ECLI:NL:RBDHA:2025:706
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke procedure na intrekking beroep
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 15 januari 2025, in de zaak tussen Ideal Concept Nederland B.V. en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, wordt het verzoek van verzoekster om veroordeling van verweerder in de proceskosten beoordeeld. Verzoekster had op 11 december 2023 bezwaar gemaakt tegen een besluit van 23 november 2023 en had op 3 september 2024 verweerder in gebreke gesteld wegens het niet tijdig nemen van een beslissing op het bezwaar. Na het indienen van beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit, trok verzoekster op 19 december 2024 het beroep in, waarna verweerder alsnog een beslissing op het bezwaar nam. Verzoekster verzocht om veroordeling van verweerder in de proceskosten, waarop verweerder niet reageerde.
De rechtbank oordeelt dat, omdat verweerder alsnog een beslissing heeft genomen op het bezwaar, hij geheel tegemoet is gekomen aan het beroep van verzoekster. De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling toe, en stelt de proceskosten op € 453,50, gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht. Daarnaast is verweerder verplicht het door verzoekster betaalde griffierecht van € 371,- te vergoeden. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.