Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam],
[naam],
de minister van Asiel en Migratie, de minister.
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
22 juli 2024 eerdere beroepen van eisers tegen het niet tijdig beslissen op de aanvraag gegrond verklaard (NL23.12699 en NL24.15865) en de minister tweemaal een nadere termijn opgelegd om alsnog een besluit kenbaar te maken. De minister heeft deze termijnen niet gehaald. Op 26 januari 2025 hebben eisers onderhavig beroep ingesteld.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het, met een besluit gelijk te stellen, niet tijdig nemen van een besluit;
- draagt de minister op om binnen vier weken alsnog een besluit op de aanvraag bekend te maken;
- bepaalt dat de minister aan eisers een dwangsom van € 100,- moet betalen voor elke dag waarmee zij de hiervoor genoemde termijn overschrijdt, met een maximum van € 7.500,-;
- draagt de minister op het betaalde griffierecht van € 194,- aan eisers te vergoeden;
- veroordeelt de minister in de proceskosten van eisers tot een bedrag van € 453,50.