ECLI:NL:RBDHA:2025:4933

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
25 maart 2025
Publicatiedatum
26 maart 2025
Zaaknummer
09-379995-24, 09-240562-24 (ttz.gev.), 09-002024-23 (tul), 10-323647-22 (tul) en 96-171503-20 (tul)
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Meervoudige strafzaak tegen veelpleger wegens winkeldiefstal en poging tot diefstal met voorwaardelijke ISD-maatregel

Op 25 maart 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren op 1985, die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere diefstallen en een poging tot diefstal. De verdachte, die verblijft in een Afdeling Forensische Zorg, is beschuldigd van het stelen van goederen zoals Pokémon kaarten, Lego, brillen, parfum en andere artikelen uit verschillende winkels in Leidschendam en Delft. De rechtbank heeft op basis van camerabeelden en getuigenverklaringen vastgesteld dat de verdachte op verschillende data, tussen november 2023 en januari 2025, deze diefstallen heeft gepleegd. De officier van justitie heeft gevorderd tot bewezenverklaring van de feiten, terwijl de verdediging vrijspraak heeft bepleit voor enkele tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte voor de meeste feiten wettig en overtuigend schuldig is, met uitzondering van één feit waar onvoldoende bewijs voor was. De rechtbank heeft een voorwaardelijke ISD-maatregel opgelegd voor de duur van twee jaar, met bijzondere voorwaarden, om recidive te voorkomen en de verdachte de kans te geven zijn gedrag te veranderen. De rechtbank heeft ook de vordering van de benadeelde partij, Schmidt Optiek, niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan bewijs van vertegenwoordiging.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige kamer
Parketnummers: 09/379995-24, 09/240562-24 (ttz. gev.), 09/002024-23 (tul),
10/323647-22 (tul) en 96/171503-20 (tul)
Datum uitspraak: 25 maart 2025
Tegenspraak
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[de verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1985 te [geboorteplaats] ,
verblijvende op de Afdeling Forensische Zorg (hierna: AFZ) van [zorginstelling] , [kliniek] , [adres] , [postcode] te [plaats] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden op de terechtzitting van 11 maart 2025. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie mr. Z. Benguedda en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. H.L. Heemskerk naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
Dagvaarding I (parketnummer 09/379995-24)
1
hij op of omstreeks 22 november 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
Pokémon kaarten en/of Lego speelgoed, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Intertoys (vestiging: Liguster), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2
hij op of omstreeks 17 december 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
Pokémon kaarten en/of Lego speelgoed, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Intertoys (vestiging: Liguster), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
3
hij op of omstreeks 21 maart 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
(zonne)brillen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Schmidt Optiek (vestiging: Kornoelje), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
4
hij op of omstreeks 28 oktober 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
flessen parfum, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Douglas (vestiging: Liguster), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
5
hij op of omstreeks 11 november 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
flessen parfum, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Douglas (vestiging: Liguster), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
6
hij op of omstreeks 11 november 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
een speelgoed knuffel, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Intertoys (vestiging: Liguster), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
7
hij op of omstreeks 27 november 2024 te Delft, althans in Nederland,
gezichtscrème en/of een verzorgingsproduct, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Ici Paris XL (vestiging: Bastiaansplein), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
8
hij op of omstreeks 27 november 2024 te Delft, althans in Nederland,
sushi en/of snoepgoed, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Jumbo (vestiging: Bastiaansplein), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
9
hij op of omstreeks 23 januari 2025 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
flessen parfum, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Douglas (vestiging: Liguster), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Dagvaarding II (parketnummer 09/240562-24)
1
hij op of omstreeks 25 juli 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om airPods, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Mediamarkt, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
(met een magneet) de alarmlabel(s) eraf heeft gehaald,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2
hij op of omstreeks 25 juli 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg
een of meerdere stuks parfum in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Douglas, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
3
hij op of omstreeks 25 juli 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg
Philips Hue lamp, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Amac, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.

3.De bewijsbeslissing

3.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten.
3.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft namens de verdachte vrijspraak van het bij dagvaarding I met parketnummer 09/379995-24 onder 3 en 9 tenlastegelegde bepleit. De raadsman heeft namens de verdachte eveneens vrijspraak van het bij dagvaarding II met parketnummer 09/240562-24 onder 1 tenlastegelegde bepleit. De raadsman heeft zich voor het overige gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3.
Vrijspraak
De rechtbank is met betrekking tot het bij dagvaarding I met parketnummer 09/379995-24 onder 9 tenlastegelegde van oordeel dat dit feit niet wettig en overtuigend is bewezen. In het dossier bevinden zich ten aanzien van dit feit camerabeelden en een proces-verbaal van herkenning door een verbalisant. Ook de rechtbank heeft kennisgenomen van de camerabeelden. De camerabeelden zijn van lage kwaliteit en op de voor herkenning relevante beelden is de persoon die door de verbalisant als de verdachte wordt herkend slechts van een afstand in beeld. De betreffende persoon is door deze afstand en zijn verhullende kleding dusdanig slecht in beeld dat naar het oordeel van de rechtbank niet met de voor een bewezenverklaring vereiste mate van zekerheid kan worden vastgesteld dat deze persoon de verdachte is, zodat de verdachte van dit feit moet worden vrijgesproken.
3.4.
Opgave van bewijsmiddelen
De rechtbank zal voor de navolgende feiten met een opgave van bewijsmiddelen, als genoemd in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering volstaan. De verdachte heeft deze bewezenverklaarde feiten namelijk bekend en daarna niet anders verklaard. Daarnaast heeft de raadsman geen vrijspraak bepleit.
De officier van justitie heeft met betrekking tot deze feiten eveneens gerekwireerd tot bewezenverklaring.
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door een daartoe bevoegde opsporingsambtenaar. Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreffen dit de pagina’s van de processen-verbaal met respectievelijk de nummers PL1500-2024380565 (doorgenummerd pagina 1 t/m 186), PL1500-2024384329 (doorgenummerd pagina 1 t/m 41) en PL1500-2024237826 (doorgenummerd pagina 1 t/m 64), van de politie eenheid Den Haag.
De rechtbank gebruikt de volgende bewijsmiddelen:
Dagvaarding I (parketnummer 09/379995-24)
Feit 4 (diefstal flessen parfum bij Douglas)
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 11 maart 2025.
2. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 1] (namens slachtoffer Douglas), opgemaakt op 29 oktober 2024 (procesdossier PL1500-2024380565, p. 57-58).
3. Het proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, opgemaakt op 23 januari 2025 (procesdossier PL1500-2024380565, p. 59-66).
Feit 6 (diefstal speelgoedknuffel bij Intertoys)
De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 11 maart 2025.
Het proces-verbaal van aangifte van [naam 2] (namens slachtoffer Intertoys), opgemaakt op 12 november 2024 (procesdossier PL1500-2024380565, p. 76-77).
Het proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, opgemaakt op 18 november 2024 (procesdossier PL1500-2024380565, p. 78-84).
Feit 7 (diefstal gezichtscrème bij Ici Paris XL)
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 11 maart 2025.
2. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 3] (namens slachtoffer Ici Paris XL), met bijlagen, opgemaakt op 27 november 2024 (procesdossier PL1500-2024384329, p. 16-19).
3. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 november 2024 (procesdossier PL1500-2024384329, p. 20-22).
Feit 8 (diefstal sushi en snoep bij Jumbo Bastiaansplein)
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 11 maart 2025.
2. Het proces-verbaal van verhoor van de verdachte, opgemaakt op 27 november 2024 (procesdossier PL1500-2024384329, p. 32-39).
Het proces-verbaal van aangifte van [naam 4] (namens slachtoffer Jumbo Bastiaansplein), met bijlagen, opgemaakt op 27 november 2024 (procesdossier PL1500-2024384329, p. 5-8).
Dagvaarding II (parketnummer 09/240562-24)
Feit 2 (diefstal flessen parfum bij Douglas)
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 11 maart 2025.
2. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 5] (namens slachtoffer Douglas), met bijlagen, opgemaakt op 25 juli 2024 (procesdossier PL1500-2024237826, p. 50-55).
3. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 25 juli 2024 (procesdossier PL1500-2024237826, p. 56-57).
Feit 3 (diefstal Philips Hue lamp bij Amac)
De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 11 maart 2025.
Het proces-verbaal van aangifte van [naam 6] (namens slachtoffer Amac), met bijlage, opgemaakt op 25 juli 2024 (procesdossier PL1500-2024237826, p. 58-61).
Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 26 juli 2024 (procesdossier PL1500-2024237826, p. 62-64).
3.5.
Gebruikte bewijsmiddelen
De rechtbank heeft ten aanzien van dagvaarding I feiten 1, 2, 3, 5 en ten aanzien van dagvaarding II feit 1 in de bijlage opgenomen de wettige bewijsmiddelen met de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden.
3.6.
Bewijsoverwegingen
Dagvaarding I (parketnummer 09/379995-24)
Feit 1 (diefstal Pokémonkaarten en Lego bij Intertoys)
Op 22 november 2023 zijn bij Intertoys te Leidschendam Pokémonkaarten en Lego speelgoed weggenomen. De diefstal is op camerabeelden vastgelegd. Hierop is onder meer te zien dat een man een pak Pokémonkaarten in een plastic tasje stopt en een doos Lego uit een schap pakt. Vervolgens verlaat deze persoon de winkel zonder te betalen. De verdachte is op basis van zijn rijbewijsfoto en SKDB-foto door een verbalisant herkend als degene die de Pokémonkaarten en Lego steelt.
Ter terechtzitting heeft de verdachte verklaard dat het goed zou kunnen dat hij het onderhavige feit gepleegd heeft, maar dat hij dit niet zeker meer weet. Ook de rechtbank herkent de verdachte op de
stillsvan de beelden in het dossier als degene die de Pokémonkaarten en Lego steelt. De rechtbank acht dit feit dan ook bewezen.
Feit 2 (diefstal Pokémonkaarten en Lego bij Intertoys)
Op 17 december 2023 zijn bij Intertoys te Leidschendam wederom Pokémonkaarten en Lego speelgoed weggenomen. Ook deze diefstal is op camerabeelden vastgelegd. Hierop is onder meer te zien dat een man een pak Pokémonkaarten in zijn jaszak steekt en een doos Lego (een Harry Potter-kasteel) uit een schap pakt. Vervolgens verlaat deze persoon de winkel zonder te betalen. De verdachte is op basis van zijn rijbewijsfoto en SKDB-foto door een verbalisant herkend als degene die de Pokémonkaarten en Lego steelt.
Ter terechtzitting heeft de verdachte zich ten aanzien van dit feit op zijn zwijgrecht beroepen. Ook de rechtbank herkent de verdachte op de
stillsvan de beelden in het dossier als degene die de Pokémonkaarten en Lego steelt. De rechtbank acht dit feit dan ook bewezen.
Feit 3 (diefstal monturen bij Schmidt Optiek)
Op 21 maart 2024 zijn bij Schmidt Optiek te Leidschendam drie monturen van het merk Cartier weggenomen. Ook deze diefstal is op camerabeelden vastgelegd. Hierop is onder meer te zien dat vier personen de optiek binnenkomen, en één van hen over de toonbank hangt, overhangend één van de laden opent, hieruit brilmonturen pakt en de monturen vervolgens onder zijn jas moffelt. Vervolgens verlaten de personen de winkel zonder te betalen. Beelden van deze diefstal zijn uitgezonden in het opsporingsprogramma Team West van Omroep West, waarbij kijkers werd gevraagd of zij één van de verdachten herkenden. Naar aanleiding van deze uitzending zijn tips binnengekomen dat het de verdachte is, die de brilmonturen ontvreemdde. De verdachte is onder meer herkend door een beveiliger van de Mall of the Netherlands. Vervolgens is de verdachte op basis van zijn rijbewijsfoto en SKDB-foto door een verbalisant herkend als degene die de brilmonturen steelt.
Ter terechtzitting heeft de verdachte zich ten aanzien van dit feit op zijn zwijgrecht beroepen. Ook de rechtbank herkent de verdachte op de
stillsvan de beelden in het dossier als degene die de brilmonturen steelt. De rechtbank herkent de verdachte aan zijn postuur, kleding en kapsel. De rechtbank acht dit feit dan ook bewezen.
Feit 5 (diefstal flessen parfum bij Douglas)
Op 11 november 2024 zijn bij Douglas te Leidschendam verschillende flessen parfum weggenomen. Ook deze diefstal is op camerabeelden vastgelegd. Hierop is onder meer te zien dat iemand verschillende geuren van het merk Chanel pakt en in zijn binnenzak doet. Vervolgens verlaat deze persoon de winkel zonder te betalen. De verdachte is op basis van zijn rijbewijsfoto en SKDB-foto door een verbalisant herkend als degene die de parfum steelt.
Ter terechtzitting heeft de verdachte verklaard dat hij de flessen parfum waarschijnlijk zal hebben weggenomen. Op grond van de beschrijving van de camerabeelden in het dossier, waaronder de beschrijving van het signalement van de verdachte, is de rechtbank ervan overtuigd dat het de verdachte was, die de parfum bij Douglas heeft gestolen. De rechtbank acht dit feit dan ook bewezen.
Dagvaarding II (parketnummer 09/240562-24)
Feit 1 (poging diefstal AirPods bij Mediamarkt)
Op 25 juli 2024 is bij Mediamarkt te Leidschendam een poging gedaan om AirPods weg te nemen. Ook deze poging tot diefstal is op camerabeelden vastgelegd. Hierop is onder meer te zien dat iemand in de Mediamarkt plastic verpakkingen met daarin AirPods vastpakt en de inhoud daaruit schuift. Nadat een medewerker van Mediamarkt komt aanlopen, verlaat deze persoon de winkel. De persoon wordt daarna aangehouden door de beveiliging van de Mediamarkt, en bij hem wordt een sleutel gevonden met daaraan magneetjes bevestigd. Met een dergelijke sleutel kunnen volgens de politie de verpakkingen van AirPods worden opengemaakt.
Ter terechtzitting heeft de verdachte verklaard dat hij de persoon op de camerabeelden van onderhavig feit is, maar dat de desbetreffende AirPods-verpakkingen al geopend en leeg waren. Op de camerabeelden, die in het dossier zitten en ter terechtzitting getoond zijn, is echter te zien dat de verdachte twee paar AirPods uit de plastic verpakking schuift. Die handeling is niet anders te kwalificeren dan een begin van uitvoering van een diefstal. De rechtbank acht dit feit dan ook bewezen.
3.7.
De bewezenverklaring
De rechtbank is met betrekking tot de onder 2 ten laste gelegde feiten van oordeel dat deze feiten wettig en overtuigend zijn bewezen. De rechtbank verklaart ten laste van de verdachte bewezen dat:
Dagvaarding I (parketnummer 09/379995-24)
1
hij op 22 november 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
Pokémon kaarten en Lego speelgoed, die aan Intertoys (vestiging: Liguster) toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2
hij op 17 december 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
Pokémon kaarten en Lego speelgoed, die aan Intertoys (vestiging: Liguster) toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
3
hij op 21 maart 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
brillen, die aan Schmidt Optiek (vestiging: Kornoelje) toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
4
hij op 28 oktober 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
flessen parfum, die aan Douglas (vestiging: Liguster) toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
5
hij op 11 november 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
flessen parfum, die aan Douglas (vestiging: Liguster) toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
6
hij op 11 november 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
een speelgoed knuffel, die aan Intertoys (vestiging: Liguster) toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
7
hij op 27 november 2024 te Delft
gezichtscrème, die aan Ici Paris XL (vestiging: Bastiaansplein), toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
8
hij op 27 november 2024 te Delft
sushi en snoepgoed, die aan Jumbo (vestiging: Bastiaansplein) toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Dagvaarding II (parketnummer 09/240562-24)
1
hij op 25 juli 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
AirPods, die aan Mediamarkt toebehoorden weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, met een magneet de alarmlabels eraf heeft gehaald,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2
hij op 25 juli 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
meerdere stuks parfum die aan Douglas, toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
3
hij op 25 juli 2024 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
eenPhilips Hue lamp, die aan Amac, toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd en gecursiveerd weergegeven, zonder dat de verdachte daardoor in de verdediging is geschaad.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De oplegging van de maatregel

6.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat aan de verdachte de voorwaardelijke maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (hierna: ISD-maatregel) voor de duur van twee jaar zal worden opgelegd met een proeftijd van twee jaar en met de door reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden.
6.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft de rechtbank verzocht om aan de verdachte een voorwaardelijke straf op te leggen, met een proeftijd van twee jaar en daaraan verbonden de voorwaarde van een verplichte klinische opname. De verdediging heeft daarbij opgemerkt een voorwaardelijke gevangenisstraf passender voor de verdachte te vinden dan de voorwaardelijke ISD-maatregel. Ten aanzien van de (overige) door reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden heeft de verdediging zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
6.3.
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden maatregel is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek op de terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
Ernst van de feiten
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan tien diefstallen en één poging tot diefstal, bij verschillende winkels. Bij in ieder geval één van deze diefstallen kwam het tot een worsteling tussen de verdachte en een winkelmedewerker, waarbij de winkelmedewerker flessen parfum onder de jas van de verdachte vandaan haalde. Met deze feiten heeft de verdachte inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van de verschillende winkeliers. Winkeldiefstal is een hinderlijk feit dat overlast en gevoelens van onveiligheid veroorzaakt. Dit rekent de rechtbank de verdachte aan.
Strafblad
De rechtbank heeft kennisgenomen van het strafblad van de verdachte van 28 februari 2025. Hieruit blijkt dat de verdachte veelvuldig voor soortgelijke feiten is veroordeeld.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft kennisgenomen van een reclasseringsadvies over de verdachte van 5 maart 2025, opgemaakt en ondertekend door reclasseringswerker [naam 7] . Ter terechtzitting is [naam 8] , eveneens reclasseringswerker, als getuige-deskundige gehoord.
De verdachte ervaart volgens de reclassering instabiliteit op bijna alle leefgebieden. Eerder reclasseringstoezicht heeft niet geleid tot gedragsverandering. Volgens de reclassering ontbreekt aantoonbare motivatie bij de verdachte om het delictgedrag structureel te veranderen. De reclassering schat de kans op recidive en de kans op het onttrekken aan voorwaarden dan ook in als hoog. Hoewel er vermoedens zijn van middelen- en/of psychosociale problematiek, is er geen diagnose bij de verdachte gesteld. De reclassering vindt verdiepingsdiagnostiek dan ook noodzakelijk. De verdachte is op 20 februari 2025 reeds opgenomen op de AFZ, in het kader van schorsende voorwaarden.
De reclassering rapporteert dat de verdachte gevangenisstraf niet als vrijheidsbenemend lijkt te ervaren. Ter terechtzitting heeft getuige-deskundige Witte verklaard dat reclassering verwacht dat een ‘kale’ straf voor de verdachte geen gedragsverandering gaat bewerkstelligen. De reclassering ziet de kans op gedragsverandering in een voorwaardelijk kader daarom als groter dan bij een onvoorwaardelijke ISD-maatregel. De reclassering stelt dat een klinische opname meer inzicht kan bieden in de eventuele onderliggende problematiek van de verdachte, en dat de klinische opname dient als laatste kans voordat een onvoorwaardelijke ISD-maatregel geadviseerd zal worden.
De reclassering adviseert de rechtbank dan ook om, bij veroordeling van de verdachte, aan de verdachte een voorwaardelijke ISD-maatregel op te leggen. Als bijzondere voorwaarden adviseert de reclassering een meldplicht, opname in de AFZ te [plaats] (waar de verdachte nu verblijft), begeleid wonen of maatschappelijke opvang, meewerken aan middelencontrole en meewerken aan schuldhulpverlening.
Vereisten ISD-maatregel
De rechtbank stelt vast dat is voldaan aan de vereisten van artikel 38m Wetboek van Strafrecht voor het opleggen van de ISD-maatregel. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere diefstallen. Diefstal is een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten. Ook is hij, zo blijkt uit zijn strafblad, in de vijf jaren voorafgaand aan de onderhavige feiten ten minste drie maal onherroepelijk wegens een misdrijf veroordeeld tot een vrijheidsbenemende straf of een taakstraf. Deze straffen zijn volledig ten uitvoer gelegd. De bewezen verklaarde feiten zijn (deels) begaan na de tenuitvoerlegging van deze straffen.
De rechtbank overweegt verder dat de verdachte voldoet aan de definitie van ‘stelselmatige dader’, zoals bedoeld in de Richtlijn voor strafvordering bij meerderjarige veelplegers, van het Openbaar Ministerie. De rechtbank stelt op basis van het strafblad van de verdachte vast dat hij een ‘zeer actieve veelpleger’ in de zin van voornoemde richtlijn is, omdat er over een periode van vijf jaren processen-verbaal tegen hem zijn opgemaakt voor meer dan tien misdrijffeiten, waarvan ten minste één misdrijf in de laatste twaalf maanden, teruggerekend vanaf de pleegdatum van het laatst gepleegde misdrijf. Aan de zogenoemde ‘harde’ criteria voor oplegging van de ISD-maatregel is dus voldaan.
Voorwaardelijke ISD-maatregel
Ook aan de ‘zachte’ criteria voor oplegging van de ISD-maatregel is voldaan. Dat wil zegen dat de rechtbank geen reëel alternatief ziet voor de oplegging van een ISD-maatregel. De rechtbank stelt op basis van het reclasseringsadvies over de verdachte, zijn strafblad en het onderzoek ter terechtzitting vast dat de verdachte in zijn leven meerdere kansen heeft gekregen om zijn gedrag te veranderen en evenzeer met complexe problematiek lijkt te kampen. Eerder toezicht heeft de verdachte niet kunnen bewegen om een bestaan zonder het plegen van delicten op te bouwen. De verdachte heeft verklaard dat hij nu gemotiveerd is voor een klinische opname en behandeling. Daarom zal de rechtbank, in lijn met de vordering van de officier van justitie, de ISD-maatregel voorwaardelijk aan de verdachte opleggen, met een proeftijd van twee jaren. Daaraan verbindt de rechtbank de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden. Hiermee beoogt de rechtbank oplossing van de problematiek van de verdachte en beëindiging van de recidive van de verdachte.
Het is aan de verdachte om te laten zien dat hij bereid en in staat is om zich te committeren aan de door de rechtbank op te leggen voorwaarden. Als dat niet lukt, zal de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel nodig zijn om de maatschappij tegen de verdachte te beschermen. Om die reden zal de rechtbank de voorwaardelijke ISD-maatregel opleggen voor de maximale duur van twee jaren en daarbij bepalen dat de tijd die de verdachte vóór tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft gezeten niet wordt afgetrokken van de duur van die maatregel.
Voorlopige hechtenis
De rechtbank heeft op de terechtzitting van 20 februari 2025 op verzoek van de verdediging de voorlopige hechtenis van de verdachte geschorst. De verdachte is vanaf die datum geplaatst in de AFZ te [plaats] en de geschorste voorlopige hechtenis is de strafrechtelijke titel voor financiering van het verblijf van de verdachte in de AFZ. Met het oog op het belang van behandeling van de verdachte, zal de rechtbank afwijken van artikel 72, derde lid, Wetboek van Strafvordering (Sv) en het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis laten voortduren tot dit afloopt op grond van artikel 66, tweede lid, Sv zodat de verdachte de financiering van zijn verblijf in de AFZ niet verliest.

7.De vordering van de benadeelde partij/de schadevergoedingsmaatregel

[naam 13] heeft zich namens Schmidt Optiek als benadeelde partij gevoegd in het strafproces. Hij vordert een schadevergoeding van € 17.286,06, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, namelijk € 14.286,00 aan kosten van de gestolen brilmonturen en € 3.000,06 aan BTW.
7.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij tot een bedrag van € 14.286,00. De € 3.000,06 aan BTW is volgens de officier van justitie niet toewijsbaar, omdat Schmidt Optiek dit bedrag niet aan de belastingdienst verschuldigd is en dit bedrag dus geen vermogensschade is.
7.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de gevorderde materiële schade niet toewijsbaar is, omdat de diefstal van de drie brillen bij Schmidt Optiek door de verdachte niet bewezen kan worden. Als de rechtbank voor dit feit wel tot bewezenverklaring komt, dan refereert de verdediging zich ten aanzien van de vordering benadeelde partij aan het oordeel van de rechtbank.
7.3.
Het oordeel van de rechtbank
De vordering benadeelde partij namens Schmidt Optiek is ingediend door [naam 13] . Bij het schadeformulier is niet het verzochte uittreksel van de Kamer van Koophandel en een volmacht gevoegd, ten aanzien van een niet-natuurlijk persoon als slachtoffer. Uit het formulier blijkt ook niet welke functie Van Dijk bij Schmidt Optiek bekleedt, en uit het procesdossier evenmin. Verder is het de rechtbank niet duidelijk of Schmidt Optiek verzekerd was voor de geleden schade en zo ja, wat daarvan de eventuele gevolgen voor de vordering van Schmidt Optiek zouden zijn.
De rechtbank heeft dus meer informatie nodig om de vordering van Schimdt Optiek te kunnen beoordelen. Schmidt Optiek is niet verschenen bij het onderzoek ter terechtzitting en het aanhouden van de zaak zou naar het oordeel van de rechtbank een onevenredige belasting van het strafgeding opleveren. De rechtbank zal Van Dijk daarom niet-ontvankelijk verklaren in zijn vordering. Dit betekent dat Van Dijk zijn vordering indien gewenst bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.

8.De vorderingen tot tenuitvoerlegging

8.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft tijdens de terechtzitting, gelet op de problematiek van de verdachte en de gevorderde maatregel, geconcludeerd tot afwijzing van de vorderingen tot tenuitvoerlegging met parketnummers 09/002024-23, 10/323647-22 en 96/171503-20.
8.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft de rechtbank eveneens verzocht de drie vorderingen tot tenuitvoerlegging af te wijzen.
8.3.
Het oordeel van de rechtbank
Aangezien de bij parketnummer 09/002024-23 opgelegde voorwaardelijke straf reeds ten uitvoer is gelegd bij vonnis van de politierechter van rechtbank Den Haag van 30 augustus 2024, zal de rechtbank de officier van justitie in deze vordering niet-ontvankelijk verklaren.
Daarnaast zal de rechtbank, gelet op de problematiek van de verdachte en het belang bij spoedige behandeling, de verzoeken om de bij parketnummers 10/323647-22 en 96/171503-20 opgelegde voorwaardelijke straffen ten uitvoer te leggen afwijzen.

9.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen maatregel is gegrond op de artikelen 38m, 38n, 38p, 45, 57, 63 en 310 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak rechtens gelden.

10.De beslissing

Dit vonnis is gewezen door
mr. A. van Welie, voorzitter,
mr. F.X. Cozijn, rechter,
mr. J.M. Meester, rechter,
in tegenwoordigheid van R.O. Hollander, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 25 maart 2025.
Bijlage
Bewijsmiddelen
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door een daartoe bevoegde opsporingsambtenaar. Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreffen dit de pagina’s van de processen-verbaal met respectievelijk de nummers PL1500-2024380565 (doorgenummerd pagina 1 t/m 186), PL1500-2024384329 (doorgenummerd pagina 1 t/m 41) en PL1500-2024237826 (doorgenummerd pagina 1 t/m 64), van de politie eenheid Den Haag.
Dagvaarding I (parketnummer 09/379995-24)
Algemeen (feiten 1, 2, 3 en 5)
1. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 21 januari 2025, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 95-106):
Ik, verbalisant, verklaar het volgende.
Tenaamstelling kenteken [kenteken] (auto waarmee [de verdachte] vertrok uit The Mall)Bevraging in het RDW van het kenteken [kenteken] leverde op dat deze behoort op een personenauto van het merk Skoda. Dat deze auto sinds 6 juli 2024 te naam gesteld is van [naam 9] . Uit bevraging van de gemeentelijke basisadministratie blijkt dat [naam 9] ingeschreven staat te [woonplaats] , samen met haar dochter [naam 10] , geboren op [geboortedatum 2] 2021.
Bevraging personenDe vader van [naam 10] blijkt [de verdachte] te zijn, geboren op [geboortedatum 1] 1985. Zowel op zijn rijbewijsfoto als op zijn SKDB-foto is te zien dat hij:
- een blank/licht getinte huidskleur heeft,
- zwart kort haar heeft,
- een zwarte dunne baard heeft,
- een bruine wrat/moedervlek onder zijn linkeroog heeft,
- bruine ogen heeft.
De anonieme tipgever tipte de politie dat de mannelijke verdachte die bij de Schmidt Optiek drie Cartier-brillen gestolen heeft, is genaamd: [de verdachte] . Kijkend naar zijn rijbewijsfoto en SKDB-foto herken ik hem als de verdachte die (ook) winkeldiefstal heeft gepleegd op
- woensdag 22 november 2023 bij de Intertoys in The Mall,
- zondag 17 december 2023 bij de Intertoys in The Mall,
- donderdag 21 maart 2024 bij de Schmidt Optiek in The Mall,
- maandag 11 november 2024 bij de Douglas in The Mall,
- maandag 11 november 2024 bij de Intertoys in The Mall.
Kijkend naar de rijbewijsfoto en SKDB-foto van [naam 9] herken ik haar als de jonge vrouw die samen met het kleine meisje en verdachte [de verdachte] door parkeergarage P2 lopen nadat zij elkaar ontmoet hebben in de passage tussen The Sting en de H&M.
Feit 1 (diefstal Pokémonkaarten en Lego bij Intertoys)
1. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 2] (namens slachtoffer Intertoys), opgemaakt op 23 november 2023, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 37-38):
Omschrijving aangifte
Feit: winkeldiefstal
Plaats delict: Liguster 3, Leidschendam
Pleegdatum: 22 november 2023
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Op 23 november 2023 is door mij de door de aangever via internet aangeboden aangifte verwerkt tot een proces-verbaal. [naam 2] deed aangifte namens slachtoffer Intertoys en verklaarde het volgende: “een meneer heeft een doos Pokémon kaarten en een grote Lego doos meegenomen zonder te betalen.”
2. Het proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, opgemaakt op 1 januari 2025, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 39-45):
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Door Intertoys gevestigd in The Mall of the Netherlands zijn aan de politie camerabeelden verstrekt waarop de winkeldiefstal te zien waarvan zij aangifte gedaan hebben op 23 november 2023.
Signalement verdachte:
- man,
- circa 30-40 jaar oud,
- circa 1m70-1m80 lang,
- blanke/licht getinte huidskleur,
- slank postuur,
- zwart dun haar met een kalig achterhoofd,
- zwarte dunne baard.
Hij is gekleed in lichtbruine Timberland-achtige bergschoenen, spijkerbroek, zwarte trui, zwarte parkajas met horizontale doorgestikte banen en een zwarte capuchon. Zie foto 1.
Op de camerabeelden is het volgende te zien: schuin achter de toonbank bevindt zich een schap tegen de muur. Hierin staan onder andere Pokémon kaarten. De verdachte heeft aan zijn arm twee plastic tasjes van de Etos hangen, hij pakt uit het schap een pak Pokémon kaarten. Zie foto 2. Hij loopt met de kaarten in de hand weg van de toonbank. Een paar meter verderop doet hij de kaarten in een van de tasjes. Zie foto 3. Dan loopt hij naar een kopstelling waar Lego staat en pakt een doos Lego uit het schap, loopt ermee richting de uitgang van de winkel. Zie foto 4.
Op de beelden is te zien dat de verdachte richting de kassa blijft kijken als hij de uitgang van de winkel nadert. De verdachte loopt de winkel uit zonder voor de Lego en de Pokémon kaarten betaald te hebben. Zie foto 5.
Feit 2 (diefstal Pokémonkaarten en Lego bij Intertoys)
1. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 2] (namens slachtoffer Intertoys), opgemaakt op 18 december 2023, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 46-48):
Omschrijving aangifte
Feit: winkeldiefstal
Plaats delict: Liguster 3, Leidschendam
Pleegdatum: 17 december 2023
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Op 18 december 2023 is door mij de door de aangever via internet aangeboden aangifte verwerkt tot een proces-verbaal. [naam 2] deed aangifte namens Intertoys en verklaarde het volgende: “Er heeft bij ons een meneer één Pokémon (6.99) pakje en een grote Lego doos LEGO Harry Potter kasteel Zweinstein 71043 (352.49) meegenomen zonder te betalen. Het gaat om dezelfde persoon waarvan wij op 23-11-2023 aangifte hebben gedaan.
De persoon liep bij ons op 17-12-2023 14:03:59 de winkel binnen. Om 14:04:25 pakt de persoon één Pokémon pakje en om 14:04:42 stopt de meneer vervolgens het pakje in zijn linker jaszak. Vervolgens loopt de meneer naar achter in de winkel naar het Lego Harry Potter vak en om 14:05:18 pakt hij vervolgens de Lego Harry Potter doos en loopt hiermee om 14:06:41 de winkel uit zonder te betalen.”
2. Het proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, opgemaakt op 2 januari 2025, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 49-56):
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Door de Intertoys gevestigd in The Mall of the Netherlands zijn camerabeelden verstrekt waarop de winkeldiefstal te zien is waarvan zij aangifte gedaan hebben op 18 december 2023. De winkeldiefstal heeft plaatsgevonden op 17 december 2023.
Het signalement van de verdachte luidt:
- man,
- circa 30-40 jaar oud,
- circa 1m70-1m80 lang,
- blanke/licht getinte huidskleur,
- slank postuur,
- zwart dun haar met een kalig achterhoofd,
- zwarte dunne baard.
Hij is gekleed in zwarte Nike sportschoenen met witte zoolranden en de kenmerkende witte swoosh aan de zijkanten van de schoenen, zwarte broek, wit t-shirt, zwarte parkajas met horizontale doorgestikte banen en een zwarte capuchon. Zie foto 1. De verdachte is in de winkel samen met een jongen. Zijn geschatte leeftijd is 12 jaar oud.
Op de camerabeelden is te zien dat de verdachte het volgende doet:
Hij komt de winkel in en loopt naar het schap schuin achter de toonbank. Daar staan artikelen uitgestald, onder andere Pokémon kaarten. De verdachte pakt een pakje Pokémon kaarten uit het schap, draait zich om en laat dan de kaarten in zijn jaszak glijden door zijn hand in zijn jaszak te steken. Zie foto 2 en 3.
Even verderop in de winkel pakt hij een doos Lego uit het schap, Harry Potter kasteel Zweinstein. Onderweg naar de uitgang van de winkel stoppen hij en de jongen even om een ander artikel vast te houden en te bekijken. Daarna pakt de verdachte de Lego doos weer op. De verdachte loopt naar de uitgang van de winkel en verlaat de winkel zonder de Lego en de Pokémon kaarten betaald te hebben. Zie foto 4 en 5.
Feit 3 (diefstal monturen bij Schmidt Optiek)
1. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 14] (namens slachtoffer Schmidt Optiek), met bijlagen, opgemaakt op 21 maart 2024, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 16-21):
Omschrijving aangifte
Feit: winkeldiefstal
Plaats delict: Kornoelje 1 te Leidschendam
Pleegdatum: 21 maart 2024
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Op 21 maart 2024 hoorde ik een persoon die mij opgaf te zijn: [naam 14] . Hij deed aangifte namens Schmidt Optiek. “Ik doe aangifte van diefstal. Op 21 maart 2024 omstreeks 18:30 uur merkte ik dat er 3 Cartier brillen misten. Ik zag dat de display, die zich bij binnenkomst rechts in de winkel bevindt, leeg was. Hierop heb ik de camerabeelden bekeken. Ik zag dat er op dezelfde dag om 18:05 uur 4 personen de winkel in kwamen. Hiervan liep er één naar de balie om zijn bril te laten repareren. Ik zag dat één van deze personen de 3 brillen uit de display pakte. Dit deed hij door de lade achter de display te openen en hieruit de brillen te pakken. Hierbij reikte hij over de display. Ik zag dat de twee andere personen in de zichtlijn van de balie en de display gingen staan. Ook stond er nog een aquarium met brillen tussen de medewerker en de display. Zo bleef de man die de brillen uit de display pakte uit het zicht. De persoon die de bril pakte kan ik als volgt omschrijven:
- Man
- 170cm - 175cm lang
- 35/45 jaar
- Noord-Afrikaans/Arabisch
- Mager/tenger
- Zwart kort haar
- Zwart bomberjack met wit logo
- Joggingbroek
- Grijze trui
- Witte schoenen
De volgende goederen zijn bij de diefstal weggenomen:
- Cartier, CT01710, 003, 55/18-140
- Diamond Cartier, CT01710, 002, 55/18-140
- Diamond Cartier, CT01710 #P00E94BH, 001 - RG750, 56/15-13
De totale verkoop waarde van de weggenomen goederen is € 25713,00.
Er zijn beelden beschikbaar van de diefstal.”
2. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2025, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 24-25):
Op 28 januari 2025 bevond ik, verbalisant, mij in de Mediamarkt gevestigd in The Mall of the Netherlands te Leidschendam. Ik sprak hier met een beveiliger genaamd [naam 11] . Desgevraagd verklaarde hij mij dat hij op 25 december 2022 werkzaam was in de Mediamarkt in Rijswijk en dat hij daar een man had aangehouden ter zake van winkeldiefstal. Dat de man [de verdachte] heet. Dat hij het signalement van [de verdachte] altijd heeft onthouden. Dat hij in de afgelopen jaren diverse malen foto’s en videobeelden doorgestuurd heeft gekregen van winkeldiefstallen. Dat hij op deze foto’s en videobeelden al diverse malen [de verdachte] heeft gezien en dat hij hem daarom goed kan herkennen. Dat [de verdachte] op 25 juli 2024 ook was aangehouden in de Mediamarkt in The Mall of the Netherlands ter zake winkeldiefstal. Dat hij op 17 december 2024 een mail ontving van een collega van de Mediamarkt, gevestigd in Den Haag. Dat in deze mail een foto was gevoegd van een uitzending van Team West van 17 december 2024, waarin herkenning werd gevraagd van een man welke op 21 maart 2024 diverse brillen had gestolen bij de winkel Schmidt Optiek, gevestigd in The Mall of the Netherlands. Dat hij de man direct herkende als [de verdachte] . Dat hij duidelijk zijn hoofd zag op de foto en hem gelijk herkende. Dat hij de foto van Team West, vergeleek met de beelden van 25 juli 2024 waarbij [de verdachte] was aangehouden in de Mediamarkt in The Mall of the Netherlands. Dat hij zag dat [de verdachte] volledig overeen kwam met de foto van Team West.
3. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 21 januari 2025, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 32-34):
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Door Schmidt Optiek zijn de camerabeelden van 21 maart 2024 aangeleverd waarop de diefstal van drie Cartier-brillen te zien is. De tijdsaanduiding geeft aan dat het 18:54:32 uur is als het filmpje begint.
Op de camerabeelden is te zien dat er zich 4 ‘klanten’ in de winkel bevinden en 1 medewerker. Verder zijn er geen andere personen. De ‘klanten’ zijn een man die met de medewerker bij de desk in gesprek gaat, een kind dat op een van de stoeltjes gaat zitten, de mannelijke verdachte en de vrouwelijke verdachte. Deze verdachten zijn herkend als [de verdachte] en [medeverdachte] .
Om 18:53:58 uur komt verdachte [medeverdachte] de winkel binnengelopen met een kind. Verdachte [de verdachte] loopt op korte afstand achter haar. Van beiden is ook een close-up foto gemaakt. Bij aanvang van de camerabeelden is al te zien dat verdachte [de verdachte] over de toonbank hangt en al overhangend een van de laden opent. Verdachte [medeverdachte] staat met haar rug tegen zijn linkerzij aan. Terwijl hij de lade opent is te zien dat hij brillen uit de lade pakt. Als hij de brillen te pakken heeft draait hij weg van de toonbank en moffelt de brillen weg onder zijn jas.
Bij het weglopen kijkt verdachte [de verdachte] even om richting de desk. De ‘klant’ die bij de desk met de medewerker stond is inmiddels ook omgedraaid. De weggenomen Cartier-brillen zijn getoond in de uitzending van Team West en zijn op de site van TV West getoond.
Feit 5 (diefstal flessen parfum bij Douglas)
1. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 1] (namens slachtoffer Douglas), opgemaakt op 15 november 2024, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 67-69):
Omschrijving aangifte
Feit: winkeldiefstal
Plaats delict: Liguster 23, Leidschendam
Pleegdatum: 11 november 2024
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Op 15 november 2024 is door mij de door de aangever via internet aangeboden aangifte verwerkt tot een proces-verbaal. [naam 1] deed aangifte namens Douglas en verklaarde het volgende: “Meneer loopt om 13:45 naar binnen en loopt direct naar het Chanel heren vak kijkt om zich heen en pakt vervolgens Chanel geuren en loopt door naar de gondela en stopt het vervolgens in zijn jack daarna loopt die nog een keer terug naar het Chanel vak en pakt weer geuren weg en stopt het direct in zijn jack. Daarna loopt meneer met zijn telefoon in zijn hand naar buiten. Hieronder de lijst van door mij ingevoerde goederen.
PARFUM
Merk: CHANEL
Type: ALLE TYPEN
Aantal: 15 stuks
Kleur: BLAUW
Signalement onbekende personen
Leeftijd: De leeftijd was tussen de 35 en 40 jaar
Lengte: van 160 tot 165 cm
Geslacht: Man
Uiterlijk: Arabisch
Lichaamsbouw: Slank
Haar: zwart, kort, inham/kalend”
2. Het proces-verbaal van bevindingen, met bijlagen, opgemaakt op 22 december 2024, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024380565, p. 70-71):
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Door Douglas zijn de camerabeelden verstrekt waarop de verdachte te zien is die winkeldiefstal pleegde.
Het signalement van de verdachte is:
- man,
- circa 30-40 jaar oud,
- circa 1m70-1m80 lang,
- blanke/licht getinte huidskleur,
- slank postuur,
- zwart dun haar met een kalig achterhoofd,
- zwarte dunne baard.
Hij is gekleed in zwarte Nike sportschoenen met witte zoolrand en witte Nike-swoosh aan de buitenkanten van de schoenen, donkerblauwe trainingsbroek, donkerblauwe sportvest/sportjack met identieke blauwe kleur capuchon, zwart donsjack.
De verdachte beweegt zich alsof hij aan het winkelen is, hij beweegt zich gemakkelijk langs andere klanten. Op het camerabestand van 4 seconden is te zien dat de verdachte twee geuren van Chanel uit het schap pakt en in de linkerbinnenzak van zijn jas doet. Op het andere filmpje is te zien dat de verdachte in een tijdsbestek van ongeveer 35 seconden maar liefst 6 parfums wegneemt, onder andere van Chanel. Hij doet dit door ze uit het schap te pakken en vervolgens heel snel en gewiekst per 1 of 2 tegelijk in de linkerbinnenzak van zijn jas te doen. Met zijn linkerhand houdt hij dan even het linker pand vast en zodra de parfums in de binnenzak zitten, steekt hij zijn linkerhand in zijn linker broekzak. Mogelijk om te verhullen dat de linkerhelft van zijn jas er zwaarder uitziet.
Dagvaarding II (parketnummer 09/240562-24)
Feit 1 (poging diefstal AirPods bij Mediamarkt)
De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 11 maart 2025:
V: Ik laat u de beelden zien van wat mijn collega beschrijft over de Mediamarkt.
A: Dat ben ik. Ik zie dat ik artikelen aanraak.
Het proces-verbaal van aangifte van [naam 12] (namens slachtoffer Mediamarkt), met bijlage, opgemaakt op 25 juli 2024, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024237826, p. 11-16):
Omschrijving aangifte
Feit: winkeldiefstal
Plaats delict: Liguster 102, Leidschendam
Pleegdatum: 25 juli 2024
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Op 25 juli 2024 uur hoorde ik een persoon die mij opgaf te zijn: [naam 12] . Hij deed aangifte namens Mediamarkt. “Ik doe aangifte van diefstal. Mijn collega attendeerde mij dat een meneer met een magneet de case van de AirPods opende. Hierna ben ik bij de uitgang gaan staan en zag ik dat meneer de case van de AirPods opende maar niks in zijn zak heeft gestopt. Ik zag wel dat de case geopend waren en dat de AirPods nog in de schappen lagen. Ik zag dat meneer deze vastpakte en in zijn jas wilde stoppen. Ik zag dat meneer mij zag en toen snel de AirPods liet vallen en vervolgens richting de uitgang van de winkel liep. Toen zag ik dat meneer de poortjes voorbij liep en heb ik meneer aangehouden.”
3. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 26 juli 2024, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024237826, p. 34-36):
Ik, verbalisant, verklaar het volgende. Ik was belast met het uitkijken van camerabeelden van een winkeldiefstal gepleegd in de Mediamarkt te Leidschendam. Ik zag dat er bestanden waren aangeleverd door de Mediamarkt.
14:33:37 Ik zag dat er links onderin het beeld een man de winkel in komt lopen. Ik herkende de man als de verdachte van de winkeldiefstal. Ik herkende de verdachte als [de verdachte] , geboren [geboortedatum 1] 1985 te Rotterdam.
14:34:32 Ik zag dat de verdachte terugloopt naar het schap en een plastic case vast pakt. Ik zag dat de verdachte aan de bovenkant van de plastic case voelt.
14:34:37 Ik zag dat de bovenkant van de plastic case open was. Ik zag dat de verdachte de case vast pakt en het product in de case eruit schuift.
14:34:41 Ik zag dat de verdachte een andere plastic case vast pakt. Ik zag dat de bovenkant van deze case open was. Ik zag dat hij het product in de case eruit schuift.
14:34:45 Ik zag dat de verdachte wegloopt van het schap. Ik zag dat de producten uit de cases nog in het schap lagen. Ik zag dat er vanuit de winkel een medewerker van de Mediamarkt aan kwam lopen.
14:35:35 Ik zag dat de verdachte aan de onderkant van het scherm het beeld uit loopt, in de richting van de uitgang.
4. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 25 juli 2024, voor zover inhoudende (procesdossier PL1500-2024237826, p. 8-10):
Wij, verbalisanten verklaren het volgende. Op 25 juli 2024 omstreeks 14.50 uur werden wij gestuurd naar de Mediamarkt in winkelcentrum Mall of the Netherlands in Leidschendam. Hier zou een diefstal hebben plaatsgevonden. Ter plaatste zagen wij dat de verdachte, die later genaamd bleek te zijn: [de verdachte] geboren op [geboortedatum 1] -1985 te [geboorteplaats] , zich in een ophoudruimte bevond.
Wij hoorden van de beveiliging van deze Mediamarkt dat [de verdachte] was aangehouden voor de diefstal van AirPods. Ter plaatse kregen wij verbalisanten van de beveiliging van de Mediamarkt een “huissleutel” met hieraan meerdere kleine magneetjes bevestigd. De beveiliging vertelde ons dat hiermee de alarmbox waarin de AirPods hadden gezeten was geopend en bij hun aanhouding van [de verdachte] bij hem was aangetroffen.