ECLI:NL:RBDHA:2025:22807

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 december 2025
Publicatiedatum
2 december 2025
Zaaknummer
NL25.52656
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag van vreemdelingen uit Syrië

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, gaat het om een beroep dat eiseres heeft ingediend tegen de minister van Asiel en Migratie. Eiseres stelt dat de minister niet tijdig heeft beslist op haar asielaanvraag, ingediend op 19 december 2023. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld. Eiseres heeft de minister op 31 maart 2025 in gebreke gesteld en haar beroep op 28 oktober 2025 ingediend. De minister had echter een Besluit- en Vertrekmoratorium (BVM) ingesteld voor vreemdelingen uit Syrië, dat op 11 december 2024 in werking is getreden. Dit betekende dat de minister niet kon beslissen op de aanvraag van eiseres, waardoor de ingebrekestelling prematuur was. De rechtbank concludeert dat het beroep niet voldoet aan de vereisten voor ontvankelijkheid, aangezien het BVM nog van kracht was op het moment van de ingebrekestelling. De rechtbank merkt op dat eiseres de minister opnieuw in gebreke kan stellen nu het BVM inmiddels is geëindigd. Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk en beslist dat de minister de proceskosten niet hoeft te vergoeden.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL25.52656

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam], eiseres,

V-nummer: [nummer],
(gemachtigde: mr. J. Oosterhof),
mede namens haar minderjarige kinderen:

[naam],

V-nummer: [nummer],

[naam],geboren op [geboortedatum],

en

de minister van Asiel en Migratie, de minister.

Inleiding

1. Deze uitspraak gaat over het beroep dat eiseres heeft ingediend, omdat de minister niet op tijd zou hebben beslist op de asielaanvraag van 19 december 2023.
1.1.
De rechtbank doet uitspraak zonder zitting. [1]

Beoordeling door de rechtbank

Is het beroep ontvankelijk?
2. Eiseres heeft de minister bij brief van 31 maart 2025 in gebreke gesteld en vervolgens op 28 oktober 2025 haar beroep ingediend. [2]
3. Met het besluit van 11 december 2024, in werking getreden op 14 december 2024, heeft de minister een Besluit- en Vertrekmoratorium [3] (BVM) ingesteld voor vreemdelingen uit Syrië. Op het moment van indienen van de ingebrekestelling was het door de minister ingestelde BVM nog in werking, waardoor de minister niet kon beslissen op de aanvraag en de ingebrekestelling prematuur is ingediend. Het beroep tegen het niet tijdig beslissen voldoet daarom niet aan de vereisten voor het indienen van zo’n beroep. [4]
4. De rechtbank merkt op dat eiseres de minister opnieuw in gebreke kan stellen, nu het BVM inmiddels is geëindigd.

Conclusie en gevolgen

5. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk. De minister hoeft de proceskosten niet te vergoeden.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.G.D. Overmars, rechter, in aanwezigheid van K.D.M. Nijholt, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.

Voetnoten

1.Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.Artikel 6:12, tweede lid aanhef en onder b, van de Awb.
3.Besluit van 11 december 2024 tot het instellen van een besluitmoratorium en een vertrekmoratorium voor vreemdelingen afkomstig uit Syrië (
4.Artikel 6:12 van de Awb.