ECLI:NL:RBDHA:2025:8038

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
8 mei 2025
Publicatiedatum
8 mei 2025
Zaaknummer
AWB 24_14523
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen niet-tijdig beslissen op visumaanvraag, proceskostenvergoeding

In deze zaak heeft eiser op 4 september 2024 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn visumaanvraag voor Sakina Bibi. De minister van Buitenlandse Zaken, als verweerder, heeft op 13 maart 2025 de aanvraag voor een kort verblijf visum ingewilligd. De rechtbank, zittende in Middelburg, heeft op 8 mei 2025 uitspraak gedaan zonder zitting op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

De rechtbank heeft vastgesteld dat met de inwilliging van de visumaanvraag aan het beroep van eiser is tegemoetgekomen. Hierdoor heeft eiser, gelet op artikel 6:20, derde lid, van de Awb, geen procesbelang meer en is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft echter ook overwogen dat eiser terecht beroep heeft ingesteld vanwege het niet tijdig beslissen op zijn visumaanvraag. Daarom is de verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 453,50, op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht.

De rechtbank heeft in haar beslissing het beroep niet-ontvankelijk verklaard en verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Partijen hebben de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 24/14523

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser], eiser, tevens gemachtigde.

en

de minister van Buitenlandse Zaken, verweerder.

Procesverloop

Eiser heeft op 4 september 2024 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn visumaanvraag voor Sakina Bibi.
Bij besluit van 13 maart 2025 heeft verweerder de aanvraag voor een visum kort verblijf van eiser ingewilligd.
De rechtbank doet op grond van artikel 8:54, eerste lid, van de Awb [1] uitspraak zonder zitting.

Beoordeling door de rechtbank

1. Voor zover het beroep is gericht tegen het niet tijdig nemen van een besluit op de visumaanvraag van eiser, dient te worden vastgesteld dat met de inwilliging van deze aanvraag aan het beroep is tegemoetgekomen zodat eiser gelet op artikel 6:20, derde lid, van de Awb in zoverre geen procesbelang meer heeft. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk.
2. Omdat eiser vanwege het niet tijdig beslissen op zijn visumaanvraag terecht beroep heeft ingesteld, ziet de rechtbank aanleiding om verweerder te veroordelen in de door eiser gemaakte proceskosten. Deze kosten worden op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op € 453,50 bestaande uit een punt voor het indienen van het beroepschrift met een waarde per punt van € 907 en vermenigvuldigd met wegingsfactor 0,5 (licht). De rechtbank is van oordeel dat de wegingsfactor ‘licht’ van toepassing is omdat het beroep alleen ziet op het niet tijdig nemen van een besluit.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 453,50 (vierhonderddrieënvijftig euro en vijftig cent).
Deze uitspraak is gedaan op 8 mei 2025 door mr. K.M. de Jager, rechter, in aanwezigheid van mr. S.D.C.J. Verheezen, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over verzet

Als partijen het niet eens zijn met deze uitspraak, kunnen zij een verzetschrift sturen naar de rechtbank waarin zij uitleggen waarom zij het niet eens zijn met deze uitspraak. Het verzetschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Als partijen graag een zitting willen om het verzetschrift toe te lichten, moeten zij dit in het verzetschrift vermelden.

Voetnoten

1.Algemene wet bestuursrecht.