Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 4 januari 2024 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 17 september 2022 was ingediend. De minister van Asiel en Migratie heeft op 30 januari 2024 de asielaanvraag ingewilligd. Eiser heeft het beroep echter gehandhaafd en verzocht om vergoeding van proceskosten en griffierecht. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
De rechtbank overweegt dat, nu de asielaanvraag is ingewilligd, eiser geen procesbelang meer heeft in het beroep tegen het niet-tijdig nemen van een besluit. Dit leidt tot de conclusie dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. Desondanks heeft de rechtbank vastgesteld dat eiser terecht beroep heeft ingesteld vanwege het niet tijdig beslissen op zijn aanvraag. Daarom is de minister veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 453,50.
De rechtbank heeft in haar beslissing verklaard dat het beroep niet-ontvankelijk is en de minister heeft veroordeeld in de proceskosten van eiser. Deze uitspraak is gedaan op 31 maart 2025 door mr. M.L. Weerkamp, rechter, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie.