Verzoek en verweer
De moeder verzoekt – na wijziging en in zoverre met wijziging van de beschikking van 15 februari 2024 van deze rechtbank –:
- de volgende voorlopige zorgregeling en vakantieregeling vast te stellen:
- [minderjarige] zal bij de vader zijn op dinsdag van 14.45 uur tot 16.15 uur, op donderdag van 14.45 uur tot 17.00 uur en op zaterdag van 12.00 uur tot 16.00 uur;
- er wordt een persoon aangesteld die er voor [minderjarige] kan zijn en haar daadwerkelijk kan beschermen, waarbij deze persoon er ook voor zorgt dat de vader het kind niet ontvoert;
- tijdens de feestdagen is [minderjarige] op een week twee dagen in de week voor de duur van twee uren en op dagen dat [minderjarige] ’s tantes op bezoek zijn tijdens de omgang, van 13.00 uur tot 19.30 uur in de herfst en de winter en tot 20.00 uur in de lente en de zomer;
- tijdens de vakanties is [minderjarige] drie uren per dag twee keer per week en acht uren per dag één keer per week, mits er broers of tantes aanwezig zijn, zo niet dan duurt dit derde omgangsmoment drie uren per dag.
Voorts verzoekt de moeder te bepalen dat:
- [minderjarige] niet bij de vader zal overnachten, ook niet tijdens de vakanties;
- het de vader is verboden zelfstandig te reizen met [minderjarige] ;
- [minderjarige] nooit alleen zal zijn met de vader, en daar hoort ook expliciet het ophalen van school bij, naar de bakker gaan of een ijsje halen, tenzij de vader een recente, officiële bevestiging van zijn medisch team overlegt waarin staat dat het 100% veilig is voor [minderjarige] om met de vader alleen door de stad te lopen om ijsjes te halen of naar de supermarkt te gaan, inhoudende dat de vader in staat is om voor het kind te zorgen en geen hulp nodig heeft;
- de persoon die bij de hand is als back-up altijd het welzijn en de veiligheid van [minderjarige] boven zijn eigen (aanhankelijke of materiële) belangen moet stellen, conform de beschikking van 15 februari 2024 van deze rechtbank, en dit moet iemand zijn die onafhankelijk is van de vader;
- de moeder (of een oppas benoemd door de moeder) [minderjarige] ophaalt uit de echtelijke woning op de dagen dat [minderjarige] de vader bezoekt;
- het de vader is verboden zelfstandig te rijden met [minderjarige] , tenzij hij het CBR aantoonbaar informeert over zijn ziekte en hij een recente verklaring overlegt van zijn behandelend arts dat hij kan autorijden en dat het voor hem veilig is om met een kind auto te rijden;
- [minderjarige] niet meer dan twee tot vier uur aaneengesloten bij de vader doorbrengt. In de toekomst zullen deze uren verder moeten worden teruggebracht gezien de steeds meer verslechterde situatie van de vader. De moeder suggereert dat deze veranderingen tot stand komen via bemiddeling en met de hulp van artsen (die de gezondheidssituatie van de vader uitleggen) en psychologen (die de behoeften van [minderjarige] uitleggen).
Tot slot verzoekt de moeder:
- haar vervangende toestemming te verlenen voor vakanties met [minderjarige] naar Spanje van 29 december 2024 tot 5 januari 2025 en van 27 april 2025 tot 4 mei 2025, en voor de eerste drie weken van de zomervakantie 2025;
- te bepalen dat de vader € 154,- aan de moeder betaalt voor de kosten om haar eigen retourvluchten met [minderjarige] te wijzigen;
- haar vervangende toestemming te verlenen om [minderjarige] naar een kinderpsycholoog te brengen zodat [minderjarige] in gesprek kan met de kinderpsycholoog;
- de vader te veroordelen in de proceskosten;
- de vorderingen binnen twee dagen van de af te geven beschikking op straffe van
een dwangsom van € 25.000,-, alsmede een dwangsom van € 250,- voor iedere dag
dat de overtreding voortduurt, tot een maximum van € 50.000,- is bereikt, althans
de vader een dwangsom op te leggen zoals de rechtbank in goede justitie juist en
redelijk acht;
al het voorgaande uitvoerbaar bij voorraad.
De moeder doet haar verzoek steunen op de stelling dat de omstandigheden na de beschikking van 15 februari 2024 van deze rechtbank zijn gewijzigd.
De vader voert verweer, dat hierna – voor zover nodig – zal worden besproken, en verzoekt tevens zelfstandig de zorgregeling tussen partijen te wijzigen en te bepalen dat:
- [minderjarige] op dinsdagen en donderdagen na school bij de vader zal zijn tot de volgende morgen;
- [minderjarige] op zaterdag van 12.00 uur tot zondag 12.00 uur bij de vader zal verblijven;
- de schoolvakanties van [minderjarige] , te beginnen met de aanstaande kerstvakantie, gelijkelijk tussen partijen worden verdeeld en dat zowel de vader als de moeder hun medewerking verlenen aan een verblijf in het buitenland en daartoe, indien nodig, uitdrukkelijk schriftelijk hun toestemming daartoe zullen geven.