ECLI:NL:RBDHA:2025:5260
Rechtbank Den Haag
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot ongedaanmaking van inbeslagname en schadevergoeding na verkoop van voertuig
In deze zaak heeft eiseres, aangeduid als '[eiseres]', de Staat der Nederlanden gedagvaard in kort geding. De voorzieningenrechter heeft de zaak behandeld op 13 maart 2025, na een eerdere mondelinge behandeling op 17 januari 2025. Eiseres vorderde onder andere de ongedaanmaking van de inbeslagname van haar voertuig, een Peugeot 2008, en schadevergoeding wegens onrechtmatig handelen van de Staat. De Belastingdienst had beslag gelegd op de Peugeot vanwege onbetaalde belastingaanslagen en het CJIB had verkeersboetes opgelegd die ook onbetaald waren gebleven. De voorzieningenrechter oordeelde dat de vorderingen van eiseres niet toewijsbaar waren, omdat er onvoldoende bewijs was dat de Staat onrechtmatig had gehandeld. De voorzieningenrechter wees de vorderingen af en veroordeelde eiseres in de proceskosten van de Staat, die zijn begroot op € 4.280,00. Het vonnis is uitgesproken op 27 maart 2025.