ECLI:NL:RBDHA:2025:22259

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 november 2025
Publicatiedatum
25 november 2025
Zaaknummer
C/09/689298 / FA RK 25-5745
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdeling van zorg- en opvoedingstaken en verzoek tot eenhoofdig gezag

In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 5 november 2025 een beschikking gegeven inzake de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken van de minderjarige kinderen van partijen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De vader heeft verzocht om een regeling voor de zorg- en opvoedingstaken, waarbij de kinderen bij hem zouden verblijven op bepaalde dagen en tijdens vakanties. De moeder heeft verweer gevoerd en verzocht om eenhoofdig gezag, omdat zij meent dat de vader zijn gezag misbruikt. De rechtbank heeft de verzoeken van de moeder tot eenhoofdig gezag afgewezen, omdat er onvoldoende bewijs was van contra-indicaties voor gezamenlijk gezag. De rechtbank heeft besloten dat de kinderen hun hoofdverblijfplaats bij de moeder zullen hebben, maar dat de zorgregeling voor de kinderen zoals eerder overeengekomen, zal worden voortgezet. De rechtbank heeft ook de verdeling van vakanties en feestdagen vastgesteld, waarbij de kinderen in even jaren bij de vader en in oneven jaren bij de moeder verblijven op bepaalde dagen. De moeder is niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot toewijzing van het huurrecht van de gezamenlijke woning. De proceskosten zijn gecompenseerd.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 25-5745
Zaaknummer: C/09/689298
Datum beschikking: 5 november 2025

Verdeling van de zorg- en opvoedingstaken

Beschikking op het op 29 juli 2025 ingekomen verzoek van:

[de vader] ,

de vader,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
advocaat: mr. J.A. van der Heiden te Honselersdijk.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
[de moeder],
de moeder,
wonende op een bij de rechtbank adres,
advocaat: mr. M. de Boorder te ’s-Gravenhage.

Procedure

De rechtbank heeft kennis genomen van de stukken waaronder:
  • het verzoekschrift;
  • het verweerschrift
De minderjarige [minderjarige 1] heeft zich in raadkamer uitgelaten over het verzoek.
Op 8 oktober 2025 is de zaak ter zitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen:
  • de vader, bijgestaan door zijn advocaat;
  • de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
  • [naam] namens de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad).
Van de zijde van de vader zijn pleitnotities overgelegd.

Verzoek en verweer

Het verzoek van de vader strekt tot het treffen van een regeling inzake de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken, in die zin dat:
- de kinderen bij de vader verblijven:
- van maandag uit school (of vanaf 15:00 uur in geval van een vrije dag) tot woensdag voor school (of 8:30 uur om de week in geval van [minderjarige 2] en/of op vrije dagen); en,
- de weekenden in de even weken van vrijdagmiddag uit school (of 15:00 in geval van een vrije dag) tot maandagochtend voor school (of 8:30 in geval van een vrije dag);
- de navolgende verdeling van de vakanties wordt vastgesteld:
- zomervakantie: in de even jaren verblijven de kinderen bij de vader in weken 1, 2 en 5 en bij de moeder in de weken 3, 4 en 6, en in de oneven jaren andersom, waarbij de week begint op vrijdagmiddag uit school of 15:00;
- kerst- en meivakantie: in de even jaren verblijven de kinderen bij de vader in week 1 en bij de moeder in week 2, en in de oneven jaren andersom;
- herfst- en voorjaarsvakantie: de reguliere zorgregeling loopt door, waarbij de wissel ’s maandagmiddags om 15:00 plaatsvindt (in plaats van uit school) en om 9:00 (in plaats van voor school);
- de navolgende verdeling van de feestdagen wordt vastgesteld:
- eerste kerstdag: in even jaren bij de vader, in oneven jaren bij de moeder, van 10:00 uur tot 20:00;
- tweede kerstdag: in even jaren bij de moeder, in oneven jaren bij de vader, van 10:00 uur tot 20:00;
- oudejaarsdag: in even jaren bij de vader, in oneven jaren bij de moeder van 10:00 uur tot 20:00 uur;
- nieuwjaarsdag: in even jaren bij de moeder, in oneven jaren bij de vader, van 10:00 uur tot 20:00 uur;
- Moederdag: bij de moeder van 9:00 uur tot 19:00 uur;
- Vaderdag: bij de vader van 9:00 uur tot 19:00 uur;
- verjaardagen kinderen: in even jaren bij de vader en in oneven jaren bij de moeder, op vrije dagen van 12:00 uur tot 20:00 uur en op schooldagen uit school tot 19:00;
- verjaardagen ouders: de kinderen zijn bij de ouder die jarig is, op vrije dagen van 10:00 uur tot 20:00 uur en op schooldagen uit school tot 19:00 uur;
- verjaardagen opa en oma: kinderen zijn bij de opa/oma die jarig is, op vrije dagen van 10:00 uur tot 20:00 uur en op schooldagen uit school tot 19:00 uur;
een en ander voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad.
De moeder voert verweer, welk verweer hierna – voor zover nodig – zal worden besproken, en verzoekt:
  • te bepalen dat [minderjarige 2] en [minderjarige 1] hun hoofdverblijfplaats bij de moeder zullen hebben;
  • het gezamenlijk ouderlijk gezag over de minderjarigen [minderjarige 2] en [minderjarige 1] te beëindigen en te bepalen dat het gezag voortaan uitsluitend aan de moeder toekomt;
  • een omgangsregeling vast te stellen die als volgt luidt:
Omgang
- de kinderen verblijven één weekend per twee weken van vrijdag 15:00 uur tot maandag 15:00 uur bij de vader:
- in de week dat de vader de kinderen het weekend niet heeft, kan de vader de kinderen een dag in de week van school ophalen en om 19:00 terugbrengen naar het hoofdverblijf van het kind;
Veiligheid en welzijn
- vader onthoudt zich te allen tijde van elke vorm van lichamelijke en emotionele mishandeling, verbaal of fysiek geweld, intimidatie of dreiging richting de kinderen;
- indien sprake is van signalen van mishandeling of onveiligheid, wordt de omgang onmiddellijk opgeschort en volgt een herbeoordeling door de betrokken instanties (zoals Veilig Thuis of de Raad voor de Kinderbescherming);
- indien nodig zal omgang uitsluitend plaatsvinden onder begeleiding van een omgangshuis of onafhankelijke derde;
Dagelijkse zorg tijdens de omgang
- vader draagt zorg voor een stabiele dagindeling met voldoende rust, slaap gezonde voeding en een veilige omgeving;
- vader respecteert de emotionele beleving van de kinderen en stelt hen niet bloot aan druk, negatieve beïnvloeding of loyaliteitsconflicten;
- vader houdt zich aan medische voorschriften, medicatie en eventuele therapieën van de kinderen;
Communicatie
- communicatie tussen de ouders verloopt uitsluitend zakelijk en schriftelijk, bij voorkeur via een co-ouderschapsapp of per e-mail;
- ouders onthouden zich van negatieve uitlatingen over elkaar in aanwezigheid van de kinderen;
Evaluatie & wijzigingen
- deze omgangsregeling wordt na een periode van drie (3) maanden geëvalueerd;
- indien tijdens of na deze periode blijkt dat de veiligheid of het welzijn van de kinderen in het geding is, kan de omgangsregeling worden aangepast, beperkt of beëindigd, al dan niet op verzoek van moeder of op advies van de betrokken instanties;
Vakanties en verjaardagen
- de kinderen verblijven op hun verjaardagen bij de ouder waar het kind conform de reguliere zorgregeling verblijft, met een apart moment voor de andere ouder;
- de kinderen verblijven op verjaardagen van ouders bij de jarige ouder van 09:00 uur tot en met de volgende dag 09:00 uur;
- verdeling van vakanties en feestdagen bij helfte;
- jaarlijkse afwisseling van oud & nieuw;
  • te bepalen dat de moeder de huurovereenkomst van de eengezinswoning mag voortzetten en het huurrecht van de woning aan [adres] , [postcode] te [plaats] op grond van art. 7:267 BW toe te wijzen aan de moeder en de vader te gelasten de woning te verlaten en de sleutels aan de moeder te overhandigen;
  • een en ander te beslissen zoals de rechtbank in goede justitie juist en in het belang van de kinderen acht;
  • te bepalen dat ieder van partijen de eigen proceskosten draagt;
een en ander voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad.

Feiten

- Partijen hebben een affectieve relatie gehad.
- Zij zijn de ouders van de volgende nog minderjarige kinderen:
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2014 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2020 te [geboorteplaats] ;
- De kinderen staan ingeschreven op het adres van de moeder.
- Partijen oefenen het gezamenlijk gezag over de minderjarigen uit.
Beoordeling
Gezag
Juridisch kader
Op grond van artikel 1:253n, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) kan op verzoek van de niet met elkaar gehuwde ouders of één van hen het gezamenlijk gezag worden beëindigd, indien nadien de omstandigheden zijn gewijzigd. Zoals blijkt uit artikel 1:253n, tweede lid, BW zijn de gronden van artikel 1:251a, eerste lid, BW, van overeenkomstige toepassing. Het gezamenlijk gezag kan derhalve worden beëindigd, indien: (a) er een onaanvaardbaar risico is dat het kind klem of verloren zou raken tussen de ouders en niet te verwachten is dat hierin binnen afzienbare tijd voldoende verbetering zou komen, of (b) wijziging van het gezag anderszins in het belang van het kind noodzakelijk is.
Inhoudelijke beoordeling
De rechtbank ziet aanleiding om allereerst het verzoek van de moeder ten aanzien van het gezag te behandelen. Zij verzoekt om haar voortaan alleen met het gezag te belasten. Volgens de moeder is sprake van een patroon, waarbij de vader zijn gezag misbruikt door noodzakelijke toestemmingen te onthouden of nodeloos te vertragen, constructief overleg weigert, en zich in het bijzijn van de kinderen opstelt op een wijze die escalerend werkt. Op de zitting heeft zij aangegeven dat zij het eenhoofdig gezag vooral noodzakelijk vindt om praktische zaken, waaronder het boeken van vakanties met de kinderen naar het buitenland, te kunnen regelen. De vader reageert vaak niet of te laat. De vader voert verweer. Volgens hem treedt de moeder niet in overleg over de vakanties, maar legt zij dit aan de vader op door het als een voldongen feit aan hem te presenteren. Hij stelt bovendien dat hij vrijwel alle keren wel degelijk toestemming heeft verleend. Hoewel de vader erkent dat de communicatie tussen de ouders niet goed is, is hij bereid om hieraan te werken, bijvoorbeeld door de inzet van mediation.
De rechtbank overweegt het volgende. Het uitgangspunt van de wetgever is dat ouders gezamenlijk het gezag uitoefenen en dat slechts in uitzonderingsgevallen één ouder met het gezag is belast. Zowel uit de stukken als hetgeen op de zitting is besproken, is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende gebleken van contra-indicaties voor het gezamenlijk gezag van beide ouders. Weliswaar is duidelijk dat de communicatie tussen de ouders moeizaam is, maar op de zitting is ook besproken dat de ouders hieraan zullen gaan werken. Zij zijn via de gemeente (Kracht) aangemeld voor het traject Parallel Solo Ouderschap.
Verder is op de zitting besproken dat tijdig toestemming aan de andere ouder moet worden verzocht voor vakanties het buitenland. Op de reizende ouder rust daarbij de verplichting om de andere ouder meteen, voor zover dat dan al mogelijk is, te informeren over de data van de vakantie, de plaats van bestemming (adresgegevens) en reisgegevens (vluchtnummers). De rechtbank vertrouwt erop dat elkeouder in het vervolg vlot toestemming aan de andere ouder zal verlenen als deze daarom vraagt en daarbij direct de hiervoor genoemde informatie verstrekt.
De rechtbank zal het verzoek van de moeder om eenhoofdig gezag afwijzen.
Hoofdverblijfplaats
Wettelijk kader
Op grond van artikel 1:253a lid 2 aanhef en onder b van het BW, kan de rechter, in geval van gezamenlijke uitoefening van het gezag, op verzoek van de ouders of een van hen een regeling vaststellen inzake de uitoefening van het ouderlijk gezag, waaronder de beslissing bij welke ouder het kind zijn hoofdverblijfplaats heeft. De rechter neemt een zodanige beslissing als hem in het belang van het kind wenselijk voorkomt.
Inhoudelijke beoordeling
Op de zitting heeft de rechtbank een vergelijk tussen de ouders beproefd. De ouders zijn daarbij overeengekomen dat de kinderen hun hoofdverblijfplaats bij de moeder zullen hebben. Nu de rechtbank niet is gebleken dat de belangen van de kinderen zich hiertegen verzetten, zal de rechtbank dienovereenkomstig beslissen.
Zorgregeling
Wettelijk kader
Op grond van artikel 1:253a tweede lid onder a van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan de rechtbank op verzoek van de ouders of van één van hen een zorgregeling vaststellen of een zorgregeling wijzigen als nadien de omstandigheden zijn gewijzigd. De rechtbank neemt een zodanige beslissing als haar in het belang van het kind wenselijk voorkomt.
Inhoudelijke beoordeling
Na het uiteengaan van partijen eind 2022, zijn zij in onderling overleg een zorgregeling overeengekomen, die sindsdien is uitgevoerd. Deze regeling houdt kortweg in dat de kinderen bij vader zijn als volgt:
  • elke week van maandag uit school tot woensdag naar school;
  • in de even weken het weekend van vrijdagmiddag uit school tot maandagochtend.
Deze regeling wordt met betrekking tot [minderjarige 1] nog steeds uitgevoerd. Sinds juni 2025 heeft de vader echter geen fysiek contact meer gehad met [minderjarige 2] . Wel vindt wekelijks contact plaats tussen de vader en [minderjarige 2] door middel van videobellen.
De moeder is van mening dat een weekendregeling meer in het belang is van de kinderen dan de huidige zorgregeling. De moeder heeft naar voren gebracht dat de vader te weinig aandacht besteedt aan de schoolontwikkeling en het huiswerk van [minderjarige 1] , waardoor hij een achterstand in zijn schoolwerk oploopt als hij bij de vader is. Daarnaast draagt de vader volgens de moeder onvoldoende zorg voor de persoonlijke verzorging en hygiëne van de kinderen en hebben de ouders een verschillende aanpak van de zindelijkheidstraining van [minderjarige 2] . Ook zou de vader de zorg voor de kinderen regelmatig uitbesteden aan zijn moeder. De vader heeft de zorgen van de moeder gemotiveerd betwist en de rechtbank ziet hierin onvoldoende aanleiding om de zorgregeling ten aanzien van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] te wijzigen. De zorgen van de moeder worden naar het oordeel van de rechtbank niet weggenomen door de omgang tussen de vader en beide kinderen te beperken tot een weekendregeling. De rechtbank weegt mee dat [minderjarige 1] aan de kinderrechter heeft verteld dat hij het fijn vindt om bij zijn vader te zijn en dat hij graag wil dat de zorgregeling blijft zoals deze is.
Op de zitting is gebleken dat de ouders zullen gaan deelnemen aan het traject Parallel Solo Ouderschap bij [instelling] . De zorgen die de moeder heeft kunnen dan met de vader worden besproken. In dat kader kan mogelijk ook worden meegekeken in de opvoedsituatie bij beide ouders, hetgeen over en weer tot meer vertrouwen kan leiden. Met de Raad is de rechtbank echter van oordeel dat niet is gebleken van zorgen over de opvoedsituatie bij de vader, die aanleiding geven om het contact tussen [minderjarige 2] en haar vader te beperken. Daarom is het in het belang van [minderjarige 2] noodzakelijk dat dit contact zo snel mogelijk wordt hervat. Gezien het feit dat [minderjarige 2] tot aan juni 2025 wekelijks bij de vader verbleef, daarna wekelijks videobelcontact heeft gehad met de vader en zij samen met [minderjarige 1] bij de vader zal verblijven, ziet de rechtbank geen aanleiding om een opbouwregeling vast te stellen.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank het verzoek van de vader tot het vaststellen van een zorgregeling toewijzen, zodat de kinderen conform de eerder mondeling overeengekomen zorgregeling bij de vader verblijven:
- van maandag uit school (of vanaf 15:00 uur ingeval van een vrije dag) tot woensdag voor school (of 8:30 uur om de week ingeval van [minderjarige 2] en/of op vrije dagen); en,
- de weekenden in de even weken van vrijdagmiddag uit school (of 15:00 ingeval van een vrije dag) tot maandagochtend voor school (of 8:30 ingeval van een vrije dag).
Ten aanzien van de verdeling van de vakanties en feestdagen overweegt de rechtbank het volgende. Op de zitting hebben de ouders gedeeltelijk overeenstemming bereikt over de verdeling van de vakanties en feestdagen. De ouders zijn het eens dat de vakanties en feestdagen bij helfte worden verdeeld. Ook zijn zij het eens over het moment van aanvang en afloop van de vakanties. De vakanties starten op de vrijdagmiddag uit school en eindigen op de maandag naar school. Het wisselmoment zal plaatsvinden op de vrijdag om 15:00 uur. Tijdens de herfstvakantie en de voorjaarsvakantie zal de reguliere zorgregeling doorlopen. De rechtbank zal dienovereenkomstig die overeenstemming beslissen, nu niet is gebleken dat het belang van de kinderen zich daartegen verzet. Ten aanzien van de onderdelen van de vakantie- en feestdagenregeling waarover de ouders geen overeenstemming hebben bereikt, zal de rechtbank als volgt beslissen.
De vader heeft verzocht te bepalen dat de kinderen in de even jaren op eerste kerstdag bij de vader, en op tweede kerstdag bij de moeder verblijven, en in de oneven jaren andersom. Uit de stukken is gebleken dat de kerstregeling de afgelopen jaren precies andersom heeft verlopen. De rechtbank zal dan ook overeenkomstig de regeling van de afgelopen jaren beslissen. De kinderen zullen ook de aansluitende nacht bij de ouder bij wie zij de kerstdag hebben doorgebracht, verblijven.
Op de zitting is verder besproken dat de verjaardag van de moeder vrijwel altijd in de vijfde of de zesde week van de zomervakantie valt. Beide ouders hebben op de zitting aangegeven dat zij het de andere ouder gunnen om hun verjaardag samen met de kinderen door te brengen. Indien het voorstel van de vader voor de verdeling van de zomervakantie wordt gevolgd, zou dat ertoe kunnen leiden dat de verjaardag van de moeder valt in de weken waarin de kinderen conform de voorgestelde vakantieregeling bij de vader verblijven. Dat zou het voor de vader lastig kunnen maken om gedurende een langere periode met de kinderen op vakantie te gaan. Daarom ziet de rechtbank aanleiding om te beslissen dat de kinderen elke zomervakantie in week een en twee bij de vader, in week drie bij de moeder, in week vier bij de vader, en in week vijf en zes bij de moeder verblijven. Deze verdeling heeft tot gevolg dat de kinderen telkens maximaal twee aaneengesloten weken bij een ouder verblijven en dat zij altijd bij de moeder zullen zijn op haar verjaardag.
De verjaardag van de vader valt (doorgaans) niet in een schoolvakantie. Daarom zal de rechtbank in overeenstemming met het verzoek van de vader bepalen dat de kinderen op die dag bij hem zullen verblijven. De moeder heeft op de zitting aangegeven dat zij het goed vindt als de kinderen de aansluitende nacht op de verjaardag van de vader ook bij hem verblijven. De rechtbank zal dan ook dienovereenkomstig beslissen.
Op de verjaardagen van de kinderen zullen zij bij de ouder zijn bij wie zij op dat moment conform de reguliere zorgregeling verblijven, met een contactmoment voor de andere ouder. De rechtbank ziet geen aanleiding om voor verjaardagen van andere familieleden een regeling vast te stellen. Het is aan de ouders om daar in onderling overleg afspraken over te maken.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank de verdeling van de vakantie en feestdagen vastleggen zoals weergegeven in het dictum.
Huurrecht
Zoals op de zitting met partijen is besproken, hoort het verzoek van de moeder om te bepalen dat de moeder de huurovereenkomst van de eengezinswoning mag voortzetten en het huurrecht van de voormalige gezamenlijke woning op grond van art. 7:267 BW aan haar toe te wijzen, niet thuis in deze procedure bij de familierechter. De rechtbank zal haar daarom niet-ontvankelijk verklaren.
Proceskosten
Gelet op het feit dat het hier een procedure van familierechtelijke aard betreft, zal de rechtbank de proceskosten compenseren als hierna vermeld.

Beslissing

De rechtbank:
bepaalt dat de minderjarigen:
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2014 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2020 te [geboorteplaats] ,
hun hoofdverblijfplaats bij de moeder zullen hebben;
bepaalt dat [minderjarige 1] en [minderjarige 2] bij de vader zullen zijn:
  • van maandag uit school (of vanaf 15:00 uur ingeval van een vrije dag) tot woensdag voor school (of 08:30 uur in geval van [minderjarige 2] en/of op vrije dagen);
  • in de even weken in het weekend van vrijdagmiddag uit school (of 15:00 uur ingeval van een vrije dag) tot maandagochtend voor school (of 08:30 uur in geval van een vrije dag);
bepaalt ten aanzien van de vakanties en feestdagen als volgt:
  • de vakanties beginnen op vrijdag uit school en eindigen op maandag naar school;
  • de wisselmomenten gedurende de vakanties vinden, tenzij anders bepaald, plaats op vrijdagmiddag om 15:00 uur;
zomervakantie:de eerste twee weken verblijven de kinderen bij de vader, week drie bij de moeder, week vier bij de vader, en week vijf en zes bij de moeder;
herfstvakantie:de reguliere zorgregeling loopt door, waarbij het wisselmoment op vrijdagmiddag om 15:00 uur en op maandagochtend om 09:00 uur plaatsvindt;
kerstvakantie:in de even jaren verblijven de kinderen bij de vader in week een, en bij de moeder in week twee, in de oneven jaren andersom, waarbij in afwijking hierop voor de kerstdagen en Oud en Nieuw geldt:
Kerst
Eerste kerstdag:in even jaren verblijven de kinderen bij de moeder, in oneven jaren bij de vader, tot 10:00 uur de volgende ochtend;
Tweede kerstdag:in even jaren verblijven de kinderen bij de vader, in oneven jaren bij de moeder, tot 10:00 uur de volgende ochtend;
Oud en Nieuw
Oudejaarsdag:in even jaren verblijven de kinderen bij de vader, in oneven jaren bij de moeder, tot 10:00 uur de volgende ochtend;
Nieuwjaarsdag:in even jaren verblijven de kinderen bij de moeder, in oneven jaren bij de vader, tot 10:00 uur de volgende ochtend;
voorjaarsvakantie:de reguliere zorgregeling loopt door, waarbij het wisselmoment op vrijdagmiddag om 15:00 uur en op maandagochtend om 09:00 uur plaatsvindt;
meivakantie:in de even jaren verblijven de kinderen bij de vader in week een, en bij de moeder in week twee, in de oneven jaren andersom;
Moederdag:de kinderen verblijven bij de moeder van 09:00 uur tot 19:00 uur;
Vaderdag:de kinderen verblijven bij de vader van 09:00 uur tot 19:00 uur;
verjaardagen kinderen:de kinderen verblijven bij de ouder waar zij volgens de reguliere zorgregeling verblijven, met een contactmoment voor de andere ouder;
verjaardag vader:de kinderen verblijven bij de vader, op schooldagen uit school (op vrije dagen vanaf 10:00 uur) en tot de volgende ochtend voor school (of 10:00 uur in geval van een vrije dag);
verklaart de moeder niet-ontvankelijk in haar verzoek tot toewijzing van het huurrecht aan de moeder;
wijst af het verzoek van de moeder om haar te belasten met het eenhoofdig gezag;
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.D.A. Geleijns, kinderrechter, bijgestaan door M.J.W. Straatsma als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 5 november 2025.