In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 november 2025 een beschikking gegeven in een voorlopige voorzieningenprocedure. De vrouw heeft verzocht om toevertrouwing van de minderjarige kinderen en het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning, nu de man voor onbepaalde tijd in Syrië verblijft. De vrouw, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. A. Vijftigschild, heeft aangevoerd dat de man al het geld van de bankrekeningen heeft opgenomen, de auto heeft verkocht en de woning heeft verlaten. De man verblijft sinds juli 2025 in Syrië en heeft de vrouw bedreigd. De rechtbank heeft de minderjarige kinderen aan de vrouw toevertrouwd, omdat dit in het belang van de kinderen is. De rechtbank heeft ook bepaald dat de vrouw gerechtigd is tot het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning, omdat de man daar niet meer woont en er geen vertrouwen is dat hij zich zal uitschrijven van het adres. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte is afgewezen.