Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Het verloop van de procedure
Overwegingen
Beslissing
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 15 januari 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan een B.V. wegens een verkeersboete van € 389,00 voor het vasthouden van een telefoon tijdens het rijden. De betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De gemachtigde, M.J.M. Bergers van Boete.nu, voerde aan dat de hoorplicht was geschonden omdat de officier van justitie een beslissing had genomen zonder de hoorzitting af te wachten die gepland stond op 5 februari 2024. De vertegenwoordiger van de officier van justitie erkende dat de hoorplicht was geschonden, maar stelde dat dit geen structurele schending betrof en dat de beslissing tijdig was genomen. De kantonrechter oordeelde dat er geen reden was om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant en dat de betrokkene niet in zijn belangen was geschaad, aangezien de gemachtigde voldoende gelegenheid had gehad om schriftelijk te reageren. De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees ook het verzoek om proceskostenvergoeding af, omdat er geen feiten waren die aanleiding gaven tot matiging van de boete. De uitspraak benadrukt het belang van de hoorplicht, maar ook dat niet elke schending automatisch leidt tot een nadelige uitkomst voor de betrokkene.