ECLI:NL:RBDHA:2025:8801
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om ambtshalve vermindering van WOZ-waarde van onroerende zaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 april 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Pijnacker-Nootdorp. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de beschikking van de heffingsambtenaar, waarin de waarde van zijn onroerende zaak op 1 januari 2022 was vastgesteld op € 448.000. De heffingsambtenaar verklaarde het bezwaarschrift niet-ontvankelijk, omdat dit buiten de bezwaartermijn was ingediend. De rechtbank heeft vervolgens het verzoek van de belanghebbende om ambtshalve vermindering van de WOZ-waarde beoordeeld. De rechtbank overweegt dat, gezien het gesloten stelsel van rechtsmiddelen in het belastingrecht, er geen beroep openstaat tegen de afwijzing van een verzoek om ambtshalve vermindering. Daarom heeft de rechtbank het beroep van de belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Den Haag.