ECLI:NL:RBDHA:2025:3299

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
15 januari 2025
Publicatiedatum
5 maart 2025
Zaaknummer
11373078 MB VERZ 24-11253
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens verkeersboete en schending van hoorplicht

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 15 januari 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan een B.V. wegens een verkeersboete van € 389,00 voor het vasthouden van een telefoon tijdens het rijden. De betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De gemachtigde, M.J.M. Bergers van Boete.nu, voerde aan dat de hoorplicht was geschonden omdat de officier van justitie een beslissing had genomen zonder de hoorzitting af te wachten die gepland stond op 5 februari 2024. De vertegenwoordiger van de officier van justitie erkende dat de hoorplicht was geschonden, maar stelde dat dit geen structurele schending betrof en dat de beslissing tijdig was genomen. De kantonrechter oordeelde dat er geen reden was om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant en dat de betrokkene niet in zijn belangen was geschaad, aangezien de gemachtigde voldoende gelegenheid had gehad om schriftelijk te reageren. De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees ook het verzoek om proceskostenvergoeding af, omdat er geen feiten waren die aanleiding gaven tot matiging van de boete. De uitspraak benadrukt het belang van de hoorplicht, maar ook dat niet elke schending automatisch leidt tot een nadelige uitkomst voor de betrokkene.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Zittingsplaats Den Haag
CJIB-nummer: 258023097
Registratienummer team straf: 11373078 MB VERZ 24-11253
Uitspraakdatum : 15 januari 2025
Beslissing van de kantonrechter, tevens houdende het opgemaakte proces-verbaal van de zitting
in de zaak van
[de betrokkene] B.V.
wonende dan wel gevestigd te: [postcode] [woonplaats]
Asteriastraat 1, nader ook te noemen: betrokkene.
Gemachtigde: M.J.M. Bergers (Boete.nu)

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 15 januari 2025. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene en gemachtigde zijn niet ter zitting verschenen.

Overwegingen

Verkeersboete
Het gaat om een bedrag van € 389,00 (inclusief administratiekosten) voor feitcode R545.
Beroepsgronden en standpunten
De beroepsgronden houden in de kern het volgende in. Gemachtigde kan zich niet in vinden in de wijze waarop deze zaak door de officier van justitie is afgedaan. De officier van justitie heeft de hoorplicht geschonden door na de ingebrekestelling een beslissing te nemen zonder eerst de hoorzitting af te wachten die al gepland stond op 5 februari 2024. Het komt immers vaker voor dat er diezelfde dag nog een beslissing wordt genomen. Daarbij merkt gemachtigde op dat het aan de officier zelf te wijten is dat er nog geen hoorzitting was gehouden terwijl de beslistermijn al een keer was verdaagd met (16 +) 10 weken. Tenslotte wordt een proceskostenvergoeding verzocht.
De vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft ter zitting voorgesteld het beroep ongegrond te verklaren. De vertegenwoordiger heeft daarover in het bijzonder aangevoerd dat
de gedraging kan worden vastgesteld. De hoorplicht is geschonden maar het betreft hier geen structurele schending. Dan kan volstaan worden met de constatering dat de hoorplicht geschonden wordt. Er wordt bij een ingebrekestelling altijd geprobeerd om de zaak alsnog op een hoorzitting te plaatsen binnen 8 dagen maar dit lukt niet altijd.
Oordeel
Het beroep is ongegrond.
Daartoe overweegt de kantonrechter het volgende.
De kantonrechter heeft geen reden om te twijfelen aan de gedetailleerde verklaring van de verbalisant in het zaakoverzicht, dat op ambtseed is opgemaakt. Op basis van die verklaring staat vast dat betrokkene tijden het rijden zijn telefoon in de hand heeft gehouden, wat in strijd is met de wettelijke bepalingen.
Gemachtigde heeft namens betrokkene vooral procedurele bezwaren aangevoerd. Het niet horen van betrokkene door de officier van justitie kan onder bepaalde omstandigheden tot schending van de procedurele voorschriften leiden, maar alleen indien betrokkene hierdoor in zijn belangen is geschaad. In dit geval is niet gebleken dat betrokkene hierdoor in zijn verdediging is benadeeld, nu gemachtigde voldoende gelegenheid heeft gehad een schriftelijke aanvulling op het beroep in te dienen.
Uit het dossier blijkt dat de ingebrekestelling ertoe heeft geleid dat de officier van justitie tijdig heeft beslist. Aangezien er een beslissing is genomen, is er geen reden om aan te nemen dat de procedure is vertraagd of dat sprake is van nalatigheid. Er zal dan ook geen compensatie plaatsvinden door matiging van het boetebedrag.
Er zijn ook geen andere feiten of omstandigheden gebleken die aanleiding geven tot matiging van de opgelegde boete.
Proceskosten
Het verzoek om een proceskostenvergoeding zal worden afgewezen.

Beslissing

De kantonrechter:
- verklaart het beroep ongegrond.
- wijst het verzoek om toekenning van een dwangsom af;
- wijst het verzoek om een proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. F.X. Cozijn, kantonrechter, bijgestaan door
D.C. Carsten, griffier en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Als u het met de beslissing op uw beroep niet eens bent, dan kunt u binnen zes weken na toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, maar alleen als:
a. de u opgelegde administratieve sanctie meer dan € 110,00 bedraagt, of
b. uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Den Haag, Team Straf en dient door degene die het beroep heeft ingesteld of door zijn gemachtigde te zijn ondertekend.
De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.