ECLI:NL:RBDHA:2025:5237
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak met betrekking tot inreisverbod
Op 28 maart 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, uitspraak gedaan in de zaak van een verzoeker die een voorlopige voorziening heeft aangevraagd. Het verzoek betreft de oplegging van een zwaar inreisverbod voor de duur van tien jaar. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 31 januari 2025 behandeld, waarbij zowel de gemachtigde van de verzoeker als de gemachtigde van de minister van Asiel en Migratie aanwezig waren.
In de uitspraak van 28 maart 2025 heeft de rechtbank geoordeeld dat de voorlopige voorziening niet meer nodig is, omdat er inmiddels op het beroep van de verzoeker is beslist. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Deze beslissing is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open. De uitspraak is gedaan door mr. M. Munsterman, rechter, in aanwezigheid van mr. P.C.J. Lindeijer, griffier. De zaak is geregistreerd onder het zaaknummer AWB 24/15187.