ECLI:NL:RBDHA:2025:483

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 januari 2025
Publicatiedatum
16 januari 2025
Zaaknummer
NL24.45595
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Overdracht van asielaanvraag van Duitsland naar Frankrijk onder de Dublinverordening

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 16 januari 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, met een V-nummer, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De minister van Asiel en Migratie had echter op 18 november 2024 besloten om deze aanvraag niet in behandeling te nemen, omdat Frankrijk verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag volgens de Dublinverordening. De verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 9 januari 2025 zijn de verzoeker en zijn gemachtigde niet verschenen, terwijl de minister zich wel liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat er inmiddels een uitspraak is gedaan op het beroep, waardoor er geen procedure meer bij de bestuursrechter loopt. Om deze reden heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M.B.L. van der Weele, in aanwezigheid van griffier mr. D. Janssens, en is openbaar gemaakt op 16 januari 2025. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Roermond
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.45595

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker], V-nummer: [V-nummer], verzoeker

(gemachtigde: mr. M.E.Th. Hogervorst),
en

de minister van Asiel en Migratie,

(gemachtigde: mr. H. Toonders).

Procesverloop

Bij besluit van 18 november 2024 (het bestreden besluit) heeft de minister de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld (NL24.45594). Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met het beroep, op 9 januari 2025 op zitting behandeld. Verzoeker en zijn gemachtigde zijn, met bericht van verhindering, niet verschenen. De minister heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Er is dus geen sprake meer van een procedure bij de bestuursrechter. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.B.L. van der Weele, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. D. Janssens, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op: 16 januari 2025.
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.