uit artikel 2:1 van de Awb volgt dat juiste bekendmaking ook kan geschieden door het toesturen van het besluit naar enkel de gemachtigde.Verweerder heeft het besluit dus mogen toesturen naar enkel de gemachtigde via het IND portaal. Echter, dat neemt niet weg dat het aan de verzender van het besluit, in dit geval verweerder, is om aannemelijk te maken dat het besluit op juiste wijze aan de gemachtigde van de vreemdeling bekend is gemaakt. Onder de juiste wijze van bekendmaking van het enkel bekend maken van een besluit aan de gemachtigde van de vreemdeling door plaatsing van het besluit in het IND portaal hoort, naar het oordeel van de rechtbank ook dat verweerder van die plaatsing in het portaal een notificatie stuurt aan de gemachtigde van de vreemdeling. De rechtbank is van oordeel dat nu verweerder niet kan aantonen dat hij de gemachtigde van eiser op of na 27 december 2024 een notificatie heeft toegestuurd van de plaatsing van het bestreden besluit in het IND portaal, verweerder niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij het bestreden besluit op de juiste wijze bekend heeft gemaakt. Nu gemachtigde ter zitting heeft toegelicht dat zij beroep heeft ingesteld op het moment waarop zij min of meer toevallig kennis heeft genomen van het bestreden besluit en de rechtbank geen aanleiding ziet om daaraan te twijfelen gaat de rechtbank er vanuit dat eiser binnen 1 week na kennisname van het bestreden besluit daartegen beroep heeft ingesteld. De rechtbank verklaart het beroep daarom niet niet-ontvankelijk.
Heeft verweerder de identiteit van eiser ongeloofwaardig kunnen achten?
6. Eiser voert aan dat het opmerkelijk is dat zijn Pakistaanse nationaliteit en herkomst wel worden geloofd, maar zijn identiteit niet enkel omdat zijn paspoort ontbreekt. Eiser stelt zijn paspoort niet aan verweerder te kunnen overleggen omdat hierin zijn werkvisum staat en hij dat visum, in geval van controle door de arbeidsinspectie, moet kunnen tonen tijdens het werk dat hij dagelijks in Nederland voor zijn werkgever verricht.
7. De rechtbank volgt eiser niet in zijn standpunt dat ook zijn identiteit geloofd moet worden als zijn nationaliteit en herkomst wel geloofd worden. Alle drie zijn het aspecten die binnen hun asielmotief individueel beoordeeld worden op geloofwaardigheid. De rechtbank is van oordeel dat verweerder niet uit hoeft te gaan van de geloofwaardigheid van eisers identiteit omdat eiser geen identiteitsdocumenten heeft overgelegd, terwijl hij wel beschikt over een paspoort waarmee hij zijn gestelde identiteit tegenover verweerder zou kunnen onderbouwen. Verweerder heeft de reden die eiser geeft voor het niet overleggen van het paspoort onvoldoende kunnen vinden om toch van de door eiser gestelde identiteit uit te gaan. Daarbij acht de rechtbank van belang dat eiser op geen enkele wijze heeft onderbouwd dat hij zijn paspoort niet, zelfs niet voor kortere tijd, aan verweerder zou kunnen overleggen om verweerder de gelegenheid te geven langs die weg eisers gestelde identiteit te kunnen verifiëren. Zo heeft eiser bijvoorbeeld geen verklaring van zijn werkgever of van de arbeidsinspectie overgelegd waaruit zou kunnen blijken dat het voor eiser niet mogelijk is, zelfs niet voor kortere tijd, om alleen met een kopie van zijn paspoort naar het werk te gaan gedurende de tijd dat verweerder eisers originele paspoort in onderzoek heeft om zijn identiteit te verifiëren. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Heeft verweerder de problemen naar aanleiding van de relatie ongeloofwaardig kunnen achten?
8. Eiser voert aan dat hij gemotiveerd heeft waarom hij geen bewijs kan leveren van de relatie en de hieruit voortvloeiende problemen. Eiser heeft zijn telefoon verloren tijdens de oorlog in Oekraïne, een overmachtssituatie. Op deze telefoon stond al het bewijs van de relatie en de problemen. De feitelijke omstandigheid dat de familie van eisers vriendin machtig en invloedrijk is, is geen omstandigheid die eiser met documenten kan onderbouwen. Dit kan hem daarom niet worden tegengeworpen. Verweerder heeft daarom ook niet kunnen tegenwerpen dat eiser de link tussen zijn vriendin en haar oom wel aannemelijk had kunnen maken. Eiser voert aan dat hij in het gehoor gedetailleerd heeft verklaard over de omstandigheden die in zijn familiehuis hebben plaatsgevonden, onder andere op pagina 16 van het gehoor. Daarnaast heeft eiser op pagina’s 12 en 28 van het gehoor verklaard dat hij in de veronderstelling was dat direct aangifte tegen hem was gedaan maar dat hij pas na één of twee dagen contact heeft opgenomen met zijn familie en er toen achter is gekomen dat de aangifte niet direct was gedaan.
9. De rechtbank is van oordeel dat verweerder zich op het standpunt heeft kunnen stellen dat eiser geen bewijs heeft overgelegd voor zijn asielrelaas en hier geen verschonende verklaring voor heeft gegeven. Daargelaten of eiser zijn telefoon daadwerkelijk is verloren tijdens zijn vlucht vanuit Oekraïne naar Nederland, heeft eiser niet aannemelijk gemaakt dat hij niet aan andere bewijsstukken kan komen die de link tussen de oom van zijn vriendin en de problemen aannemelijk kan maken. Het ligt wel op de weg van eiser om deze link aannemelijk te maken. Eiser heeft niet aangetoond dat hij op andere wijze geprobeerd heeft om bewijs hiervoor te vergaren. De rechtbank volgt verweerder in zijn standpunt dat indien eiser wel bewijs zou overleggen, dit niet aan eisers gestelde problemen getoetst kan worden omdat eisers identiteit niet geloofwaardig is bevonden. Verweerder heeft van eiser mogen verwachten dat eiser via documenten kan aantonen dat de oom van zijn vriendin een rijke en machtigde politicus is. Daarnaast heeft eiser de aangifte niet overgelegd en heeft hij geen oprechte inspanning getoond om dit wel te doen. Ook met betrekking tot andere documenten die eiser mogelijk had kunnen overleggen om bijvoorbeeld aan te tonen dat de oom van zijn vriendin daadwerkelijk haar oom is, heeft eiser geen oprechte inspanning getoond om aan deze documenten te komen.