ECLI:NL:RBDHA:2025:4285

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
12 maart 2025
Publicatiedatum
19 maart 2025
Zaaknummer
11062174 \ CV EXPL 24-1425
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot terugbetaling van borgbedragen door vastgoedbeheerder

In deze zaak vorderden Proreca Vastgoed B.V. en een tweede eisende partij (hierna: Proreca c.s.) terugbetaling van borgbedragen die door de gedaagde partijen, Easymakelaars B.V. en REFAM Vastgoedbeheer en Huurgelden (hierna: Easymakelaars c.s.), waren geïnd voor verschillende panden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Easymakelaars c.s. niet voldoende bewijs hebben geleverd dat zij de borgbedragen aan Proreca c.s. hebben terugbetaald. De rechtbank oordeelde dat Easymakelaars c.s. de borgbedragen van de huurders hebben ontvangen en dat zij deze bedragen aan Proreca c.s. moeten terugbetalen. De vorderingen van Proreca c.s. werden grotendeels toegewezen, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten. De kantonrechter heeft ook geoordeeld dat REFAM ongerechtvaardigd verrijkt is door een bedrag dat niet aan de oorspronkelijke crediteur is doorbetaald. De uitspraak werd gedaan op 12 maart 2025, waarbij de kantonrechter de gedaagde partijen in de proceskosten heeft veroordeeld.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Zittingsplaats Leiden
MvN (D)
Rolnr.: 11062174 \ CV EXPL 24-1425
Datum: 12 maart 2025
Vonnis van de kantonrechter in de zaak:
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Proreca Vastgoed B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Amstelveen,
2.
[eisende partij, sub 2],
wonende te [woonplaats],
eisende partijen,
hierna afzonderlijk ook te noemen: “Proreca” en “[eisende partij, sub 2]” en gezamenlijk als “Proreca c.s.”,
gemachtigden: mrs. M.B. Maanicus en mr. J.A. van Berkom,
tegen

1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Easymakelaars B.V.,

2. de stichting
Moy Stichting Bewaarneming Gelden, t.h.o.d.n. REFAM Vastgoedbeheer en Huurgelden,
beiden gevestigd en kantoorhoudende te Leiden,
gedaagde partijen,
hierna afzonderlijk ook te noemen: “Easymakelaars” en “REFAM” en gezamenlijk als “Easymakelaars c.s.”,
gemachtigde: mr. A. Mao.

1.Procedure

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 26 maart 2024, met producties;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens eis in reconventie, met producties;
- de aantekeningen die de griffier heeft gemaakt tijdens de mondelinge behandeling die in deze zaak is gehouden op 7 november 2024;
- de spreekaantekeningen die door mrs. M.B. Maanicus en J.A. van Berkom zijn overgelegd en voorgedragen op mondelinge behandeling van 7 november 2024;
- het proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van 7 november 2024;
- de akte uitlating bewijslevering en ter overlegging producties zijdens Easymakelaars c.s.;
- de antwoordakte na akte uitlating bewijslevering zijdens Proreca c.s.
1.2
Ten slotte is vonnis bepaald op heden.

2.De feiten

De kantonrechter gaat uit van de navolgende feiten.
2.1
Proreca en [eisende partij, sub 2] hebben in Leiden verschillende panden in eigendom welke bestemd zijn voor de verhuur.
2.2
Easymakelaars is een bedrijf dat zich toelegt op het verhuren, huren, verkopen, aankopen en bemiddelen in onroerend goed.
2.3
Op enig moment hebben Easymakelaars en Proreca c.s. een overeenkomst gesloten op grond waarvan Easymakelaars verantwoordelijk werd voor het beheer van panden van Proreca c.s., waaronder begrepen het innen van de borgsommen van de huurders van de panden van Proreca c.s.
2.4
In of omstreeks 2019 heeft Easymakelaars de werkzaamheden omtrent het beheer van de panden van Proreca c.s. overgedragen aan REFAM, waardoor REFAM partij werd bij de overeenkomst tussen Easymakelaars en Proreca c.s. Hiertegen is door Proreca c.s. geen bezwaar gemaakt.
2.5
In augustus 2022 heeft [bedrijfsnaam] B.V. (hierna: [bedrijfsnaam]) diverse cv-werkzaamheden uitgevoerd aan een van de panden van Proreca. De factuur voor deze werkzaamheden van € 2.120,94 heeft [bedrijfsnaam] aan zowel REFAM als Proreca gestuurd. Dit bedrag is op 26 augustus 2022 door Proreca aan REFAM betaald. REFAM heeft dit bedrag niet doorbetaald aan [bedrijfsnaam].
2.6
Na toetreding van REFAM tot de overeenkomst verslechterde de samenwerking tussen partijen. Bij brieven van 15 november 2022 aan zowel Easymakelaars als REFAM hebben Proreca c.s., middels hun accountant de heer [naam 1], de samenwerking met Easymakelaars c.s. beëindigd. In deze brieven staat, voor zover van belang, het volgende:
“Tevens verzoeken wij u namens cliënt een overzicht van de ontvangen en eventueel terugbetaalde borg van alle huurders te verstrekken. (…). Wij verzoeken u de ontvangen borgsommen binnen 5 dagen over te boeken (…).”
2.7
Op 21 december 2022 heeft mevrouw [eisende partij, sub 2], als gevolmachtigde van Proreca, de sleutels en huurcontracten van Easymakelaars ontvangen. De verzochte borgsommen zijn toen niet overhandigd.
2.8
Nadat in januari 2023 bleek dat de factuur van [bedrijfsnaam] nog niet was betaald, heeft mevrouw [eisende partij, sub 2] dit op 22 januari 2023 alsnog rechtstreeks aan [bedrijfsnaam] gedaan.
2.9
Bij brief van 25 juli 2023 heeft de gemachtigde van Proreca c.s. Easymakelaars c.s. gesommeerd de borgbedragen van in totaal € 31.222,00 te voldoen.
2.1
Bij e-mail van 2 augustus 2023 heeft de heer [naam 2] (hierna: [naam 2]) namens Easymakelaars verzocht om een overzicht van het gevorderde bedrag, omdat hij zich niet in dat bedrag kon vinden.
2.11
Dit overzicht heeft de gemachtigde van Proreca c.s. op 8 augustus 2023 aan [naam 2] gestuurd.
2.12
Na de reactie van Easymakelaars van 17 augustus 2023 is het Proreca c.s. gebleken dat een totaalbedrag aan borgsommen van € 6.785,00 al in haar bezit was.
2.13
Bij brief van 17 november 2023 heeft de gemachtigde van Proreca c.s. Easymakelaars c.s. gesommeerd tot betaling van geïnde borgsommen en terugbetaling van het factuurbedrag van [bedrijfsnaam].
2.14
Easymakelaars c.s. zijn niet tot betaling van de verzochte bedragen overgegaan.
2.15
Proreca c.s. hebben ter zekerheidstelling van hun vorderingen op Easymakelaars c.s. op 12 maart 2024 conservatoir derdenbeslag gelegd op de bankrekeningen van Easymakelaars c.s. bij ING Bank N.V.

3.Geschil3.1 Proreca vordert – samengevat – veroordeling van Easymakelaars tot betaling aan haar van een bedrag van € 13.132,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022. [eisende partij, sub 2] vordert – samengevat – de veroordeling van Easymakelaars tot betaling aan hem van een bedrag van € 10.210,00, vermeerder met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022. Verder vorderen Proreca c.s. de veroordeling van Easymakelaars tot betaling aan hun van de buitengerechtelijke kosten van € 1.008,42, vermeerderd met wettelijke rente vanaf datum dagvaarding, de beslagkosten en de proces- en nakosten.

3.2
Proreca vordert – samengevat – veroordeling van REFAM tot betaling aan haar van een bedrag van € 1.095,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022, alsmede een bedrag van € 2.120,94, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 november 2023, de buitengerechtelijke kosten van € 446,59, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf datum dagvaarding, de beslagkosten en de proces- en nakosten.
3.3
Aan hun vorderingen hebben Proreca c.s., samengevat, het volgende ten grondslag gelegd. Zij hebben de overeenkomst met Easymakelaars c.s. op 15 november 2022 rechtsgeldig ontbonden en hebben op grond van artikel 6:265 BW jo. artikel 6:271 BW op Easymakelaars c.s. een vordering uit hoofde van een verbintenis tot ongedaanmaking, bestaande uit de door Easymakelaars c.s. ontvangen borgsommen voor de panden van Proreca c.s. van een totaalbedrag van € 24.437,00. Op grond van artikel 3:296 BW vorderen Proreca c.s. nakoming van deze ongedaanmakingsverbintenis. Subsidiair, in het geval de kantonrechter mocht oordelen dat de overeenkomst tussen partijen niet rechtsgeldig is ontbonden, stellen Proreca c.s. zich op het standpunt dat de overeenkomst op 15 november 2022 door hen is opgezegd en dat Easymakelaars c.s. het totaalbedrag van € 24.437,00 aan hen dient te betalen op grond van artikel 6:2 lid 1 BW jo. 6:248 lid 1 BW. Verder heeft Proreca uit hoofde van ongerechtvaardigde verrijking van REFAM te vorderen het bedrag van de factuur van [bedrijfsnaam] van € 2.120,94, nu REFAM dit bedrag van Proreca heeft ontvangen maar niet heeft doorbetaald aan [bedrijfsnaam].
3.4
Easymakelaars c.s. hebben gemotiveerd verweer gevoerd. Zij verzoeken Proreca c.s. niet-ontvankelijk te verklaren in hun vorderingen, althans deze vorderingen af te wijzen, met veroordeling van Proreca c.s. in de proceskosten.
3.5
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover van belang, nader worden ingegaan.

4.Beoordeling

4.1
Easymakelaars c.s. hebben niet, dan wel onvoldoende betwist dat de overeenkomst tussen partijen rechtsgeldig door Proreca c.s. is ontbonden, zodat dit in deze procedure vast staat. Voorts is tussen partijen niet in geschil dat in het geval Easymakelaars c.s. over gelden zouden beschikken uit hoofde van door huurders van Proreca c.s. aan hen betaalde borgsommen zij deze gelden aan Proreca c.s. moeten (terug)betalen. Tot slot hebben Easymakelaars c.s. niet, dan wel onvoldoende weersproken dat het (nog) gaat om de hieronder weergegeven panden, de daarbij behorende borgbedragen, de laatste huurders van de panden, de eigenaar van het pand en - indien ontvangen - de ontvanger van de borgsommen.
Adres
Borgbedrag
Laatste huurder
Eigenaar
Ontvanger
1. [straatnaam 1] [huisnummer 1]
€ 685
[naam 3]
Proreca
Easymakelaars
2. [straatnaam 1] [huisnummer 2]
€ 695
[naam 4]
Proreca
Easymakelaars
3. [straatnaam 1] [huisnummer 3]
€ 745
[naam 5]
Proreca
Easymakelaars
4. [straatnaam 1] [huisnummer 4]
€ 600
[naam 6]
Proreca
Easymakelaars
5. [straatnaam 1] [huisnummer 5]
€ 775
[naam 7]
Proreca
Easymakelaars
6. [straatnaam 1] [huisnummer 6]
€ 775
[naam 8]
Proreca
Easymakelaars
7. [straatnaam 1] [huisnummer 7]
€ 695
[naam 9]
Proreca
Easymakelaars
8. [straatnaam 2] [huisnummer 8]
€ 1095
[naam 10]
Proreca
REFAM
9. [straatnaam 2] [huisnummer 9]
€ 995
[naam 11]
Proreca
Easymakelaars
10. [straatnaam 2] [huisnummer 10]
€ 925
[naam 12]
Proreca
Easymakelaars
11. [straatnaam 3] [huisnummer 11]
€ 2250
[naam 13]
[eisende partij, sub 2]
Easymakelaars
12. [straatnaam 3] [huisnummer 12]
€ 3750
[naam 14]/[naam 15]
[eisende partij, sub 2]
Easymakelaars
13. [straatnaam 4] [huisnummer 13]
€ 895
[naam 16]
[eisende partij, sub 2]
Easymakelaars
14. [straatnaam 4] [huisnummer 14]
€ 850
[naam 17]
[eisende partij, sub 2]
Easymakelaars
15. [straatnaam 4] [huisnummer 15]
€ 875
[naam 18]
[eisende partij, sub 2]
Easymakelaars
16. [straatnaam 4] [huisnummer 16]
€ 795
[naam 19]
[eisende partij, sub 2]
Easymakelaars
17. [straatnaam 4] [huisnummer 17]
€ 795
[naam 20]
[eisende partij, sub 2]
Easymakelaars
18. [straatnaam 4] [huisnummer 18]
€ 795
[naam 21]
Proreca
Easymakelaars
19. [straatnaam 4] [huisnummer 19]
€ 775
[naam 22]
Proreca
Easymakelaars
20. [straatnaam 4] [huisnummer 20]
€ 850
[naam 23]
Proreca
Easymakelaars
21. [straatnaam 4] [huisnummer 21]
€ 1175
[naam 24]
Proreca
Easymakelaars
22. [straatnaam 4] [huisnummer 22]
€ 886
[naam 25]
Proreca
Easymakelaars
23. [straatnaam 4] [huisnummer 23]
€ 799
[naam 26]
Proreca
Easymakelaars
24. [straatnaam 4] [huisnummer 24]
€ 962
[naam 27]
Proreca
Easymakelaars
4.2
De kantonrechter heeft bij mondeling tussenvonnis van 7 november 2024 geoordeeld dat het, gelet op de gemotiveerde onderbouwing daarvan door Proreca c.s. aannemelijk is dat Easymakelaars c.s. de borgsommen van de huurders hebben ontvangen en heeft Easymakelaars c.s. in de gelegenheid gesteld om aan de hand van een Excelsheet te bewijzen dat zij alle borgen hebben verrekend, dan wel aan Proreca c.s. hebben terugbetaald. In dit Excel-sheet diende elk individueel pand genoemd te worden. Daarnaast moest per individueel pand in kolommen worden aangegeven (waarbij het uitgangspunt is dat de borg is ontvangen) welke borg is ontvangen, welke borgen zijn terugbetaald, dan wel zijn ontvangen bij iedere vertrekkende- en opvolgende huurder en of en wanneer die borgen voor of aan het einde van de samenwerking aan Proreca c.s. zijn terugbetaald. Voor zover Easymakelaars c.s. stelden geen borgsommen te hebben ontvangen omdat deze in eerste instantie door Proreca c.s. is ontvangen, moesten zij daarvan een nadere onderbouwing geven.
4.3
Bij akte van 4 december 2024 hebben Easymakelaars c.s. een Excel-sheet in het geding gebracht, alsmede de onderliggende facturen waarnaar in het Excel-sheet wordt verwezen. Zij menen dat zij met deze aanvullende schriftelijke bewijsstukken voldoende bewijs hebben geleverd van het hen bij tussenvonnis opgedragen bewijs.
4.4
Proreca c.s. hebben bij antwoordakte gemotiveerd weersproken dat Easymakelaars c.s. met de in het geding gebrachte stukken voldoende aannemelijk hebben gemaakt dat zij van alle panden alle borgbedragen hebben verrekend, dan wel al aan Proreca c.s. hebben terugbetaald. Enige onderbouwing waaruit volgt dat Easymakelaars c.s. de borgsommen bij het intrekken van de eerste huurders niet hebben ontvangen ontbreekt, terwijl alleen in dat geval de balans na de reeks verrekeningen op 0 zou komen te staan. Als Easymakelaars c.s. de borg van de eerste huurders wel hebben ontvangen, blijven zij de borg verschuldigd aan Proreca c.s. Daarnaast hebben Easymakelaars c.s. enkel facturen overgelegd van de periode 2017 tot en met 2022, terwijl de samenwerking tussen partijen vele jaren daarvoor tot stand is gekomen, aldus Proreca c.s.
4.5
Uit het door Easymakelaars c.s. als productie 22 in het geding gebrachte Excel-sheet volgt dat zij met betrekking tot de in de hierboven opgenomen tabel onder 5, 11, 12, 14 en 15 genoemde panden geen nadere onderbouwing hebben gegeven. Zij hebben met betrekking tot deze panden dan ook het hen opgedragen bewijs hoe dan ook niet geleverd, zodat de vordering voor wat betreft de aan deze panden gekoppelde borgbedragen, gelet op hetgeen door de kantonrechter is overwogen in het mondelinge tussenvonnis van 7 november 2024, zal worden toegewezen.
4.6
Met betrekking tot de in de tabel onder 1, 3, 6, 7, 9, 10, 13, 16, 20, 21, 22 en 23 genoemde panden heeft Easymakelaars c.s. in het Excel-sheet aangegeven dat zij de ontvangen borgsommen daarvan zouden hebben verrekend. Het is de kantonrechter uit de in het geding gebrachte stukken (facturen en bankafschriften) weliswaar gebleken dat Easymakelaars c.s. de borgbedragen van eerdere huurders ([naam 28], [naam 29], [naam 30], [naam 31], [naam 32], [naam 33], [naam 34], [naam 35], [naam 36], [naam 37], [naam 38] en [naam 39]) hebben teruggestort aan deze vertrekkende huurders, maar uit die stukken volgt niet dat zij de vervolgens door de opvolgende meest recente huurders ([naam 3], [naam 5], [naam 8], [naam 9], [naam 11], [naam 12], [naam 16], [naam 19], [naam 23], [naam 24], [naam 25] en [naam 26]) aan haar betaalde borgbedragen bij het einde van de samenwerking hebben terugbetaald aan-, dan wel verrekend hebben met Proreca c.s. Nu dit laatste niet komt vast te staan en Easymakelaars c.s. niet, dan wel onvoldoende hebben betwist en/of onderbouwd dat zij van de meest recente huurders de borgbedragen hebben ontvangen, gaat de kantonrechter er, gelet op het tussenvonnis van 7 november 2024, vanuit dat Easymakelaars c.s. deze borgbedragen nog onder zich houden. Nu tussen partijen niet in geschil is dat in geval Easymakelaars c.s. over uit hoofde van door huurders van Proreca c.s. betaalde borgsommen zouden beschikken, zij deze gelden aan Proreca c.s. moeten (terug)betalen, is de vordering voor wat betreft de aan deze panden gekoppelde borgbedragen eveneens toewijsbaar.
4.7
Met betrekking tot de in de hierboven weergegeven tabel onder 2, 17, 18, 19 en 24 genoemde panden is de kantonrechter met Proreca c.s. van oordeel dat, hoewel uit de door Easymakelaars c.s. in het geding gebrachte stukken volgt dat de borgbedragen van de meest recente huurders van deze panden verrekend zijn met-, dan wel betaald zijn aan Proreca c.s., bewijs ontbreekt van betaling van borgsommen door voorgaande huurders en doorbetaling daarvan aan- of verrekening daarvan met Proreca c.s. Ook voor wat betreft deze panden hebben Easymakelaars c.s. het hen opgedragen bewijs niet geleverd, zodat aannemelijk is dat zij voor deze panden nog borgsommen onder zich houden die zij moeten (terug)betalen aan Proreca c.s. De vordering voor wat betreft de aan deze panden gekoppelde borgbedragen zal dus ook worden toegewezen.
4.8
Met betrekking tot het in de tabel onder 4 genoemde pand hebben Easymakelaars c.s. zich op het standpunt gesteld dat Proreca met de huurder is overeengekomen dat de borg van € 600,00 rechtstreeks aan Proreca zou worden betaald. Proreca c.s. hebben in hun antwoordakte na bewijslevering daartegen aangevoerd dat zij het bedrag niet hebben ontvangen en dat daarom dit bedrag van Easymakelaars c.s. wordt gevorderd.
4.9
Naar het oordeel van de kantonrechter dient de vordering met betrekking tot dit borgbedrag te worden afgewezen, gelet op de specifiek tussen Proreca en de betreffende huurder gemaakte afspraak dat de borg rechtstreeks aan Proreca moest worden voldaan. Het enkele feit dat Proreca het bedrag uiteindelijk niet van de betreffende huurder heeft ontvangen, maakt niet dat daarvoor vervolgens Easymakelaars c.s. kunnen worden aangesproken. Overige feiten of omstandigheden die tot een ander oordeel zouden moeten leiden, zijn niet gesteld, noch gebleken.
4.1
Tot slot volgt uit de in het geding gebrachte stukken dat de borg van het in de tabel onder 8 genoemde pand op 31 december 2022 is teruggestort aan de meest recente vertrekkende huurder, [naam 10], en dat Easymakelaars c.s. die borg dus niet onder zich hebben gehouden. Het is de kantonrechter verder niet gebleken dat er na het vertrek van [naam 10] én voordat de samenwerking tussen partijen tot een einde kwam nog een nieuwe huurovereenkomst is gesloten op grond waarvan Easymakelaars c.s. nog een borg voor dit pand zouden hebben ontvangen. Gelet hierop zal de kantonrechter de vordering op REFAM voor wat betreft de aan dit pand gekoppelde borg van € 1.095,00 dan ook afwijzen.
4.11
Gelet op het bovenstaande zal de vordering van Proreca op Easymakelaars voor een totaalbedrag van € 12.532,00 worden toegewezen. De vordering van [eisende partij, sub 2] op Easymakelaars zal tot een totaalbedrag van € 10.210,00 worden toegewezen. De wettelijke rente over deze bedragen is toewijsbaar vanaf 22 december 2022.
4.12
Verder heeft REFAM niet, dan wel onvoldoende betwist dat zij van Proreca heeft ontvangen het bedrag van € 2.120,94 ten behoeve van betaling van de factuur van [bedrijfsnaam] en dat zij dit bedrag niet heeft doorbetaald aan [bedrijfsnaam], zodat dit in deze procedure is komen vast te staan. REFAM is met dit bedrag ongerechtvaardigd verrijkt en daarom zal REFAM dit bedrag aan Proreca moeten terugbetalen. Deze vordering van Proreca wordt dan ook toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 24 november 2023.
4.13
Het is de kantonrechter voldoende gebleken dat er buitengerechtelijke werkzaamheden zijn verricht, zodat de door Proreca c.s. gevorderde buitengerechtelijke kosten toewijsbaar zijn. Nu echter een deel van de gevorderde hoofdsommen wordt afgewezen, is het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar (in de zin van artikel 6:2 BW) om het toepasselijke wettelijke tarief te bepalen aan de hand van de gevorderde hoofdsommen. De kantonrechter zal de buitengerechtelijke incassokosten dan ook toewijzen tot het wettelijke tarief dat hoort bij het aan de hoofdsommen toegewezen bedrag. De wettelijke rente over deze kosten is toewijsbaar vanaf de dag der dagvaarding.
4.14
Easymakelaars c.s. worden als de (grotendeels) in het ongelijk gestelde partijen veroordeeld in de proceskosten, waaronder de beslag- en nakosten, van Proreca c.s. De wettelijke rente over de proceskosten is toewijsbaar vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis.
Beslissing
De kantonrechter:
Ten aanzien van Easymakelaars:
- veroordeelt Easymakelaars om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Proreca te betalen een bedrag van € 12.532,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 22 december 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt Easymakelaars om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eisende partij, sub 2] te betalen een bedrag van € 10.210,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 22 december 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt Easymakelaars om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Proreca c.s. te betalen een bedrag van € 1.002,42 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 26 maart 2024 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt Easymakelaars in de kosten van de procedure, tot op deze uitspraak aan zijde van Proreca c.s. in totaal vastgesteld op € 3.358,81, te weten:
a een bedrag van € 688,00 ter zake van door de sector civiel recht voor het beslagverzoek berekende griffierechten,
b een bedrag van € 786,00 als salaris voor de gemachtigde van eisende partijen met betrekking tot het beslagrekest,
c een bedrag van € 316,77 ter zake van explootkosten en overige verschotten met betrekking tot het beslagrekest,
d een bedrag van € 59,04 ter zake (de helft) van de explootkosten en overige verschotten voor de bodemprocedure,
e een bedrag van € 16,50 ter zake (de helft) van de door de sector kanton nog berekende griffierechten (griffierecht kanton minus griffierecht civiel),
f een bedrag van € 1.357,50 als salaris voor de gemachtigde van eisende partijen in de bodemprocedure,
g. een bedrag van € 135,00 aan nakosten, voor zover gemaakt,
een en ander onverminderd de eventueel over deze kosten verschuldigde btw en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis;
Ten aanzien van REFAM:
- veroordeelt REFAM om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Proreca te betalen een bedrag van € 2.120,94, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 24 november 2023 tot de dag der voldoening;
- veroordeelt REFAM om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Proreca te betalen een bedrag van € 318,14 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 26 maart 2024 tot de dag der voldoening;
- veroordeelt REFAM in de kosten van de procedure, tot op deze uitspraak aan zijde van Proreca in totaal vastgesteld op € 2.246,31, te weten:
a een bedrag van € 688,00 ter zake van door de sector civiel recht voor het beslagverzoek berekende griffierechten,
b een bedrag van € 521,00 als salaris voor de gemachtigde van eisende partij met betrekking tot het beslagrekest,
c een bedrag van € 316,77 ter zake van explootkosten en overige verschotten met betrekking tot het beslagrekest,
d een bedrag van € 59,04 ter zake (de helft) van de explootkosten en overige verschotten voor de bodemprocedure,
e een bedrag van € 16,50 ter zake (de helft) van de door de sector kanton nog berekende griffierechten (griffierecht kanton minus griffierecht civiel),
f een bedrag van € 510,00 als salaris voor de gemachtigde van eisende partij in de bodemprocedure,
g. een bedrag van € 135,00 aan nakosten, voor zover gemaakt,
een en ander onverminderd de eventueel over deze kosten verschuldigde btw en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis;
- verklaart dit vonnis ten aanzien van de betalingsverplichtingen van Easymakelaars en van REFAM uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door kantonrechter mr. C.W.D. Bom en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 maart 2025.