Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
de minister van Asiel en Migratie, (gemachtigde: mr. L.S. Hartog).
Procesverloop
Overwegingen
Ambtshalve toetsing
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 mei 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een maatregel van bewaring opgelegd door de minister van Asiel en Migratie. De eiser, die stelt de Algerijnse nationaliteit te hebben, heeft tegen het besluit van 29 april 2025 beroep ingesteld. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 6 mei 2025, waarbij de eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was. De minister was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde.
De rechtbank oordeelt dat de minister voldoende gronden heeft aangevoerd voor de maatregel van bewaring, waarbij de openbare orde en het risico van onttrekking aan toezicht als belangrijke factoren zijn genoemd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de zware gronden die de minister heeft aangevoerd feitelijk juist zijn en dat de minister niet had hoeven volstaan met een lichter middel, zoals plaatsing in een AZC of een meldplicht. De eiser heeft in het verleden meerdere keren met onbekende bestemming het toezicht ontlopen en verblijft sinds 2021 illegaal in de EU.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 13 mei 2025 en er staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.