ECLI:NL:RBDHA:2025:7972
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening niet-ontvankelijk wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 9 mei 2025, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld. Verzoekster, die niet tijdig het griffierecht heeft betaald, heeft een verzoek ingediend tegen de wijziging van de aanvrager van de kinderbijslag op grond van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW) vanaf het derde kwartaal van 2024. De voorzieningenrechter oordeelt dat het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat verzoekster het griffierecht van € 53,- niet binnen de gestelde termijn heeft betaald. De griffier had verzoekster per aangetekende brief op 21 maart 2025 in de gelegenheid gesteld om het griffierecht te voldoen, maar deze brief is retour gekomen. Op 24 april 2025 is een herinnering per gewone post verzonden, maar ook hierop heeft verzoekster niet gereageerd. De voorzieningenrechter concludeert dat er geen verontschuldiging is voor het niet tijdig betalen van het griffierecht, waardoor het verzoek niet inhoudelijk kan worden beoordeeld. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige betaling van griffierechten in bestuursrechtelijke procedures.