ECLI:NL:RBDHA:2025:3276
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G.A. Bouter - Rijksen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Pakistaanse eiser op economisch motief zonder reëel risico op ernstige schade
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van een Pakistaanse eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag. Eiser, geboren op een onbekende datum, heeft op 26 december 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de minister van Asiel en Migratie op 5 november 2024 is afgewezen. De rechtbank heeft de zaak op 20 februari 2025 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een waarnemer. Eiser stelt dat hij in Pakistan in armoede leefde en bij terugkeer een reëel risico loopt op ernstige schade, waaronder zelfmoord. De rechtbank oordeelt dat de minister voldoende heeft gemotiveerd dat eiser niet als vluchteling kan worden aangemerkt en dat er geen relevante elementen zijn die wijzen op een reëel risico op ernstige schade. De rechtbank concludeert dat de asielaanvraag ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor uitstel van vertrek op grond van artikel 64 van de Vreemdelingenwet, aangezien eiser geen medische stukken heeft overgelegd. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en het bestreden besluit blijft in stand.