Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
de Minister van Asiel en Migratie,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, wordt het beroep van een Afghaanse jongvolwassene tegen de afwijzing van zijn aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) beoordeeld. De minister van Asiel en Migratie heeft de aanvraag afgewezen op 31 maart 2023, en de rechtbank behandelt het beroep op 14 januari 2025. De rechtbank concludeert dat de minister de aanvraag terecht heeft afgewezen, omdat de familierechtelijke relatie tussen eiser en zijn biologische ouders niet aannemelijk is gemaakt. Eiser heeft in Afghanistan als pleegkind in het gezin van de referente verbleven, maar er zijn geen officiële documenten overgelegd die deze pleegsituatie bevestigen. De rechtbank oordeelt dat er geen beschermenswaardig gezinsleven bestaat tussen eiser en de referente, en dat de jongvolwassenenbeleid niet van toepassing is, aangezien eiser zelfstandig kan voorzien in zijn levensonderhoud. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de minister geen mvv aan eiser hoeft te verstrekken en dat eiser geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontvangt.