ECLI:NL:RBDHA:2025:5616
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van asielberoep wegens te vroege indiening in het kader van besluit- en vertrekmoratorium Syrië
In deze zaak heeft eiser, afkomstig uit Syrië, beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie, omdat deze geen beslissing heeft genomen op zijn aanvraag om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De rechtbank had eerder, op 15 juli 2024, bepaald dat de minister binnen zestien weken na die uitspraak moest beslissen. Eiser heeft op 27 januari 2025 beroep ingesteld, maar de rechtbank oordeelt dat dit beroep te vroeg is ingediend, aangezien er op dat moment een besluit- en vertrekmoratorium voor Syrië van kracht was. Dit moratorium verlengt de beslistermijn voor asielaanvragen van uit Syrië afkomstige vreemdelingen met een jaar, tot maximaal 21 maanden. De rechtbank concludeert dat het beroep van eiser kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het is ingediend voordat de minister op de aanvraag kon beslissen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter R.J.A. Schaaf en is op 2 april 2025 openbaar gemaakt.