Uitspraak
Echtscheiding met nevenvoorzieningen
Beschikking op het op 8 november 2023 ingekomen verzoek van:
[de vrouw] ,
[de man] ,
Procedure
- het verzoekschrift namens de vrouw;
- de brief van 23 november 2023, met bijlagen, namens de vrouw;
- het verweerschrift met zelfstandige verzoeken namens de man;
- het verweer tegen de zelfstandige verzoeken, namens de vrouw;
- de brief van 13 maart 2025, met aanvullend verzoek en bijlagen, namens de vrouw;
- de brief van 17 maart 2025, met bijlagen, namens de man;
- de brief van 20 maart 2025, met bijlagen, namens de vrouw;
- het bericht van 24 maart 2025, met bijlagen, namens de man;
- de brief van 26 maart 2025, met gewijzigd verzoek en met bijlagen, namens de man;
- de brief van 26 maart 2025, met bijlagen, namens de vrouw.
Feiten
- De vrouw en de man zijn gehuwd op [datum] 2002 in [plaats 1] .
- Zij zijn de ouders van de volgende nu nog minderjarige kinderen:
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2007 in [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2010 in [geboorteplaats] .
- De ouders oefenen het gezamenlijk gezag over [minderjarige 1] en [minderjarige 2] uit.
- De vrouw en de man zijn gehuwd onder huwelijkse voorwaarden, kort gezegd een
- Deze rechtbank heeft op 9 januari 2024 voorlopige voorzieningen getroffen, inhoudende dat:
- [minderjarige 1] aan de man wordt toevertrouwd en [minderjarige 2] aan de vrouw wordt toevertrouwd;
- totdat de man eigen zelfstandige woonruimte betrekt een voorlopige (birdnesting)regeling zal gelden waarbij de kinderen week op week af om en om bij de man en de vrouw in de echtelijke woning zijn, waarbij het wisseloment voor de ouders woensdag om 13.00 uur is;
- vanaf het moment dat de man eigen zelfstandige woonruimte betrekt een voorlopige zorgregeling zal gelden waarbij de kinderen de ene week bij de man verblijven en de andere week bij de vrouw, waarbij het wisselmoment voor de kinderen op woensdag om 13.00 is, met dien verstande dat [minderjarige 1] altijd de ruimte krijgt om in de week dat zij bij de vrouw is tussentijds naar de man te gaan wanneer zij dat wil, en andersom;
- de vrouw, vanaf het moment dat de man eigen zelfstandige woonruimte betrekt, bij uitsluiting gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de echtelijke woning te [postcode] [plaats 2] , [adres] en beveelt mitsdien dat de man vanaf dat moment die woning dient te verlaten en verder niet mag betreden;
- dat de vrouw aan de man, met ingang van de dag dat de man eigen zelfstandige woonruimte betrekt, voorlopig een kinderalimentatie ten behoeve van de minderjarige [minderjarige 1] van € 179,- per maand zal betalen, telkens bij vooruitbetaling te voldoen.
Verzoek en verweer
- opname van het door de ouders ondertekende ouderschapsplan in de beschikking;
- vaststelling van in goede justitie te bepalen door de vrouw aan de man te betalen kinderalimentatie voor [minderjarige 1] en door de man aan de vrouw te betalen kinderalimentatie voor [minderjarige 2] , met ingang van een in goede justitie te bepalen ingangsdatum;
- opname van het door partijen ondertekende echtscheidingsconvenant,
- opname van het door de ouders ondertekende ouderschapsplan in de beschikking;
- vaststelling van door de vrouw aan de man te betalen kinderalimentatie van € 610,- per maand voor [minderjarige 1] en € 111,- per maand voor [minderjarige 2] , bij vooruitbetaling te voldoen, met ingang van de datum van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking,