Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 2 mei 2025 in de zaak tussen
[eiser] , eiser, V-nummer: [V-nummer]
de minister van Asiel en Migratie
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
(1) In Suriname is referente gehuwd met [heer A] . Op [datum van scheiding] 1990 is dit huwelijk verbroken;
(2) Op enig moment is eiseres hertrouwd met [heer A] en op [datum van scheiding] 1996 zijn zij gescheiden;
(5) Op [datum van huwelijk] 2019 is referente gehuwd met [heer E] . Op [datum van scheiding] 2023 is het huwelijk verbroken;
(1) het huwelijk met eiser is het zesde huwelijk van referente;
(2) referente treedt voor de vierde keer als referente op in een aanvraagprocedure voor een verblijfsvergunning én heeft hierover niet naar waarheid verklaard;
(3) de laatste drie echtgenoten van referente zijn broers van elkaar, referente heeft deze familierechtelijke relatie bij haar aanvraag en in bezwaar niet uit eigen beweging vermeld en daarbij komen de verklaringen van referente niet overeen met registraties in de BRP;
(4) er zijn geen bewijsstukken ingediend van de gestelde relatie tussen eiser en referente over de periode van 12 januari 2021 tot en met november 2022 en referente heeft een wisselende verklaring afgelegd over het verblijf van eiser in Nederland van 22 april tot en met 20 juni 2022;
(5) de ex-echtgenote van eiser is gehuwd met een broer van eiser en via een mvv-procedure naar Nederland gekomen en de verklaring van referente dat zij deze ex-echtgenote niet kent, wordt niet gevolgd.
Het standpunt van eiser en het oordeel van de rechtbank daarover
- dat referente de huwelijken niet heeft genoemd betekent niet dat zij deze verzwegen heeft;
- de vraag op de ‘vragenlijst voor verblijf bij partner’ was onduidelijk;
- referente heeft een geheugenstoornis en de huwelijken zijn van lang geleden;
Conclusie en gevolgen
Beslissing
mr. E. Kersten, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 2 mei 2025.