Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaken tussen
Procesverloop
Overwegingen
Verzwaarde belangenafweging
Ambtshalve toetsing
Beslissing
- verklaart de beroepen ongegrond;
- wijst de verzoeken om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
Op 2 april 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de maatregel van bewaring van een gezin met vijf minderjarige kinderen. De minister van Asiel en Migratie had op 24 maart 2025 de maatregel opgelegd op basis van artikel 59a, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, omdat er een risico bestond dat de eisers zich aan het toezicht zouden onttrekken. De eisers, bijgestaan door hun gemachtigde, hebben beroep ingesteld tegen deze maatregel, waarbij zij ook schadevergoeding hebben verzocht. Tijdens de zitting op 31 maart 2025 is de zaak behandeld, waarbij de eisers en hun gemachtigde aanwezig waren, evenals een tolk en de gemachtigde van de minister.
De rechtbank heeft de argumenten van de eisers beoordeeld, waaronder de stelling dat de minister had moeten volstaan met een lichter middel dan bewaring, gezien de jonge leeftijd van de kinderen, waaronder een baby van drie maanden. De rechtbank oordeelde echter dat de minister voldoende had gemotiveerd dat de maatregel van bewaring noodzakelijk was, gezien het risico op onttrekking en de omstandigheden van de eisers. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eisers niet op de voorgeschreven wijze Nederland zijn binnengekomen en dat er geen aanleiding was om de maatregel te herzien.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de beroepen ongegrond verklaard en de verzoeken om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 2 april 2025, en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen één week na bekendmaking.