Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], eiser
de minister van Asiel en Migratie, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 maart 2025 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een vreemdeling. Eiser, die stelt de Pakistaanse nationaliteit te hebben, heeft beroep ingesteld tegen een besluit van de minister van Asiel en Migratie, waarbij hem op grond van artikel 59a, eerste lid, van de Vreemdelingenwet (Vw) de maatregel van bewaring is opgelegd. Eiser heeft aangevoerd dat hij ten onrechte geen M122-formulier heeft ontvangen en dat hij onterecht is opgehouden op basis van artikel 50, tweede lid, van de Vw. De rechtbank heeft op 19 maart 2025 de zaak behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was. De rechtbank heeft overwogen dat de gronden voor de maatregel van bewaring feitelijk juist zijn en dat er voldoende risico bestaat dat eiser zal onderduiken. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen één week na bekendmaking.